Bijdragen en Mededeelingen van het Historisch Genootschap. Deel 37
(1916)– [tijdschrift] Bijdragen en Mededeelingen van het Historisch Genootschap– Gedeeltelijk auteursrechtelijk beschermd
[pagina 182]
| |
Een tiental vennootschapsacten uit de 17e eeuw,
| |
[pagina 183]
| |
de thans uitgegeven stukken grootendeels tot een categorie van anderen juridischen aard n.l. tot die vennootschappen, welke uit de arbeidsgemeenschap zijn voortgekomen en in onze huidige vennootschap onder firma naleven. Over de beteekenis, welke zij voor de rechtsgeschiedenis hebben, zal ik thans niet verder uitweiden. Ik zal mij hier bepalen tot het wijzen op enkele punten, die deze acten ook voor de geschiedenis van handel, industrie en maatschappelijke verhoudingen van belang doen zijn. Het eerste stuk (no. 1) met zijn aanhangsel (1a) vallen eigenlijk buiten ons bestek. Maar al zijn het geen vennootschapscontracten, toch meende ik ze, nu zij mij bij deze gelegenheid toevallig ter hand gekomen zijn, te mogen opnemen. Reeds de omstandigheid, dat Isaac le Maire in deze stukken optreedt, wettigt m.i. het afdrukken. Wat op een man betrekking heeft, die in onze handelsgeschiedenis een zoo groote rol heeft gespeeld, is bijna altijd van beteekenis. Doch ook is het van belang te weten, wie zijne compagnons bij zijne Russische ondernemingen waren. Dat Dirk van Os, een bekend koopman, op Rusland had gehandeld en zelfs het hoofd was der z.g. Moscovietvaarders, was bekend, doch uit welke personen deze compagnie was samengesteld wisten wij tot dusverre niet. Waarschijnlijk mag het thans heeten, dat de drie in nr. 1a genoemde personen daarvan, zooal niet de eenige leden, dan toch de leiders waren. Met het oog op de schaarsche kennis van onze vroege handelsbetrekkingen met Rusland verdient hier ook een plaats de acte nr. 1, een bevrachtingscontract, kort te voren door de bovenbedoelde drie kooplieden afgesloten met Gerrit Sakles van Stavoren, schipper van het schip ‘de Valck’, die voor hen naar Rusland zou varenGa naar voetnoot1). Daar in dit laatste contract bepaald wordt, dat | |
[pagina 184]
| |
de schipper, wat laden en lossen betreft, zich naar de wenschen van den commies zijner vrachtheeren zal moeten schikken, valt te vermoeden, dat als zoodanig de in no. 1a bedoelde Malapert mede reisde, vermoedelijk om daarna in Rusland achter te blijven met de drie andere personen, die de schipper kosteloos daarheen zou overbrengen. Wij hebben hier dus, naar het schijnt, met een nieuwe vestiging te doen en mogen dan aannemen, dat de compagnie ook eerst kort te voren zal zijn opgericht. Het is toevallig, dat wij nog van een andere vennootschap weten, eveneens in 1598 door Isaac le Maire aangegaan en die het drijven van een brandewijnstokerij in Spanje tot doel hadGa naar voetnoot1). Dit samentreffen doet ons zien, hoe ook toen nog een koopman tegelijkertijd in een geheele reeks vennootschappen betrokken kon zijn, ja een leidende rol kon spelen in meer dan een combinatie tegelijk. Dergelijke vennootschappen hadden dan ook geen eigen kantoor, doch de administratie behoorde tot het gewone koopmansbedrijf van den leider. Men mag ook niet aannemen, dat wie met dezen leider geassocieerd was of als diens ‘compagnon’ optrad daarom ook in al diens handelswinsten deelde. Niets is minder juist; slechts in de winst op de waren, die voor rekening der compagnieschap omgezet werden, had de compagnon aandeel. No. 2 brengt ons in modern gezelschap; een uitvinder en een ‘promotor’ regelen daarin, welke belooning deze laatste zal krijgen, indien hij den uitvinder, die niet over kapitaal beschikt, aan ‘participanten’ helpt, die bereid zijn hun geld te steken in de exploitatie van diens geheim, bestaande in ‘seeckere conste van iser tot stael te maecken’. Ook in no. 7 wordt ons een soortgelijke verhouding | |
[pagina 185]
| |
geschilderd. Hier is het echter niet zoo zeer een uitvinder, doch iemand, die door het inbrengen in eene vennootschap een in zijn bezit zijnde concessie vruchtdragend maakt. Jacob van Uyttenhoven had van de Zweedsche Koningin een octrooi verkregen om in Zweden een ververij van lakens en zijden stoffen, alsmede weverijen van ‘felpen, pourdesoyen, brocaden ende andere zijden stoffen, alsoock van linten ende passementen’ op te richten. Zelf blijkbaar niet in het bezit van voldoende kapitaal om de noodige fondsen te fourneeren, gaat hij een compagnieschap aan met Isaac Barnaert en Sebastiaen Schelckens. Terwijl Uyttenhoven in Zweden de fabrieken zal oprichten en leiden, zullen deze beide kooplieden zorg dragen voor den inkoop der grondstoffen en afzet der producten, voor zoover die hier te lande zullen moeten plaats hebben. Voor den inbreng zijner concessie wordt Uyttenhove op eigenaardige wijze beloond, doordat zijne beide compagnons hem gedurende 10 jaar f 20.000, zijnde ⅓ van het aanvangskapitaal der vennootschap, renteloos zullen voorschieten. De aldus genoemde vennootschap vertoont nog verschillende trekken, waaruit blijkt, dat zij eigenlijk thuis behoort bij de groep der contracten, welke ik achter bovengenoemd opstel in de Rechtshistorische Opstellen deed afdrukkenGa naar voetnoot1). De firma en het handelsmerk zullen slechts de namen en naamcijfers van de beide kapitalisten bevatten (art. 25) en ondanks de bepaling, dat alles met meerderheid van stemmen zal worden beslist (art. 24), wordt in art. 15 nog eens uitdrukkelijk aan Uyttenhoven - en alleen aan hem - de verplichting opgelegd om de ‘ordres’ op te volgen, die hem door zijne ‘medeparticipanten’ zullen worden gegeven en wordt alleen hèm voorgeschreven jaarlijks rekening af te leggen. Duidelijk verraadt door deze trekken onze overeenkomst haar afkomst uit het factorijcontractGa naar voetnoot2). De acte is te lang dan dat ik op alle interessante | |
[pagina 186]
| |
bepalingen, welke zij bevat, hier de aandacht zou kunnen vestigen. Terloops wijs ik slechts op art. 17, waarin ons een blik op de organisatie van den arbeid in de Zweedsche fabrieken wordt gegeven. Het personeel zal, zoo wordt ondersteld, intern zijn en bestaan uit 1e: knechten die met Uyttenhoven gezamenlijk aan den disch zullen zitten, 2e: knechten, die afzonderlijk zullen eten en 3e: uit ‘meyskens’. Blijkbaar zou dus op ruime schaal van kinderarbeid gebruik worden gemaakt. Wel wordt niet uitdrukkelijk gezegd, dat deze meiskens de kinderschoenen nog niet ontwassen zijn, doch dit blijkt reeds uit het kostgeld, dat door de Cie. aan Uyttenhoven voor hen wordt vergoed. Terwijl voor meesterknechts, die aan des directeurs disch mogen aanzitten f 200. - en voor de knechts, die afzonderlijk eten f 150. - kostgeld per jaar wordt betaald, zal voor de kost dezer meiskens niet meer dan f 100. - per jaar in rekening mogen worden gebrachtGa naar voetnoot1). Barnaert en Schelckens schijnen echter een financieelen last op zich te hebben genomen, die hunne krachten te boven ging. Reeds het volgende jaar toch, deden zij ⅓ van hun gezamenlijk belang in deze compagnie over aan Laurens de Geer, den oudsten zoon en opvolger van den grooten Louis de Geer, (acte no. 8). Blijkbaar zag deze in Uyttenhovens stichting een veelbelovende onderneming en mogen wij deze acten dus ook beschouwen als een bijdrage tot de kennis der ondernemingen van het geslacht De Geer en van Hollands industrieele expansie in de 17e eeuw. Voor de geschiedenis der industrie is eveneens van belang de in het Fransch gestelde acte no. 9, waarin Jean de la Roque Boulihac en Karel Gijsberti eene vennootschap aangaan tot het drijven van een scharlaken- | |
[pagina 187]
| |
ververij, waarbij zij in toepassing zullen brengen een procédé, dat het eigendom en het geheim van den Franschman is. Blijkbaar is deze eerst kort geleden uit Frankrijk hierheen gekomen, vermoedelijk om zijn ‘geheim’ aan den man te brengen. Gysberti zal het geld voor de fabrieksinstallatie geven en De la Roque zijn kunst. Toch zie men in deze overeenkomst niet een contract tot het aangaan van een commanditaire vennootschap. Gijsberti zal n.l. ook het commercieele deel der zaak drijven en de boeken houden, terwijl de geheele zaak uitsluitend op zijn naam zal gedreven worden. Deze inleiding zou te uitvoerig worden, als ik van alle contracten - zij het kortelijks - den inhoud wilde weergeven. Ik ga daarom de voor de Rotterdamsche handelsgeschiedenis belangrijke overeenkomst tusschen Adriaen Wittert, Joan Huis en Bartholomeus Roose (no. 10) stilzwijgend voorbij en spreek ook niet in bijzonderheden over het stuk (no. 3) waarin Hugo Steurs zijn dochter inkoopt in het garen- en bandwinkeltje van zekere Lijsbeth Jans, welk contract de teekenende bepaling bevat, dat indien een der vrouwen komt te trouwen, de vennootschap ipso jure ontbonden zal zijn, noch over dat andere (no. 6), waarin een vader zijn vermoedelijk niet zeer begaafden zoon een plaats in een blokmakerij verschaft en waarin het niet van veel vertrouwen in zoonliefs capaciteiten getuigende beding voorkomt, dat bij het overlijden van den welervaren blokmaker, op wiens kunde en werkkracht de zaak blijkbaar moet drijven, de zaak onmiddellijk moet worden geliquideerd. Evenzoo ga ik stilzwijgend voorbij de overeenkomst (no. 4), waarbij een eerzame verversweduwe met haar zwager overeenkomt de zaken van haar man voort te zetten en die (no. 5), waarin twee zwagers zich verbinden om de wijnkooperij van hun gemeenschappelijken schoonvader voort te zetten en waarbij, haast bij toeval, een der laatste bepalingen ons de, voor de positie der vrouw merkwaardige, bijzonderheid onthult, dat de ‘winkel’ door de gezusters zal worden gedreven. Blijkbaar werd zoodanige medewerking ook in deze tamelijk gefortuneerde kringen als van zelf sprekend ondersteld. Wel wil ik | |
[pagina 188]
| |
echter met een enkel woord er op wijzen, dat in de beide laatste contracten ook het gemeenschappelijke huishouden geregeld wordt, dat partijen zullen voeren en waarbij slechts de kosten van ‘doctoren, apteeckers en bewaersters bij sieckte’ alsmede van de ‘craemmaeltyden’ de eer van een afzonderlijke regeling waardig worden gekeurd. Het aanstippen dezer punten is voldoende, voor wie er belang in stelt, en uitvoeriger bespreking zou wellicht de ongerechtvaardigde meening doen postvatten, dat niet ook in andere opzichten de stukken veel merkwaardigs bevatten. S.v.B. | |
1. 20 April 1598. Bevrachtingscontract van Dirck van Os, Isaac le Maire en Pieter van Pullen met schipper Gerrit Sakles voor een reis naar Cola en Archangel.In den name ons Heeren Amen. In den jare van der geboorte desselffs ons Heeren ende Salichmakers Jhesu Christi duysent vijff hondert acht ende 't negentich opten twintichsten Aprilis, compareerden voor mij, Jan Franssen Bruyningh, openbaer notaris, tot Amstelredamme residerende, bij den Hove van Hollandt geadmitteert, ter presentie van den ondergeschreven getuygen, d'eersame Dirck van Os, Isaacq le Mayre ende Pieter van Pullen, coopluyden binnen der voorsz. stede, ter eenre ende Gerrit Sakles van Staveren, schipper ende meester, naest Godt, van zijnen schepe, genaempt die Valck, groot ontrent negentich lasten ter andere sijden; Verclarende die voorsz. comparanten, als zij verclaren mits desen, seeckere contract van bevrachtinge van den voornoemden schepe metten anderen innegegaen ende gemaeckt te hebben in der forme ende manieren hiernae beschreven. Te wetene, dat die voorn. schipper gehouden sal wesen met zijn voorsz. schip metten eersten bequamen windt, die Godt verleenen sal, mitsgaders soodanige waren ende | |
[pagina 189]
| |
coopmanschappen, als die coopluyden voornoemt daerinne belieft hebben te schepen tot bequame volle ladinge toe, van desen lande af te seylen ende te loopen recht door nae Cola ende aldaer gelost ende geladen hebbende, sulcx als den coopluyden sal believen, alsdan sal die schipper voornoemt gehouden wesen noch te verseylen op twe andere plaetsen onder wegen gelegen, ende dan voorts loopen tot Archangeli in Ruslandt ende vandaer in 't keeren noch eenmael in de selve twe plaetsen aenloopen, ende alsdan wedercommen tot Cola voorsz., in welcke plaetsen die coopluyden voornoemt ider mael sulcx sullen mogen lossen ende weder inneschepen, als 't hen goet duncken, ende alsoo 't voorsz. schip wederom affladen ende volleschepen met waren ende coopmanschappen tharen gelieven totte volle ende bequame ladinge toe. Aengaende die leggedagen is die voorn. schipper gehouden, den coopluyden voorn. off haren commis in als, soo om te lossen als om te laden, te wille te leggen den tijt van drie maenden vervolgens, verseyldagen daeronder niet gereeckent, innegaende soo wanneer die voorsz. schipper eerst tot Cola sal sijn gearriveert ende 't ancker geworpen sal hebben, ende sullen weder surseren als hem ordre gegeven sal wesen om te verseylen, ende ter gedestineerde plaetse weder innegaen ende als vooren ophouden, 't welck alsoo continueren sal van d'een plaetse op d'ander, gedurende dattet schip gelost ende weder geladen sal wesen; ende 't selve schip alsoo affgeladen sijnde sal die voorn. schipper in alder diligentie met Godtlijcker hulpe metter eersten bequamen windt, die Godt alsdan verleenen sal, vandaer affseylen ende keeren naer deser voorsz. stede van Amstelredamme, plaetse van zijn rechte ontladinge, ende die voorsz. goederen aldaer getrouwelijck lossen aen den voorn. coopluyden off haren commis. Alle de welck in der manieren voorsz. volbracht wesende sullen alsdan eerst, ende eerder niet, die voorn. coopluyden schuldich ende gehouden wesen den voorsz. schipper nae gedane goede leveringe van de goeden, voor zijn verdiende vrachte te betalen bij de hoop die somme van twe en | |
[pagina 190]
| |
twintich hondert carolus guldens tot veertich grooten 't stuck, goet gangber gelt, mitsgaders haverije en pilotayge naer coustume vander zee. Voorts is ondersproocken, dat die voorn. coopluyden den schipper sullen verschaffen een vrije piloot voor gaen ende commen, oock mede een vrijpas van tsestich lasten; daertegens sal die schipper vier mannen voor den coopluyden overvoeren, die cost ende passage om niet sullen genieten. Is mede bedongen, dat die schipper een last tot voeringe in 't schip sal hebben ende laden, sonder dat hij vermoogen sal voor hem, sijn scheepsvolck off yemanden anders iets meer daer inne te laden, noch geenige brieven mitnemen, in eeniger manieren, sonder expres consent van den coopluyden off haren commis, op pene van alle hinder ende schade, daerdoor te lijden, aen hem schipper te verhalen. Eyndelijck sal die voorsz. schipper om die voorsz. reys te volbrengen op sijn schip voeren elff eeters, item ses gotelingen, vier steenstucken, hantgeweer, roers, spietsen, cruyt, loot ende andere ammonitie naer advenant. Verbindende elcxanderen voor 't geene voorsz. staet haer respective persoonen ende goederen, present ende toecommende, egene utgesondert, ende specialijck die voorn. coopluyden haer innegeladen coopmanschappen ende die schipper sijn schip, vracht ende gereetschap van dien. Submitterende die selve tot bedwanck van allen rechteren ende rechten, sonder arch off list; ende versochten sij comparanten hiervan te hebben acten een off meer in debita forma. Gedaen binnen der voorsz. stede ten huyse mijns notarii ter presentie van Jacop van Tongerloo ende Albert Franssen, als getuygen hier toe versocht.
Notarieel archief Amsterdam, Protocol Not. Jan Fransen Bruyningx, no. 44, folio 176. | |
[pagina 191]
| |
1a. 18 Mei 1598. Volmacht van Dirck van Os, Isaac le Maire en Pieter van Pullen voor Hugues Malapert, tot het waarnemen hunner zaken in Rusland. (Extract.)Den 18den Mei 1598 compareerden voor mij Lieven Heilinc, enz. Dirck van Os, Isaac le Maire ende Pieter van Pulle, en verklaarden machtig gemaakt te hebben den eerzamen Hugues Malapert, om uit hunnen naam alle zaken waar te nemen in Moscoviën, alle koopmanschappen te verhandelen, schepen, door hen bevracht, af te laden, alle reekeningen te effenen en te liquideeren en alles verder te doen wat van noode zijn zal. Notarieel archief Amsterdam, Protocol Not. Lieven Heilinc, no. 24 (Extract.) | |
2. 16 Mei 1627. Overeenkomst tusschen Louwerens van Otteren, Joannes van Rogiers en Pieter van Otteren, betreffende de exploitatie van des eersten geheim om staal te maken.Op huyden den 16den Mey 1627 soo sijn in alle min ende vrientschap veraccordeert ende overeengecoomen Louwerens van Otteren ter eenre, Joannes van Rogiers, sijn swager, ende Pieter van Otteren, des Lourens van Otteren broeder, ter andere zijde, noopende seeckere conste van iser tot stael te maecken, bij den voorn. Lourens van Otteren alleen bekent, ende dat in manieren naervolgende. Te weeten: eerstelijck dat den voorn. Joannes van Rogiers, sooveel in hem is, sijn uyterste devoir ende deligentie sal doen, als hij belooft bij desen, om eenighe participanten op te speuren, die met de voorsz. Lourens van Otteren sullen contracteren tot volvoeringe van de voorsz. compangnie; daervooren de voorn. Joannes van Rogiers sall genieten de gerechte vierde part van 't gene den voorsz. Lourens van Otteren voor sijn winst ofte schaede uyt de compangnie sall trekken ofte | |
[pagina 192]
| |
lijden, die hij met den eenen ofte anderen coopman in dese geünieerde provincien sall aengaen, geduerende den tijdt van thien achtereenvolgende iaren, ingaende op huyden dato deses. Sall oock Pieter van Otteren uyt de voorsz. compangnie van gelijcke een vierde part nevens den voorn. Joannes van Rogiers genieten in forma vooren verhaelt, des dat hij Pieter van Otteren voor 't genot vandien sijn voorsz. broeder alle behoirlijcke assistentie ende behulpsaemheyt sall gehouden wesen betoonen. Voorts sijn conditien, dat, bij soo verre den voorn. Lonwerens van Otteren quame in andere landen te vertrecken, voor sijn vertreck sall gehouden wesen sijn conste aen Pieter van Otteren, sijne broeder, te transpoorteren met sulcke intentie, dat den voorn. Pieter van Otteren alsdan de plaetse van sijn broeder Lourens van Otteren sall betreden ende de compangnie volgens dese accorde voldoen. Is oock mede ondersproocken, dat, soo bijaldien den voorn. Lourens van Otteren buyten dese geunieerde provincien een andere compangnie mocht oprechten, hij alsdan uyt dese compangnie in plaetse van de helfte van de bedongen winste alleen een vierdepart sall genieten, daervan de resterende drie vierde parten gaen sullen aen Joannes van Rogiers ende Pieter van Otteren, elxs voor de gerechte helfte. Tot voldoeninghe van 't welck voorsz. is partyen contrahenten verbonden hebben, als sij verbinden bij desen, haer persoonen ende goederen, roerende ende onroerende, present ende toecoomende, geen uytgesondert, dieselfvighe stellende ten bedwanghe van alle rechten ende rechteren, sonder arch. Notarieel archief Amsterdam, Protocol Not. P. van Perssen. | |
[pagina 193]
| |
Hugo Steur, wonende tot Amsterdam, als vader van Catharina Steurs, zijne dochter, ter eenre, ende Lijsbeth Jans, meerderjarige dochter, wonende hier ter stede, geadsisteert, voor zoo veel het noot zij, met mijn notario als haren gecoren voocht in desen, ter andere zijde, dewelcke bekenden metten anderen geconcipiert ende gemaect te hebben, zulcx sy consipieren ende maken bij desen, zeker contract van compagnie nopende het inende vercoopen van lijwaet, speldewerck ende 't geene daeraen dependeert, ende dat op de naervolgende conditien. Te weten, dat de voornoemde Catharina Steurs in de voorsegde compagnie sal inbrengen, de somma van zestien hondert carolusgulden tot XL grooten 't stuck, welcke voorsegde zestien hondert carolus guldens de voorn. Lijsbeth Jans bekent, bij de voornoemde Catharina Steurs alreede ingebracht te zijn, daertegens de voornoemde Lijsbeth Jans aen waren en schulden heeft ingebracht de somma van twaelff hondert carolusguldens, wel verstaende dat de voornoemde Lijsbeth Jans op de voorsegde goederen noch schuldich is de somma van zeven hondert carolusguldens. En zullen alle winsten, conquesten, schaden ende verliesen, staende dese compagnie vallende, genooten, geproffiteert, gedragen ende geleden werden gelijckelijck halff ende halff, nietjegenstaende d'een meer als d'ander is inbrengende ende sal dese compagnie duyren ter tijt ende weylen toe d'een of d'ander van henluyden comt te houwelijcken ofte te overlijden, in welcken gevalle zijluyden elcx aen waren tot taxatie zullen naer haer nemen 't geene zijluyden respectivelyck hebben ingebracht, te weten de voornoemde Catharina Steurs de somma van sestien hondert guldens ende de voornoemde Lijsbeth Jans de somma van vijff hondert guldens, des zullen de voorsegde zeven hondert guldens als gemeene schult vooroff betaelt worden. Tot naercoominge van 't geene voorsegd is, immers voor zoo veel elcx gehouden is, verbinden partijen haere respective personen ende goederen present ende toecomende, d' selve stellende ten bedwanck van allen Hoven | |
[pagina 194]
| |
ende Gerechten, alles zonder fraude. Consenterende hiervan hinc inde acte. Aldus gedaen ende gepasseert binnen d' voorsegde stadt Rotterdam ter presentie van Adryaen van Schulenburg ende Jacobus Delphius, mijnen clercquen, als getuygen hiertoe gerequireert.
Notarieel archief Rotterdam, Protocol Not. Aernout Wagenveldt, reg. no. 17, acte no. 59. | |
4. 29 Dec. 1630. Vennootschapsovereenkomst tusschen Tresiana Hendriks, wed. François Lodewijks en haar zwager Jan Jansz. de Colonia, tot het drijven van een ververij.Op huyden den XXIX December anno 1630.... compareerden.... d'eerbare Tresiana Henricx, weduwe wijlen Franchois Lodewijcxsse zaliger, geadsisteert met mijn notario als haren gecooren voocht in dezen, ter eenre, ende Jan Jansse de Colonia haren swager, beyde woonende binnen deser stadt Rotterdam ter andere zijde, dewelcke bekenden ende verclaerden metten anderen geaccordeert ende overcomen te wesen omme in compagnie gaende te houden haer, Tresiana Henricx, verwerie, staende ende gelegen aen de oostzijde van de Nieupoort binnen deser stede, genaemt de verwerie van den Blauwen Bock, ende dat op de conditien ende in manieren als volcht. Te weten dat den voornoemden Jan Jansse de Colonia tot uytvoeringe ende voltreckinge van hoerluyder compagnie nopende het gaende houden van de voorsegde verwerie mette appendentien ende dependentien vandien zall inleggen ofte inbrengen soo veele capitaels als de voorsegde Tresiana Henricx inde voorsegde verwerie is employerende ende gebruyckende ende bovendien betalen d'een helft vande verwerie, pachuys, woonhuys, appendentien ende dependentien vandien mette meubilen, die de voornoemde Tresiana Henricx is hebbende henluyden bewust op de naervolgende payen ofte termijnen: | |
[pagina 195]
| |
te weten een gerecht derde paert primo Januarii 1631 eerstcomende, het tweede derde paert primo Januarii 1632 ende het resterende derde paert primo Mey 1633, doch voor den voorsegde respectiven tijt betalende sal daervoor genieten intrest tegens den penningh sestien pro rato des tijts ende hooftsomma. Ende sal den voornoemden Jan Jansse de Colonia de stoffen, die de voornoemde Tresiana Henricx jegenwoordich bij haer is hebbende voor de helft contant betalen, sooals die getauxeert zullen werden, gelijck hij noch wijders in contant inleggen zall nevens de voornoemde Tresiana Henricx zoo veele als hier naermaels tot uytvoeringe van de voorsegde haerluyder compagnie sal vereyst werden, zonder eenich tegenspreken ofte dilay, doch ingevalle bij eenige occasien ofte voorvallentheden d'een van hun beyden contrahenten meer penningen in de voorsegde verwerie employeerde ende furneerde als den anderen, soo sal in zulcken gevalle, diegeene, die d'selve meerder penningen in de voorsegde verwerie employeert ende furneert, van de helfte vandien, als wesende de wederhelft van dien voor zijne eene helfte, genieten, proffiteren ende trecken intrest tegens den penningh sestien int jaer, te rekenen van den dach aff dat denselven zijne meerder penningen in de voorsegde compagnie zal hebben gefurneert totdat hij d'selve zal hebben gerecipieert ende weder naer hem genomen ofte totdat den anderen van gelijcken soo veele penningen in de voorsegde verwerie zal hebben te borde gebracht; daertegens alle winsten, conquesten, schaden ende verliesen geduyrende d' voorsegde compagnie vallende, zoo in de voorsegde verwerie, appendentien ende dependentien vandien bij de voernoemde Tresiana Henricx voor d'een helft ende bij den voornoemden Jan Jansse de Colonia voor d'ander helft genooten, geproffiteert, gedragen ende geleden zullen werden gelijckelijck halff ende halff. Ende sal d' voorsegde hoerluyder compagnie ingaen ende effect beginnen te sorteren primo Januarii anno 1631 eerstcomende ende cesseren ende ophouden naer den | |
[pagina 196]
| |
hiernaer geëxpresseerden tijt tot believen van d'een off d'ander van hun beyden. Welcke voorsegde compagnie zall moetten blijven den tijt van ses eerstcomende ende achtereenvolgende jaren, zonder dat geduyrende den voorsegde tijt d'een off d'ander uyt de compagnie zal mogen scheyden, ende daernaer d'een off d'ander uyt die compagnie willende scheyden, sullen de contrahenten gehouden sijn te looten, wie uyt de compagnie sal moeten gaen en wie de verwerie, neringe, appendentien ende dependentien vandien te beurte sall vallen. Ende in gevalle den voorn. Jan Janse de Colonia d' voorsegde verwerie, neringe, appendentien ende dependentien vandien te beurte vallt, zal de voornoemde Tresiana Henricx echter het woonhuys, zoo sij zulcx begeert, aen haer behouden, mits daervoor betalende soo veele als twee neutrale persoonen, hen diesverstaende, zullen oirdeelen ende arbitreren, doch zullen haere kynderen in cas van vercoopinge 't voorsegde huys ende erve mogen naesten. Ende sal diegeene, die de voorsegde verwerie, neringe etc. te beurte vallt, gehouden sijn uyttekeren aen dengeenen, die uytte compagnie vallt, zooveel als twee neutrale persoonen zullen oordeelen, ende dat in voldoeninge van 't geene deselvige die affvalt in de compagnie heeft ende van 't geene van conquesten alsdan noch onverdeelt is soude mogen resteren, mitsgaders voor alle actien ende pretentien, die denzelven alsdan in ofte aen de compagnie soude mogen hebben ofte pretenderen, 't welcke de voornoemde neutrale persoonen zullen oordeelen alvooren d'voorsegde lootinge zall werden gedaen ende sal hij ofte sij daermede aen den anderen doen volcomen cessie ende affstant van alle het recht, actie, opzeggens ende toezeggens, 't welck hij ofte zij aende voorsegde compagnie soude mogen gehadt hebben, ten behouve van diegeene, die de voorsegde verwerie neringe etc. te beurte vallen zall. Ende zall den imboedel niet gewaerdeert, maer bij henluyden soo, d'selve dan is, gepart ende gedeelt werden, halff ende halff. | |
[pagina 197]
| |
Is mede wel expresselijck geconditioneert, dat geduyrende d'voorsegde compagnie d'voorsegde verwerie, het woonhuys ende de packhuysen, daer annex ende behoorende, sullen staen tot haerluyder beyder laste ende pericule, 't zij van brant ofte andere ongelucken (dat Godt verhoede) als van reparatie ende andersints, halff ende halff. Gelijck mede is geconditioneert, dat de voornoemde contrahenten geduyrende d'voorsegde haerluyder compagnie zullen hebben ende houden een gemeene tafel ende huyshoudinge, daerinne gerekent is de craemmaeltijden, die geduyrende dese compagnie gegeven sullen werden mette craemmontcosten, ende zullen alle de penningen, die ter zaeke vandien zullen noodich zijn ende geconsumeert werden, getrocken werden uytte gemeene compagnie zonder dat d'een off d'ander van de contrahenten daerinne meer zall dragen als de gerechte helfte, welverstaende dat de huysvrouwe van den voornoemden Jan Jansse de Colonia ende de kindertgens, die zij staende dese compagnie soude mogen procreëren tot de gemeene tafell zullen comen ende daarvan onderhouden werden, tot welcke gemeene tafel ende huyshoudinge sall werden gebruyct haerluyder huysraet, die door voorsegde compagnie altsamen gemeen is ende henluyden halff ende halff toebehoort, uytgeseyt 't silverwerck, juwelen, boucken ende geweer, dat elcx aen hem sall behouden, gelijck mede tot de gemeene tafel ende huyshoudinge van wedersijden het lijwaet, dat daertoe van nooden sal sijn sal gelevert ende versorcht werden half ende halff; maer 't gunt elcx van de contrahenten voor hem ende de sijne maect, 't zij van cleederen, juwelen, reparatien, linnen, wollen als andersints sal voor elcx rekeninge zijn ende niet uyt de voorsegde compagnie betaelt werden, gelyck mede voor elcx rekeningh zal sijn 't gunt aen Doctoren, apotekers ende diergelijcke gegeven ende betaelt zall werden. Sal voorts d'voorsegde verwerie mette neringe vandien bij de voornoemde contrahenten naerstelijck ende getrouwelijck waergenomen moeten werden, alles insulcke vouge, als off d'selve elckx int particulier aenginge, | |
[pagina 198]
| |
doch sal de voornoemde Tresiana Lodewijcx de cassa houden ende den ontfanck ende uytgeeff alleen hebben ende doen, mits alle jaren op prima January maeckende staet van alle winst ende verlies, in- ende uytschulden ende doende tot vermaninge rekeninge van haren ontfanck ende uytgeeff; met vorder conditie, dat den voornoemden Jan Jansse de Colonia aen Franchois Lodewycxsse, zoone vande voornoemde Tresiana Henricx, zal uytreicken de somma van vierhondert carolus guldens tot XL grooten 't stuck met dese reserve, indien de voornoemde Tresiana Henricx binnen den tijt van ses eerstcomende jaren, ingaende primo January anno 1631 voorsegd den voornoemden Franchois Lodewijcxsse haeren soone haere helfte in de voorsegde compagnie transporteert ende overdoet, soo sall in zulcken gevalle den voornoemden Franchois Lodewijcxsse gehouden ende verobligeert zijn, zulcx hij belooft bij desen, aen den voornoemden Jan Jansse de Colonia te restitueren de voorsegde vierhondert gulden, alvorens hij de voorsegde plaetse van sijne moeder zal mogen becleden; gelijck mede den voornoemden Franchois Lodewijcxsse sall gehouden zijn d'voorsegde vierhondert carolusguldens aen den voornoemden Jan Jansse de Colonia uyt te keren ende te restitueren ingevalle de voornoemde zijne moeder binnen den voorsegde tijt van ses jaren deser werelt comt te overlijden, ende hij alsdan de helfte inde voorsegde compagnie in plaetse van zijn moeder begeert te herideren ofte te houden, ende anders niet; maer den voornoemden Jan Jansse de Colonia d'selve portie latende behouden ofte t'eynde de voorsegde ses jaren vercrijgende d'voorsegde portie van zijne moeder in de voorsegde compagnie, dewelcke de voornoemde zijne moeder t'eynde d'voorsegde ses jaren zal vermogen aen hem over te doen, zall niet gehouden zijn daervooren yets aen den voornoemden Jan Jansse de Colonia te betalen nochte oock gehouden sijn hem in sulcken gevalle d'voorsegde vierhondert gulden te restitueren maer sall alleen in sulcken gevalle comen in de plaets van zijne moeder | |
[pagina 199]
| |
ende draghen, proffiteren ende genieten alle verliesen, schaden ende proffiten voor d'eene helft, uytgeseyt dat den voornoemden Franchois Lodewijcxsse in cas van lotinge geen meer actie aen 't huys en sal hebben als den voornoemden Jan Jansse de Colonia; ende de voornoemde zijne moeder comende te overlijden naer 't expireren vande voorsegde ses jaren, soo zall hij, Franchoys Lodewijcxsse, sijn keuze ende optie hebben omme in de voorsegde compagnie voor de gerechte helfte te treden, dan niet, mits pro rato furnerende soo veele penningen in promptis, als hij Jan Jansse alsdan in de voorsegde compagnie sal hebben, affstaende daeraen 't gunt hij als medeerffgenaem van sijne moeder inde voorsegde compagnie sal hebben, mits mede den voornoemden Jan Jansse de Colonia 't selve binnen 's jaers af- ofte aenseggende, met conditie, zoo wanneer den voornoemden Lodewijcxs in de voorsegde compagnie comt, dat alsdan de conditie van 't houden vande gemeene tafell sal cesseren ende dat alsdan elcx sijn tafel sal moeten houden. Ende sal den voornoemden de Colonia gehouden sijn, soo wanneer de voorsegde Tresiana Henricx, met hem noch in compagnie sijnde, deser werelt comt te overlijden, op de ses weken naer haer overlijden te leveren pertinenten staete ende inventaris van alle de goederen, die zijluijden alsdan gemeen sullen besitten. Ende bekende den voornoemden Franchois Lodewijcxsse d'voorsegde vier hondert gulden onder de voorsegde reserve ontfangen ende genoten te hebben uyt handen van den voornoemden Jan Jansse de Colonia ende mitsdien daervan vernoucht ende voldaen te zijn. Ende ofte gevielle dat hieruyt ofte door de voorsegde compagnie eenige duysterheden ofte misverstant quame te rijsen, daerinne de voornoemde contrahenten ofte den voornoemden Franchois Lodewijcxsse, succederende inde plaetse van de voornoemde zijne moeder, malcanderen niet en conden verstaen, als zij contrahenten verhoopen neen, soo verclaerden zij contrahenten ende den voornoemden Franchois Lodewijcxsse, voor soo veel hem 't selve different zoude mogen aengaen, te submitteren ende ver- | |
[pagina 200]
| |
blijven finalijck ende alle, zulcx zij finalijck ende all submitteren ende verblijven, alle zoodanige duysterheden, misverstanden ende differenten int seggen ende arbitragie van twee neutrale mannen, bij de heeren Burgemeesteren opt versouck van d'een off d'ander van de contrahenten daertoe te nomineren. Belovende zij contrahenten d'uytspraecke bij de voorn. mannen dienaengaende te doen, volcomentlijck te voldoen ende naer te comen, onder verbandt van haerluyder respective persoonen ende goederen present ende toecomende d'selve stellende ten bedwanck van allen Hoven ende Gerechten. Tot naercominge van alle 't gunt voorsegd is ende elcx point vandien, immers voor zoo veel elcx gehouden is, verbinden partijen contrahenten haere respective persoonen ende goederen ten bedwanck als boven. Alles sonder bedroch. Consenterende hiervan hinc inde acte. Aldus gedaen ende gepasseert binnen d'voorsegde Stadt Rotterdam, ter presentie van Mr. Adam de Colonia ende Jacob Woutersz., burgers alhier, als getuygen hiertoe gerequireert.
Notarieel archief Rotterdam, Protocol A. Wagensvelt, register no. 17, acte no. 94. | |
5. 28 April 1633. Vennootschapscontract tusschen Hendrick de Wolff en Dirk Verhey tot het drijven van een wijnkooperij.Op den Achtentwintichsten Aprilis Anno 1633 soo sijn Hendrick de Wolff ende Dirck Verheij, geswaegers, cooplieden tot Rotterdam, bij contracte van societeyt mettenanderen geaccordeert als volcht. Te weten dat se in den name des Heeren te samen sullen bij de hand nemen de neringe ende handelinge van wijnen, asijnen ende gebrande wijnen, metten gevolge ende aencleven van dien, gelijck d'selve den voorsz. de Wolff bekent is, ende sulcx tot Bordeaux in Vranckrijck, Rotterdam ende elders, daer se nuttelijxst bevonden soude mogen werden te geschieden, waeraff de profiten ende schade halff ende halff genooten ende gedragen sullen werden, | |
[pagina 201]
| |
gelijck oock tot dien eynde bij den voorsz. de Wolff ende Verhey yder evenveel daertoe sal werden gecontribueert, alles geduyrende den tijt van ses eerstcomende jaren ofte soolange als de voorsz. companions dit contract nae datum van dien souden mogen continueren. Ende oft geviele dat een van de voors. compaingons deser werelt mochte comen te overlijen, soo sal de weduw van den eerststervende evenwel de voorsz. ses jaeren lang geduyrende in de voorsz. compagnie blijven, ende haere proffijten trecken ende genieten als voren, mits dat sij gehouden sal sijn een knecht tot haeren costen beneffens de langstlevende van de voorsz. compaingons te stellen omme deselven te helpen ende assisteren; sullende ondertusschen hare huyshoudingen ende alle onkosten vandien, soo tot Rotterdam als Bordeaux, gemeen sijn, uytgenomen de kosten van doctoren, apteeckers ende t' loon van bewaersters bij sieckte ende cramen, gelijck mede vijftich guldens jaerlicx voor de montkosten van yder kindt sullen werden betaelt, die yder particulierlijcken zal dragen; desniettemin sal de voorsz. vijftich guldens wederom in de gemeene huishoudinge moeten werden geleyt; beloovende de voorsz. compaingons malcanderen daarinne in alles houw ende getrouw te sijn, t'voordeel van de compangie allerdings eensch ende alleen te soeken ende desselffs schade te vermijden, gelijck eerlijcke compangions schuldich sijn te doen sonder d'een d'ander ergens met eenigen buytenhandel directelijcken ofte indirectelijcken te vervorderen, deurgaens van alles d'een d'ander openinge, communicatie, reeckeninge, bewijs ende reliqua te doen, ende te instrueren, zonder yets verborgen te houden, twelck den voorsz. handel eenichsints soude mogen concerneren; alles sonder onderscheyd, off d'een off d'ander, oock haerlieden huysvrouwen, de gesusteren, ouder van jaren, ofte in de voorsz. handelinge te vooren alreede meerder ende beter geleert ende ervaren mochte wesen, sulcx dat alle gesach eenhellich ende even groot, d'een niet minder als d'ander sal wesen; welcken aengaende sij haer in alle broederlijcke ende susterlijcke lieffde met sachtmoedicheyt aennemen ende | |
[pagina 202]
| |
beloven te verdragen sonder eenige herschappie te gebruycken; belovende verders malcanderen in raed ende daet te assisteren naerstelicken ende getrouwelicken, onverdrooten ende sonder ophouden te helpen arbeyden, ende door middel van dien den segen Goodes te verwachten, daer d'een d'ander instrueren ende aenhouden zal. Wijders is mede geconditioneert, dat bijaldijn een van de voorsz. compaingons huysvrouwen mochten comen te overlijden, dat de langstlevende de winckel volgen en den incoop daervan gedaen aen hem sal nemen ende dienvolgens betaelt sal moeten werden; gelijk mede, oft geviel, dat een van ons beyden deser werelt mochten comen te overlijden, de langstlevende aen hem sal nemen de gereetschappen, die tot de voorsz. onse te doene neringe ofte compagnie van noode sal sijn tot tacxatie van eerlijke luyden hen dies verstaende. Daertoe ende tot nacominge van 't gunt voorsz. is soo verbinden partijen yder hun persoonen ende goederen, tegenswoordige ende toecomende, egeene van dien uytgeseyt, deselve onderwerpende ten bedwanck van alle rechten ende rechteren, sonder list.
Notarieel archief Rotterdam, notaris G. van der Hout, register no. 1, acte no. 63. | |
6. 13 Februari 1634. Vennootschap tusschen Marcus Abrahamsz. en Joris Pietersz. tot het drijven van een blokmakerij.Op huyden den 13en Februarij 1634 compareerden voor mij, Gerrit van der Houdt etc.... Marcus Abramss. geassisteert met Abram Marcuss., sijn vader ende voocht ter eenre, en Joris Pieterss., thans wonende tot Delftshaven ter andere sijden. Ende comparanten verclaerden met den anderen aengegaen ende gesloten te hebben den contracte naervolgende. Te weten dat sij met den anderen sullen doen de neringe van block- als compasmaken tot Delftshaven | |
[pagina 203]
| |
voorsz., op conditie dat hij, Joris Pieterss. hem in deselve neringe als baes sal moeten dragen, voor den tijt van vier eerstcomende ende achtereenvolgende jaren, beginnende op huyden, dato deser ende expirerende den 13en Februari 1638, mits dat hij, Marcus Abramss., de penningen soo over koop van hout, gereetschap als andersints sal moeten verschieten ende d'selve weder te corten, t'allen tijden de helfte vandien, soo wanneer eenyge penningen van de goederen voorsz. gecomen soude mogen sijn. Aengaende 't loon van knechts sal hij, Joris Pieterss., twee deelen ende de voorsz. Marcus Abramss. een deel moeten dragen ende betalen, ende de huyr van huysen ofte winckels, die sij soude mogen comen te huyren, sal bij henluyden ter wedersijden elcx halff ende halff gedragen ende betaelt werden. Dan oft geviele, dat sij comparanten t'eynden de expiratie der jaren voorsz. uyt de voorsz. neringe mochte comen te scheyden, dat de goederen, soo van gereetschap, hout als andersints, bij henluyden tsamen in gemeenschap gehadt, gepaert ende gedeelt sullen werden, ofte anders aen d'een ende ander sijde sullen blijven, mits betalende daervoor soo veel als luyden, hen desverstaende, bevinden sullen te behooren. Dan oft geviele, dat hij, Joris Pieterss., voor den tijt der expiratie voorsz. deser werelt mochte comen t'overlijden, dat alsdan ende in sulcken gevalle de goederen, bij hen comparanten in possessie gehadt, vercocht sullen moeten werden, ende d'helft der penningen daervan comende aen den voorsz. Marcus Abramss. ofte desselfs erffgenamen uytgereyckt sullen werden. Dan bijaldien hij, Marcus Abrahamss., voor den tijt der expiratie voorsz. deser werelt quam t'overlijden, dat deselve neringe op de conditie voorsz., alsdan bij de broeders en susters van voorsz. Marcus Abramss. ende den voorsz. Joris Pieterss. te samen, ter expiratie van den tijt voorsz. toegedaen sal moeten werden. Stellende en verbindende pertien ten wedersijden tot voldoeninge ende naercominge van 't gunt voorsz. is, haerlieder respectieve persoonen ende goederen, roerende | |
[pagina 204]
| |
ende onroerende, present ende toecomende, geen van dien uytgeseyt, d'selve onderwerpende ten bedwangh van allen rechten ende rechteren. Aldus gedaen ende gepasseert ten overstaen van Pieter Bartolemeesz. Valck als segsman, mitsgaders Symon Beuyk ende Engebrecht Cornelis. van der Grijp, clerquen mijns notaris als getuygen.
Notarieel archief Rotterdam, Protocol notaris G. van der Hout, register no. 1, acte no. 81. | |
7. 14 September 1649. Jacob van Uytenhoven, Isaac Barnaert en Sebastiaan Schelckens gaan een vennootschap aan tot het oprichten en drijven van textielfabrieken in Zweden.Alsoo aen de eersamen Jacob van Uyttenhoven door hare Majesteyt de Coninginne van Sweden is verleent seecker privilegie van dertich jaeren, soo voor hem als voor sijne medeparticipanten, om mits een geringe recognitie van ongeverffde laeckenen endeGa naar voetnoot1) allerhande wolle stoffen, alsoock ongeverffde doch gereede zijden ende ongereede zijde gans vrij ende sonder eenige tol in 't rijck van Sweden te mogen brengen, met die insichte, dat hij, mits die benefitie genietende, in 't rijck van Sweden soude inrichten ende opsetten een zijdeverwerije ende lakenververije, alsoock weverije van felpen, pourdesoyen, brocaden ende andere zijde stoffen, als oock van linten ende passementen, ende dat oock hare hoochgedachte Maj.t tot te beter voortsettinge van de gemelte wercken aen gemelte Uyttenhoven seeckere liberaliteyten ende benefitien heeft toegesecht, soo is 't, dat hij om gemelte wercken aldaer in te richten ende te beteende te gevoechgelijcker te kunnen drijven is veraccor- | |
[pagina 205]
| |
deert met zijn swager Isaacq Bernaert ende de eersame Sr. Sebastiaen Schelckens, dat zij, nevens hem, interest ende part zullen nemen in de wercken ende negotie, die hij voorheeft in Sweden in te richten op het voorgemelte octroy ende dat op volgende conditien. | |
1.Eerstelijck soo sal Jacob Uyttenhoven, Isaacq Bernart ende Sebastiaan Schelckens voornt. yeder herideren een gerechte een derde part in alle de negotiën, die sij na dato deses op Sweden sullen doen ende in alle wijdere negotien, die uyt de selvige soude mogen resulteren ende in alle de schade ende bate, die Godt de Heere op deselvige zoude mogen verleenen. | |
2.Jacob Uyttenhoven cedeert tot benifitie ende ten besten van dese compagnie het octroy voornt. soodanich als het leyt, volgens den copie daervan, aen dese geannexeert, ende zullen sijne gemelte twee medeparticipanten, even sooverre als hij, genieten alle de priviligien, immuniteyten, giften, liberaliteyten ende benefitien, door hare hoochgedachte Maj.t bij het gemelte octroy aen hem verleent ende sal effectivelijck aen de compagnie goet doen alles, wat hem van tijt tot tijt dieswegen sal incomen. | |
3.Ende alsoo aen 't hoff van Sweden wert versocht, dat het gemelte octroy noch met eenige favorabele articulen mocht werden geamplieert, alsoock in veele deelen wat claerder gestelt, soo is veraccordeert, dat alle de veranderingen ende ampliatiën, die naerdesen in faveur van de negotie, die dese compagnie voor heeft, door gemelte Uyttenhove ginder ten Hove noch zullen werden geobtineert oock alle zall cedeeren ten beste van dese voorgemelte compagnie, evensoowel off alle die gemelte favorabele verbeteringen ende ampliatien alrede waren begrepen ende gemelt in de copie van het octroy, dat nu is geobtineert, aen de grossen van desen copielijck geannexeert. | |
[pagina 206]
| |
4.Ende alsoo gemelte Jacob van Uyttenhoven door sijne moeyte en arbeyt ende costen, alsoock door speciale gunst, die hare Maj.t om seeckere bewegende oorsaecken hem heeft toegedragen, de gemelte privilegie ende benefitien heeft geobtineert ende daer hoope is, dat hij noch favorabelder conditien naer dese sal vercrijgen, soo wert hem toegestaen, dat hij om die consideratie sal herideren een derde part in een capitael van sestichduysent guldens, welck capitael Isaacq Bernardt ende Sebastiaen Schelckens, yeder voor de helft, totte voorgemelte Sweetsche negotie zullen fourneren in sulcken gedeelte ende termijnen, als zij te raden zullen vinden, mits dat het gemelte capitael binnen drie mael zes maenden naer dato deses tot behoeve van de gemelte compagnie sal moeten werden ingebracht. | |
5.Ende naer tien jaren na dato deses, sal Jacob Uyttenhoven aen gemelte sijne medeparticipanten Bernardt ende Schelckens, off hunne actie hebbende, in gereeden gelde moeten uytkeeren de twintichduysent guldens, die zij voor hem, yder voor de helft, geduyrende de gemelte tien jaren in 't verschot sullen hebben gestaen, doch sonder eenige intrest daervoor te betalen, ende bijaldien hij in gebreecke bleeff om ten langsten binnen ses maenden naer het expireren van de gemelte tien jaren, de gemelte twintich duysent guldens uyt te keeren alsvoren, soo sal hij na dien tijt vervallen van zijn eenderde part in het gemelte capitael van sestich duysent guldens, ende sullen verstaen werden door Bernardt ende Schelckens voornoemt van eersten aff ingelecht, alsdan voor hunner beyder reeckeningh, alleen te zijn. | |
6.Alles wat op het voorgemelte capitael, 't zy dat het daerbij blijft of dat het na dese mochte werden vergroot, staende dese compagnie, sal werden off gewonnen of verlooren, naer dat het Godt de Heere mochte believen te | |
[pagina 207]
| |
schicken, sal bij de participanten van deselvige compagnie gelijckelijck werden of gedragen off genooten, van yeder pro rato van de portie, die hij ten tijden van de scheydinge sal bevonden werden daerin te herideren. | |
7.Hèt sal yeder der participanten off hunne erven off actie van hun hebbende vrijstaen in dese compagnie te blijven soo lange de jaren van het gemelte octroy duyren; het sal yeder van hun ofte hunne erven oock vrij staen uyt de gemelte compagnie te scheyden t'allen tyden als het hun sal believen. | |
8.(onleesbaar.) | |
9.Wanneer dan dese compagnie mocht comen te scheyden, off ten tijde dat het octroy sal expireeren off wel voor dien tijt door vrijwillige affscheydinge van d'een of d'ander der medeparticipanten, soo sal de compagnie, in advance zijnde, yeder der gemelte participanten vooreerst uyt de contanten, die der van de effecten van de compagnie zullen werden gemaeckt, naer sich nemen het capitael, dat hij in gereden gelde daerin heeft gebracht, soo bij d'eerste inlaage voren gemelt, als bij de vergrootinge van 't capitael, die naderhandt zoude mogen zijn gevolcht, ende wat daerover in advance sal werden gevonden, sal werden gedeylt pro rato van de portie, die yeder daerin alsdan bevonden sal werden te herideren. | |
10.Soo yemant der gemelde participanten quame te overlijden, soo sal de negotie noch een vol jaer ten best van de gemeene compagnie werden gedreven, soo des overledens erven daermede tevreden zijn, waerover zij sich binnen den tijt van zes weecken zullen moeten verklaren ende zullen gemelte erven geduyrende het voorgemelte jaer sich mogen beraden off zij in de compagnie willen blijven ofte niet, sulcx in hunne keuze sal staen, mits | |
[pagina 208]
| |
dat van hunnentwegen alle suffisante satisfactie aen de compagnie werde gedaen, soo over 't fourneren van de penningen, die der tot de negotie nodich zoude mogen sijn, als over het werck van directie, dat den overleden tot sijnen laste hadde, ende geene satisfactie tot volle gerusticheyt diesaengaende kunnende doen en zullen de voorgemelte erven in de compagnie niet mogen verblijven. | |
11.Dese compagnie in voegen als voren gescheyden werdende door affsterven of affscheydinge van d'een off d'ander der medeparticipanten off hunne erven, ende dat evenwel d'andere participant off participanten sich tot het octroy willen houden, soo salder ten tijde van de gemelte scheydinge pertinente staet werden gemaeckt van alle de effecten der gemeene compagnie soo hier als in Sweeden ende andersints ende alle dito effecten, soo van goederen als uytstaende schulden sal men trachten soo haest doenlijck in contant te reduceren, ende al naer gerade dito contanten incomen al voorts uytdeylinge daervan doen, aen yeder prorato van zijne portie, die alsdan bevonden sal werden daerin te herideren; ende wat belanght de instrumentalia tot de verwerijen, rederijen ende weverijen behoorende, daervan sal de rate-portie van degeene die uyt de compagnie scheyden, door degeen die blijven, werden goet gedaen in gereet gelt, een vierdepart minder als die van eerste aff hebben gecost; ende deswegen sal van alle de instrumentalia pertinente reeckening werden gezonden, wat deselvige incoops ende wijders met oncosten tot Stockholm hebben gecost. Wyders bijaldien tot eenige nodige timmeragie, 't sij van verwerijen ofte huysingen van wercklieden yets mochte zijn becosticht boven de gelden, die hare Maj.t daertoe mochte hebben verstreckt, soo zullen degeene, die in de compagnie verblijven aen degeene, die uyt de compagnie scheyden, off hunne erven, gehouden zijn goet te doen zijn één derde part van de gelden, die uyt de borse van de compagnie tot gemelte timmeragie sijn gespendeert geweest, mits daervan oock een vierde part cortende als vooren; ende dieswegen salder van de oncosten van dito | |
[pagina 209]
| |
timmeragiën aparte reeckeninge werden gehouden, opdat het altijt daerbij mochte blijken hoeveel eygentlijck door de compagnie daeraen is gespendeert geweest. | |
12.Wanneer yemandt der participanten off de erven van degeene der participanten, die overleden mocht zijn, ofte hunne actie hebbende, aen de andere hunne medeparticipanten sal aenseggen niet meer in de compagnie te willen blijven, soo sal men van die uyre aff de effecten van de compagnie beginnen in te trecken ende tot laste van deselvige geene nieuwe negotie mogen beginnen; maer alle de goederen, die voor de gemelte opsegginge aen alle de participanten (werd) bekent gemaeckt, sijn ingecocht, sullen tot benefitie van de gewesene compagnie te gelde werden gemaeckt, schulden ingevordert ende retouren van alles ut Sweden herwaerts werden gedaen. Alles wat voor dato van de opsegginge alhier ter stede is gecocht ende ten tijde van de opsegginge noch niet op Sweden is versonden, daermede sal het staen tot keuze ende optie van degeene, die in de compagnie verblijven, die voorts op Sweden te laeten gaen voor de compagnie, sooals de voorsz. opsegginge is geweest off wel....Ga naar voetnoot1) daeruyt te sluyten. Alle de wercken, die ten tijde van de gemelte opseggen op de getouwen mochte aengevangen zijn, zullen voor reeckening van dito gewesene compagnie voorts affgeweven werden, de balen ruwe zyde, die begonnen sijn te reden zullen voorts affgeredet werden, ende wijders geverft ende vercocht worden, de voorsz. ongeverffde lakenen zullen van gelijcke geverft ende voor deselve reeckeninge vercocht werden, maer wat belanght de zijden, die zich in Zweden zullen bevinden ten gemelte tyde als de compagnie sal opgeseyt zijn, dienende alleen tot de weverije ende noch leggende buyten de getouwen, die sal alsdan pertinent werden gesorteert ende elcke soorte apart affgewogen ende den inventaris daervan overgehouden zijnde, soo zullen degeene, die in | |
[pagina 210]
| |
de negotie verblijven aen diegeen, die daeruyt is gescheyden hunne rato portie daervan goet doen, soo deselvige noch ongeverft zijn, vijftien percents hooger als deselve hier incoops hebben gekost off, soo die alrede geverft sijn, soo sullen se van gelijcken 15 percents hooger werden gereeckent als dezelfde soorten van sijden alhier geverft zoude kunnen gecocht werden. Oock zullen alle de stoffen ende verwen tot de verwerijen behoorende in sulcken geval als voren pertinent werden affgewogen ende pertinente inventaris daervan gemaeckt ende zullen de gemelte stoffen aen degeene, die uyt de compagnie scheyden, werden goet gedaen in contant pro rato sijne portiën tien percento hooger als dito stoffen ende verwen hier zouden mogen gecost hebben. | |
13.De huysen ende erven, die hare Maj.t aen Jacob Uyttenhoven heeft vereert, of noch zoude mogen vereeren tot behoeve ende accomodatie van dese compagnie off de huysen, die noch soude mogen werden gebouwt met de gelden van dese compagnie ende die alle tegelijck, naer het expireren van het octroy, uyt crachte van dit onderling verdrach ende accoort aen de participanten van dese compagnie in eygendom vervallen, aen yeder pro rato van de portie, die hij alsdan bevonden sal werden in de compagnie te herideren, die zullen ten tijde dat yemant der participanten vrijwillich uyt de compagnie mochte comen te scheyden, bij neuterale persoonen ende die hen dies verstaen, bij de Magistraet tot Stockholm daertoe te eligeren, werden geestimeert ende gepriseert, ende sullen diegeene, die in de compagnie blijven aen degeene, die daer is uijtgescheyde, sijne rato-portie van alle de gemelte huysen ende erven in gelt goet doen een vierde part minder als dat deselvige, in voegen als vooren, op geestimeert, zijn geweest, mits daeraff cortende het rabat tegen zes procenten van sooveel jaren als daervan de tijt der opsegginge van de compagnie tot het expireren van het octroy noch hadden te loopen; doch bijaldien degene die in de compagnie | |
[pagina 211]
| |
is gescheyden, daeraff niet wil laten rabatteren tot het expireren van het octroy, dat sal staen tot sijn believen. | |
14.Alsoo naer alle apparentie met de gelden, die nu vooreerst werden ingelecht, de negotie die nu voorgenomen wert, niet bequaem genoech sal kunnen werden gedreven, ende dat alsoo na dese eerste inlaagen noch meerder capitael sal moeten werden gefourneert, soo sal in sulcken geval yeder der participanten gehouden zijn, alsdan ende wijders t'allen tijden, sijne portie ofte ingeleyde capitael prorato te vergrooten met sulcken somme van gereede penningen als bij meerderheyt van stemmen sal werden goet gevonden ende degeene der participanten, die binnen de zes maanden, naer de genomene resolutie alle de participanten bekent gemaeckt, sijne portie in gelt hier ter stede niet in en brenght, die sal gemelte portie naderhandt niet mogen fourneren ende sal alsoo niet verder participant zijn in deze compagnie als prorato van het capitael, dat hij te voren daerin herideerde, ende aen de andere participanten sal hunne ratoportie in ditto compagnie vergrooten, al naer geraade dat zij hunne eerste portie ofte ingebrachte capitael zullen hebben begroot; bij exempel: yeder der dry voorgemelte participanten herideert nu vooreerst twintichduysent guldens in dese compagnie, t'ende van 't jaer wert bij de meeste stemmen geresolveert, dat yeder sijne portie met tienduysent guldens sal vergrooten, een blijft in gebreecke, de twee andere brengen yeder haer tienduysent guldens in, soo zullen de twee, die yeder de gemelde tienduysent guldens hebben ingebracht, in het capitael, 't welck als dan op tachtichduysent guldens zoude zijn gebracht, yeder voor dertichduysent guldens incomen ende die sijne portie binnen sijnen behoorlijcken tijt niet en heeft vergroot, sal in de gemelte compagnie maer participant blijven prorato van eerste twintichduysent guldens, ende sullen op die wijse vervolgens de portiën vergroot werden, van diegeene, die hunne capitael met nieuwe inlaage vergrooten, ende de portie al naer geraade op deselffde wijse vercleynt werden van diegeene, die de geresolveerde | |
[pagina 212]
| |
vergrootinge binnen den bestemder tijd niet en doen ende bij het uitscheyden van de compagnie, 't zij in 't geheel ofte ten deele, sal winst ende schade werden gereeckent volgende de portie, die iedereen op dien tijt op voorige wijse sal bevonden werden in de compagnie te herideren, alware dat yemants portie in de compagnie uyt voorige oorsaecke ende bij gebreecke van tijdelijcke verhooginge van capitael in dien tijt cleynder zoude zijn als deselve van aenbeginne ware geweest. | |
15.Ende wat nu belanght de directie ende administratie van alle de negotiën, die dese compagnie alrede voor heeft ende nadesen noch zoude mogen voornemen, soo voor 't geene in Sweden als hier mochte te doen ende te bestellen vallen, daerover zijn voorgemelte participanten verdragen als volcht: Jacob Uyttenhove sal naer Stockholm met der woon gaen ende aldaer vooreerst inrichten eene zijdeverwerije, oock naer desen eene lakenververije, bovendien eene zijderederije, eenige getouwen, daer passementen, linten ende verscheydene soorten van zijde laeckenen op zullen werden geweeven, als felpen, pourdesoyen, brocaden ende caffa, en zullen die rederijen ende gemelte verwerijen, die nu vooreerst sullen werden opgeset, naderhandt vergroot ende stercker werden gedreven naer dat bij meeste stemmen der participanten sal goet gevonden werden. De volckeren om die verwerijen, rederijen ende weverijen en te gouverneeren ende te bearbeyden zullen tot laste van de compagnie werden aengenomen ende sal gemelte Uyttenhoven in 't generael besorgen, dat yeder der gemelte persoonen, die tot de gemelte wercken door de compagnie zullen aengenomen werden, trouwelijck ende vlijtich waernemen het werck dat huns bevolen, ende wijders soo sal hij waernemen ende besorgen den vercoop van alle goederen van de compagnie, soo losse zijde als andere stoffen, die in Sweeden door het gemelte werckvolck sullen werden gemaeckt, de laeckenen die aldaer zullen zijn geweven, als oock die al geverft van hier souden mogen werden gesonden, in 't cort alle soorten van goederen, die goet | |
[pagina 213]
| |
gevonden mochte werden van hier naer Sweeden voor reeckening van de compagnie te senden. Oock sal hij bestellen ende besorgen alles wat wijders tot beneficie van de negotie van de compagnie sal behooren, in 't solliciteeren te hove om vordere benefitie in 't innen van de schulden, dieder zoude mogen zijn gemaeckt, ende besteeden van de gelden, dieder zoude mogen ingekomen zijn ende in 't affschepen herwaerts van de goederen, die der voor ditto gelden mochte zijn gecocht ende in 't houden van de boecken ende schrifturen alsoock van de noodige correspondentien. Ende sal voorts gehouden sijn in de directie ende administratie van de negotie in Sweeden punctuelijck te achtervolgen de ordres, die hem door sijne medeparticipanten van hier zullen werden gegeven, ende specialijck sal hij gehouden zijn alle jaren pertinente reeckeningh te zenden van zijne administratie ende daerbenevens pertinente inventaris van alle effecten van de compagnie, die onder hem zijn ende alle twee maenden reeckeningh van 't geen middelertijt off vercoft off ingecoft is. | |
16.Tot sijne assistentie ende hulpe in alle het voorverhaelde werck sal hem tot coste van de compagnie werden toegevoecht een bequaem knecht, die alrede in negotie wat is bedreven ende gestileert, ende buyten de knecht en sal gemelte Uyttenhoven geene knechten tot laste van de compagnie houden buyten speciale bewillinge en kennisse van zijne andere medeparticipanten. | |
17.Alle de knechten, die aengenomen sijn voor een seecker loon ende de kost, die sal gemelte Uyttenhoven in sijn eygen huys de kost geven ende van degeene, die aen zijn taeffel eeten, sal hij aen de compagnie voor costgelt te last mogen brengen tweehonderd gulden sjaers ende van degeen, die buyten zijn taeffel eeten hondertvijftich guldens 'sjaers ende van meyskens, die hij ten dienste van de compagnie de kost soude mogen geven hondert gulden 'sjaers; ende bijaldien hij mochte | |
[pagina 214]
| |
bevinden, dat hij met minder kostgelt heel wel behouden zoude kunnen blijven, soo sal het verminderen van de gemelte jaerlijxe costgelden staen aen sijn eygene discretie. | |
18.Tegens de moeyte, die gemelte Uyttenhove in de administratie van de negotie van dese compagnie tot Stockholm ende in Sweeden sal hebben, zullen Isaacq Bernardt ende Sebastiaan Schelckens, sijne medeparticipanten, off die actie van hun mochten hebben, alhier ter stede waernemen alles wat tot de directie, bevorderinge ende benefitie van de gemelte compagnie hier sal te doen vallen in 't bestellen van 't nodige werckvolck, in 't incoopen van de goederen, die naer Sweden moeten werden gesonden, in 't ontfangen van de retouren van Sweeden ende het beneficieeren ende vercoopen vandien, in 't houden van de schrifturen ende correspondentien, in 't corte in alle wat van de negotie sal dienen. | |
19.Alleen sal tot hunne ontlastinge tot coste van de compagnie eenen boeckhouder werden gegageert, die de boecken van alle de negotien van de compagnie sal houden. | |
20.Ende opdat de lasten van dit werck door Isaacq Bernaert en Sebastiaen Schelckens wijders alhier gelijck mochte werden gedragen, soo zullen zij bij beurte, d'een voor ende d'ander na, yeder twee jaren na den anderen waernemen de heele directie van de negotie ende van alle het werck daertoe behoorende ende zullen geduyrende die twee jaren alle de schrifturen ende het cantoor van de negotie gehouden werden ten huyse van diegeene, die alsdan d'administratie sal hebben, doch sal degeene, die alsdan buyten administratie is, vrij staen aller uyren op het gemelte cantoor te comen ende van alles, wat daer passeert, kennisse ende inspectie te nemen. Oock en zullen geene van beyden, ofte hunne actie hebbende, | |
[pagina 215]
| |
noch in het incoopen noch in 't vercoopen yets mogen doen als met onderlinge communicatie ende toestemminge, ende het sal oock degeene, die het zijne beurte sal zijn de heele negotie in voegen als vooren alhier te dirigeren ende t'administreren, in zijne keuze staen een boeckhouder tot laste van de compagnie te gebruycken off de boecken selffs te houden, mits daervoor genietende van de compagnie soo veel men na gissinge ende billickheyt aen een vreemt boeckhouder soude moeten geven. | |
21.Off yemant der participanten alhier een geruymen tijt van huys mochte zijn, ofte oock mochte comen te overlijden geduyrende den tijt, dat het sijne beurte soude zijn de zaake ende negotie van dese compagnie alhier te administreren ende te besorgen, soo sal den andere, die bij sijne absentie off aflijvicheyt de directie dan sal waernemen tot laste van de absente off overleden provisie mogen rekenen van een ende een halff percento, en van incoopingen ende van vercoopingen, tot den tijt, dat den absenten weder gekomen, off in des overledens plaetse yemant anders door sijne erve mochte sijn gestelt; maer in cas van absentie voor eenen corten tijt van een maent offte twee sal de presenten gehouden zijn de directie waer te nemen sonder eenige (provisie) te reeckenen, mits dat hij gelijcke soulas weder sal mogen genieten in den tijt ende beurte van zijne directie. | |
22.Ten aensien dat Jacobus Uyttenhoven in Stockholm ten laste van de compagnie sal werden geassisteert met een bequaem dienaer, als in het vijftiende articul is geseyt, ende dat hij in die consideratie alsoo wel moet gereeckent werden aldaer met syn tweën te sullen zijn, als sijne medeparticipanten met hun tweën zijn, soo zullen de moeyte van de directie ende het bewint soo de gemelte Uyttenhoven binnen Stockholm sal hebben ende soo sijne medeparticipanten alhier zullen hebben, jegens den anderen werden gecompenseert, sonder dat d'een den anderen dieswegen met eenige provisie zullen | |
[pagina 216]
| |
mogen belasten. Alleen sal gemelte Uyttenhoven uyt consideratie vooreerst voor zijn particulier genieten de driehondert rijxdaelders 's jaers, die hare Maj.t in de acte van het octroy hem voor sijne huyshuyr heeft toegesecht; ende bijaldien naer het expireren van de eerste tien jaren meer als voor hondertduysent guldens binnen Stockholm door hem wert vercocht, soo zal hij pro rato van 't geene meer als de voorgemelte somme door hem wert vercocht oock pro rato van de gemelte drie hondert rycxdaelders 's jaers, door de Coninginne toegeseght, tot laste van de compagnie soo veel meerder tractement genieten boven de gemelte drie hondert rijxdaelders, door de Coninginne toegeseyt. | |
23.Ende off het gebeurde dat hare Majesteijt in plaetse van gemelte 300 rijxdaelders, hem voor sijne huyshuyren toegeseght, een huys tot sijne wooninge in eygendom quame te vereeren, soo sal verstaen werden, dat de gemelte jaerlijxe 300 rijxdaelders in die gifte voor gemelte Uyttenhoven zijn gerescontreert ende alsoo geduyrende het octroy het gemelte huys vrij mogen gebruycken ende bewoonen sonder daervoor yets aen de compagnie goet te doen, alleen sal gehouden sijn daerin sooveel plaets te geven ende tot de rederijen ende verwerijen, die voor de compagnie sullen opgeset werden, als hij eenichsints sonder sich int particulier voor sijne familie te incommoderen soude kunnen missen, maer naer het expireren van het octroy sal het gemelte huys, soowel als alle andere huysen ende erven, conform het dertiende articul aen de compagnie vervallen. | |
24.Alles wat aengaende de directie van de negotie voor....Ga naar voetnoot1) de compagnie betreffende, bij meerderheyt van stemmen sal werden geresolveert sal moeten gevolcht werden; alleen bijaldien (twee der compagnons eenigeGa naar voetnoot1)) | |
[pagina 217]
| |
negotiën van hier op Sweeden wilde aenvangen, daer de (andere niet toeGa naar voetnoot1)) zoude inclineren, soo sal het die twee vrijstaen soodanige alleen voor hare rekeninge te drijven, maer een alleen sal geen (negotieGa naar voetnoot1)) op geenige plaets van 't rijck van Sweeden voor sijn particuliere rekeningh doen, noch directelijck door hem selffs, noch indirectelijck....Ga naar voetnoot1) onder andere, ten ware met speciale bewilliginge ende toelatinge van zijne medeparticipanten. | |
25.Alle de correspondentien van hier op Stockholm ende van Stockholm herwaerts zullen werden gehouden op den naem van Isaacq Bernardt ende Sebastiaen Schelckens off hunne actie hebbende ende tot de effecten ende goederen van dese compagnie sal werden gebruyckt het nevenstaende merckGa naar voetnoot2). | |
26.Alsoo de participanten van de negotie vorengemelt, die dese compagnie voorheeft, malcanderen veel zullen moeten vertrouwen ende dat se bij faute van oprechticheyt soude kunnen werden verongelijckt sonder dat het zoude kunnen werden naergereeckent, soo belooven zij alle als voor de oogen Godes ende nemen het op haer gemoet ende conscientie yeder in de administratie, die hij met gemeene bewilliginge sal hebben, oprecht ende trouwelijck te handelen, ende niets voor sijn particulier te genieten, ofte directelijck tot sich te trecken, 't geene volgens de conditie ende articulen hiervoren gemelt, tot gemeene beste van de compagnie moet comen. Ende off het gebeurde, dat yemant der participanten, off hunne actie hebbende, bij affsterven off andere wijsen in dien deelen in eenich manquement wiert bevonden, off oock andersints bij de meeste stemmen onbequaem geoordeelt om eenen bewint en directie van de zaeke ende negotie van de compagnie te hebben, soo sal tot laste van deselvige | |
[pagina 218]
| |
tot de directie een ander bequaem persoon werden gesurrogeert, sooals bij gemelte meeste stemmen te rade sal werden gevonden; zullen wijders gehouden zijn yeder van hunne administratie prompte ende goede reeckeninge ende reliqua te doen. | |
27.Alle jaeren salder staet werden gemaeckt wat in de compagnie van 't verloopen jaer sal mogen zijn geadvanceert. Bijaldien een der participanten soude begeeren, dat hem pro rato van sijne portie van de gemelte advance uytdeelinge soude geschieden, soo sal aen yeder der participanten uyt de gereetste effecten van de compagnie, alrede ingekomen ofte noch in te comen, sijnde prorato als voren, uytdeylinge werden gedaen. | |
28.Wijders off t'eeniger tijt yets mochte voorvallen, waerover eenige questie off differentie tusschen de participanten deser compagnie mochte ontstaen en dat se malcander niet wel konden verstaen, soo obligeren ende verbinden sij sigh mits desen d'een den anderen over soodanige differenten noyt met processen off rechtspleginge te quellen, maer submitteren alle soodanige questien van nu aff aen de uytspraecke (van) goede mannen, als gemelte participanten bij onderlinge bewillinge zullen verkiesen off - bijaldien in die verkiesinge niet konde verdragen - die door de Ed. Heeren Schepenen deser stede op de requeste van een off beyde de contendente partijen daertoe zullen werden geauthoriseert. Ende zullen de gemelte goede mannen in het decideren van soodanige differentie niet verbonden zijn aen pointen ende scherpheden van rechten, maer zullen daerin mogen gaen nadat zij in der billickheyt ende equiteyt zullen bevinden te behooren; ende beloven partyen bij eer, trou ende vroomicheyt, in plaets (van) solemnelen eede, de gemelte decisie ende uytspraecke absolutelijck te volgen, even off die door den Hoogen Raet was uytgesproocken, sonder sich daertegen te sullen behelpen off doen behelpen, direct noch indirect, 't sij bij eenich middel van relieff, reductie, appellatie, refor- | |
[pagina 219]
| |
matie, mandament penael, off andere provisie van justitie, of oock van gratie van eenich hoff off hooge overheyt te obtineren, als van alle deselve middelen ende vorder van alles meer, wat hen tegen 't inhouden van de voorsz. submissie ende de uytspraecke, daerop te volgen, eenichsints zoude mogen te bate comen, voorwetentlijck, welbedachtelijck ende onwederroepelijck renuncierende. Ende off desen niettegenstaende yemant van partijen sich daermede pooghde te behelpen ende eenige provisie van justitie off oock van gratie impetreerde, soo wert expresselijck gestipuleert, dat daerop in rechte off daerbuyten geen regardt sal mogen genomen werden, maer sulx geacht ende gehouden werden als sub- ende obreptivelijck vercregen. | |
29.Ende tot de meerder onderlinge verseeckeringe, dat alles wat hierboven is belooft ende gestipuleert soo onverbreeckelijck sal werden gehouden ende naergekomen, soo verbinden daervoor yeder der drie comparanten hunne respective persoonen ende goederen....Ga naar voetnoot1) specialijck daervoor onderlinge aen malcanderen....Ga naar voetnoot1) effecten van dese compagnie in sulken schijn, als de selve sullen werden bevonden op de boecken, die daerover soo hier als in Sweeden worden gehouden. | |
30.De verseeckeringe van hier op Sweeden off van Sweeden herwaerts sal yeder der participanten voor sijn eygene reeckeninge doen, soo veel ende soo weynich als het hem sal believen. | |
31.Alsoo den incoop van de lakenen door Isaacq Bernardt alleen sal moeten gedaen werden ende dat daer veel moeyte aen vast is, soo wert hem toegestaen een ende een halff percento provisie van de laeckenen, die hij voor dese compagnie sal incoopen. | |
[pagina 220]
| |
32.Eyndelijck noch, dat de ampliatien ende verbeteringen van de gegeven privilegie, die de voornoemde participanten voor hebben te versoeke, sullen zijn geobtineert tot het genoegen ende contentement, ende dat het gebeurde datt H.M.t naerderhant t'eeniger tijt aen Jacob Uyttenhoven eenige vereeringe quame te doen ut particuliere gunste, die deselvige aen sijn persoon mochte toedraagen, ende gants buyten eenige insichte van den dienste, die H.M.t ende haer rijck soude mogen sijn gedaen door de wercken, die de voorsz. participanten souden mogen hebben ingericht, ende dat oock alle de benefitien van H.M.t geobtineert ende in voegen als vooren noch te obtineren aen de gemeene comparanten sullen sijn gepresteert, soo sullen alle andere liberaliteyten, die door H.M.t voor particuliere gunst aen Jacob Uyttenhoven voornoemt soude mogen werden gedaen, als voornoemt, tot sijn proffijt alhier cederen ende sal daervan aen sijne mede participanten niets hoeven goet te doen, ende alleen bijaldien H.M.t in plaetse van de 300 rijxdaelders sjaers, die deselvige voor syn huyshuyr heeft toegeseght, hem t'eeniger tijt een huys quame te vereeren, soo sal die vereeringe blijven tot voordeel van de gemeene compagnie.
Notarieel archief Amsterdam, Protocol not. G. Coren. | |
8. 24 Juni 1650. Isaac Barnaert en Sebastiaan Schelckens doen ⅓ van hun aandeel in de vennootschap met V. Uyttenhoven over aan Laurens de Geer.Alsoo tusschen Isaack Barnaert, Sebastiaen Schelkes ende Jacob Utenhoven eenige maenden geleden is opgerecht sekere compagnie, om eenige wercken ende negotien in Sweden aen te vangen op seker octroy ende privilegie nevens verschijdene beneficien, door H.M.t de Coninginne van Sweden verleent in faveur van de gemelte wercken ende negotien, sijnde tusschen hun een | |
[pagina 221]
| |
contract daerover gepasseert voor wijlen den Notaris Coren in date 14 September 1649, op voorwaerden ende conditien wijtluftigh genarreert ende gearticuleert in d'acte van het gemelte contract, waervan d' copye aen 't gros van desen is geannexeert, ende dat gemelte Barnaert ende Schelkens goet gevonden hebbende in hunne ⅔ parte, die sij uytwijsent dito contract in de gemelte compagnie waren heriderende noch iemant nevens hun intelaten, soo sijn de voorsz. Barnaerts ende Schelkens daerover in conferentie getreden met d' Heer Laurens d'Geer, ende eyndelijck met (hem) verdragen in maniere als volght. | |
1.D'Heer Laurens de Geer sal herideren een gerechte ⅓ part in de voorgemelte ⅔, die Barnart ende Schelkens voornoemt conform het voorgemelte contract competeren in d'compagnie met Utenhoven voornoemt opgericht, op alle ende deselffde conditiën, als in het gemelte contract sijn vermelt, in allen sulcken schijn off hij nevens hun voor het gemelte gedeelte participant ware geweest, van d'eerste uyre aff, dat het gemelte contract tusschen Utenhoven ende hun was gemaeckt ende off van dien tijt sijnen naem oock dairinne ware gemelt. | |
2.Ende alsoo uyt de boecken van de gemelte compagnie blijckt, dat gemelte Barnart ende Schelkens ten behoeve van de gemelte compagnie hebben gefourneert, in coopmanschappen ende contante penningen als oock in verschijdene gereetschappen, behorende tot de verwerije ende rederije etc., de somme van sevenduysent vierentachtig ponden, seven schellingen, elff grooten vlaems, soo sal d'Heer de Geer voornoemt voor sijn ⅓ part van de gemelte sevenduysent vier en tachtig ponden, seven schellingen, elff grooten vlaems in contant uytkeren aen de gemelte Barnaert ende Schelckens, de somme van tweeduysent driehondert ende eenensestich ponden, negen schellingen, vier grooten vlaems; te weten aen Barnaert eenduysent eenhondert ende tachtig | |
[pagina 222]
| |
ponden, veerthien schellingen, acht grooten ende aen Schelkens gelijcke eenduysent eenhondert ende tachtig ponden, veerthien schellingen, acht grooten vlaems. | |
3.Ende alsoo volgens 't geene hiervoren is gesecht, d'Heer de Geer nu wert geconsidereert als participant van de eerste uyre, dat dese compagnie is opgericht, prorato van sijne portie vorengemelt, ende dat hij volgens dien interest soude schuldich sijn van de gemelte tweeduysent driehondert eenentsestich ponden negen schellingen vier grooten vlaems, (die), d'een door d'andre gerekent, ontrent zes maenden door gemelte Bernaert ende Schelkens sijn verschoten, soo sal hij daertegens weder gelijcke somme voor ses maenden voor gemelte Bernaert ende Schelkens sonder interest verschieten ten eerste datter op hunlieden portie sooveel sal moeten werden gefourneert. | |
4.D'assurantie van de goederen verleden herfst naer Stockholm gesonden sal hij prorato van sijne gemelte portie aen gemelte Bernaert ende Schelkens uytkeren tegen drie percento. | |
5.Alsoo Bernaert en Schelkens groote risico van schade hebben uytgestaen om de voorgemelte wercken ende negotien in sodanigen staet te brengen, als die tegenwoordich sijn, dat, behoudens Godes segen, goede voordeelen daervan sijn te verhopen, dat sij bovendien alle de moeyten tot noch toe daertoe gedaen alleen hebben gedragen, dat sij daerbenevens oock tot hare laste nemen sonder eenige provisie te rekenen, alle den arbeyt ende moeijten, die tot de directie van alle de negotiën behoort soo hier als in Sweden op deselffde wijse als in het contract vorengemelt is geconditioneert ende dat voor de thien eerste jaren, soo is 't dat in compensatie van alle het voorverhaelde d'Heer de Geer voornoemt, gehouden sal sijn voor gemelte Beruart | |
[pagina 223]
| |
ende Schelkens gelijcke thien jaren geduyrende te verschieten tot de gemelte negotie de somme van vijftien duysent guldens, sonder eenige interest, welverstaende dat de voorsz. thien jaren innegegaen sijn den sesthienden September lestleden. | |
6.Naer het expireren van de gemelte thien jaren, sullen de moeyten van de directie tusschen hun werden geëgaleert, of 't bij beurten en verposingen even gelijck die in het eerste contract met Utenhoven gemaeckt tusschen Bernaert ende Schelkens sijn geëgaleert, off wel bij nieuwe verdrach daerover tusschen hun te maecken. | |
7.Alle resolutien aengaende de directie der negotie, van de gemelte compagnie sullen door d'gemelde participanten bij pluraliteyt van stemmen werden genomen ende wat de twee van de voorgemelte participanten goet vinden, sal de derde gehouden sijn te volgen, ende sodanigen resolutie bij meerderheyt van stemmen bij de particicipanten in desen genomen sal tegens Jacob Utenhoven altijt mogen werden ingebracht ende valideren, even off d'selvige eenparich ende sonder eenige weder wil van iemant ware genomen. | |
8.De participanten, in desen vorengemelt, refereren sich wijders aen alle de andre conditien ende articulen genarreert in het contract met Utenhoven opgericht, hier voren gemelt, ende beloven als luyden met eeren, ende nemen het tot last van haer ziele, soo de conditien van het gemelte contract als de naerdere conditie ende articulen in desen gemelt, getrouwelijck naer te comen ende noyt iets daertegens voor te nemen ende in alle oprechticheyt te handelen in de administratie, die ieder van hun soude mogen werden gedefereert, ende allerwegen met alle getrouwicheyt het gemene beste van de compagnie naer alle haer vermogen te helpen bevorderen. | |
[pagina 224]
| |
9.Iemant van de voorgemelte drie participanten uyt deser compagnie comende te scheyden, soo sal over sijne satisfactie die selffde ordre werden gehouden, als in het contract, met Jacob Utenhoven opgericht, in gelijcke gevalle is vermelt, ende sal de portie van die geene, die uyt de compagnie is scheydende alsdan vervallen aen d'andre twee participanten in desen gemelt ofte hunne acte heriderende. Alle welcke voorsz. poincten ende articulen sijluyden partijen belooft ende aengenomen hebben, trouwelijck te onderhouden 't na te comen, elx in 't zijne. Onder verbant als na rechte. Sonder arg en list etc.
Notarieel archief Amsterdam, Protocol Not. F. Utenbogaert, no. 60, fol. 480. | |
9. 22 Juli 1651. Jean de la Roque Boulihac en Charles Gijsberti gaan een vennootschap aan tot het drijven van een scharlakenververij.Comparurent le jourduij le 22 de Jullet l'an 1651 par devant moy Martin Beeckman notaire publicq, admis icij à la Haije et les tesmoins en bas nomméz le Sr. Jean de la Roque Boulihac d'une, et Sr. Charles Gijsbertij d'autre costé et confessoyent les dits comparants d'estre convenu et d'accord pour faire une compagnie de taintures d'escarlates et ce aux conditions suivantes. Premièrement que le Sr. de la Roque déclare d'avoir quelque art pour faire les dits taintures d'escarlate, d'ont il tiendra négotiation en compagnie avec le dit Sr. Gijsbertij, scavoir que le dits comparants auront à leurs choix et bon vouloir pour eslire une place là où ils commenceront la dite compagnie, soit en la province d'Hollande ou des autres quartiers là où les dits comparants le trouveront estre plus convenable et pour le meilleur profit. Et est condition que Mons.r Gijsbertij fournira le chaudron et autres préparations dépendant au chauderon | |
[pagina 225]
| |
et requis pour mettre en effect la dite négotiation et teintures d'escarlates. Bien entendu que les dits comparants porteront chacun la moitié de despends touchant le louage des serviteurs et laboureux, nécessaires en la dites teintures et négotiations, qui seront pris sur les profits venants, comme aussi la moitié des despends des bois de feu et autres choses pour les manifactures, scavoir que des profits et gaignements faicts après l'establissements des dits négotiations seront tiréz et profitéz la moitié d'une et d'autre costé de les dits comparants. Et seront les dits comparants obligéz pour tenir et faire tenir d'une et d'autre costé bonnes registres et bonne compte de tout ce que dépend à la dite négotiation, notament que le Sr. de la Roque mettra un de ses parents qui aura charge de luy ou quelquun de sa part. Et déclaroit le dit Sr. la Roque d'estre contant que le dit Sr. Gijsbertij usera et faira la dite négotiation et teintures sur son nom propre et que luij Sr. Gijsbertij aura soin et charge d'faire acheter et vendre les marchandises et tout ce que dépendra et que luy tiendra les livres des contes et le gouvernera, scavoir que les dits comparants leur donneront compte jusque trois mois. Et durera cest contract les tempe de quince ans, tout pour les comparants que pour leur successeurs, le tout comme si le Sr. Roque y estoit présent. Promettant les Sr. comparants d'en tenir ferme et estable tous les conditions susdits, à quoy s'obligants les dits Srs. comparants touchant qui est descrit, chacun en son regard, réciproquement leurs personnes et touts leurs biens tant présents quà venir, meubles ou inmeubles, rien excents, les soubmettants touts à tous Sr. juges et jurisdictions, tant icy q'ailleurs. Renonciant les dits comparants tout bénéfices et exceptions des droicts aucunement à ce contraire et principalement les droits, qui disent que la renonciation générale n'a de valeur sicenett que précède l'especiale etc.
Notarieel archief Den Haag, Protocol Not. M. Beeckman, no. 263, fol. 292. | |
[pagina 226]
| |
10. 29 October 1676. Vennootschapscontract tusschen Adriaan Wittert, Joan Huis en Barthelomeus Roose.Op huiden den 29en October 1676 compareerden voor mij Vitus Mustelius, notaris publycq etc. d'eersame Srs. Adriaen Wittert, Joan Huis ende Bartholomeus Roose, coopluden binnen deser voorsegde stadt (Rotterdam) ende verclaerden zijluden comparanten, dat sij met malckanderen na rijpe deliberatie aengegaen en besloten hebben zeecker contract van societeyt, soo in negotien als factorijen gedurende den tijt van thien eerstcomende en aeneenvolgende jaren vast, zulx zij doen bij desen in manieren hierna volgende. Te weten dat henluyder voorsegde compagnie en societeyt zal ingaen op den eersten November in desen jare 1676, als wanneer zijluden Srs. Wittert, Huys ende Roose ten selven dage alhier in promptis en contant sullen moeten contribueren en inleggen yder van hun de somme van twintichdusent carolus guldens, makende t'samen een somme van tsestichdusent gulden, omme daermede den voorss. tijt gedurende te negotieren en andere lieden in commissien te dienen tot henluder gemeene proffijten en schaden, daerinne zij contractanten elx een gerecht derde part sullen genieten en dragen, alles in soodanige waren ofte coopmanschappen ende commissien als zijluden metten anderen sullen geraden vinden, met sulcken verstande en conditie nochtans soo zyluiden t'eeniger tyt malckanderen nopens het ontbieden of incoopen van goederen, alsmede int bedienen van commissien niet en conden verstaen, dat alsdan de twee overeenstemmende van hunlieden dienaengaende sullen mogen doen en laeten alle 't gene deselve twee geraden sullen vinden, sonder dat den derden in eeniger manieren 't selve sal mogen contradiceren ofte int minste doen ontrent de negotiatien en commissien deser compagnie 't gene de twee overeenstemmende van henluden niet begeeren of tegengesproken sullen hebben, ofte sal hetselve blijven alleen ten lasten ende voor reeckeninge en | |
[pagina 227]
| |
risico van dengenen, die jegens het advys van deselve twee overeenstemmende sal hebben gehandelt ende daerenboven noch ten behoeve en proffijte van de twee overeenstemmende telckenmale verbeuren de somme van één dusent carolus guldens, die contant sullen moeten werden voldaen. Ende off het geviele, dat yemant van hun contractanten binnen den voorssegden tijt van thien jaren quame te overlijden, dat alsdan de twee overblijvende of levende binnen den tijt van ses maenden naer des eerststervendes doot aen de erfgenamen van deselve eerstoverledene sullen moeten doen deuchdelijcke reeckeninge en bewijs, mitsgaders het gerechte derde part van de incomende gelden deser compagnie, soo haest deselve ingecomen of ontfangen sullen wesen, moeten goet doen en betalen, welcke te buiten staende gelden door de overblijvende compagnons ende de langstlevende vandien sullen moeten ingevordert werden, de oude schulden voor de nieuwe, hetzij bij minne of bij wegen van justitie, blijvende deselve twee levende voorts in dese compagnie continueren ten uiteinde der voorsegde thien jaren toe, die expireren zullen den eersten November 1686, sonder dat yemant van hun contractanten gedurende denselven tijt van thien jaren directelijck noch indirectelijcken voor sich selven en int particulier buiten dese compagnie eenige negotien of commissien sal mogen doen op gelijcke peyne als boven, uitgeseyt alleen int reguard van Sr. Huys, die 't selve naer prima Meye 1677 met sijn vertreck van hier vrij gelaten wert sulx 't selve hiernae in desen contracte uitgedruct wert, sullende zijluden contractanten nopens alle affairen hunner voorsegde compagnie van primo November 1676 af tot primo Meye 1677 toe teickenen: Adr. Wittert & Huys, blijvende den voorsegde Roose middelerwijle sijn eygen name teickenen ende voorts van primo Meye 1677 af tot het einde deser compagnie toe zal over deselve affairen geteikent werden Adr. Wittert & Roose. Is wijders geconditioneert ende verobligeert sich den voornoemden Sr. Johan Huys expresselijck bij desen, dat hij primo Meye 1677 voorsegd, soo hij sijn huis | |
[pagina 228]
| |
alhier alsdan sal hebben verhuirt, van hier zal vertrecken ende gaen wonen hetzij tot Brussel in Brabant ofte Bourdeaux in Vranckryck 't syner keuze, mits dat hij echter zijn derde part in dese compagnie t'sijner proffijte en schaden zal moeten blijven houden in gelijcker voegen of hij alhier metterwoon was gebleven; des zall hij, Sr. Huys, 't sij in Brabant of in Vranckrijck oock moeten doen en waernemen alle de affairen van dese henluder compagnie, die de voornoemde Srs. Wittert en Roose hem sullen comen te ordineren, sonder daervan eenige provisie te mogen pretenderen ende sal het den gemelden Sr. Huys tot Brussel voorsegd (soo haest hij aldaer metterwoon sal gecomen wesen) vrij staen te negotieren naer sijn welgevallen voor sijn particulier tot sijn eygen risico, buiten de penningen deser compagnie, sonder aldaer direct of indirect, voor sijn particulier ofter eygen reeckeninge eenige commissien te mogen doen, mits nopens d'selve zijne particuliere negotie van alle 't gene hij Sr. Huys te Brussel wonende, hetzy van hier, van Vranckrijck off elders zal comen te ontbieden, ten proffijte van dese hunne compagnie betalende provisie, convoygelt en oncosten even ende gelijck een vreemde, die buiten hunne compagnie is, ende oock van gelycken den voornoemden Sr. Huys (tot Bordeaux wonende) nopens alle 't gene hij zal comen te ontbieden ofte vandaer hier te senden, alsoo expres geconditioneert is dat hij Sr. Huys alle 't selve over dese stadt Rotterdam sall moeten laten comen, maer geensints over Zeelant, Vlaenderen of andere quartieren, des sal hij Sr. Huys, tot Bourdeaux wonende, voor zijn particulier en tot zijn eygen risico buiten de penningen deser compagnie allen en een ygelijcken, die 't hem gelieven zal in commissien mogen bedienen naer sijn welgevallen, welverstaende nochtans, dat soo lange den gemelden Sr. Huys tot Brussel woont, hij zal vermogen in Vlaenderen off Zeelant voor zijn particuliere negotie goederen te coopen of doen coopen, mits daervan provisie van een ende een half percento ter proffijte van dese henluder compagnie int gemeen goet doende. | |
[pagina 229]
| |
Ende is wijders noch expresselijck geconditioneert dat niemant van hun drie contractanten voor reeckeninge van dese hunne gemeene compagnie sal vermogen te assureren, maer wel voor sijn eygen reeckeninge en tot zijn particuliere risico 't sy of de assurantien gedaen soude mogen werden aen dese compagnie ofte aen andere personen. En sullen alle winsten ende verliesen, die over de gemeene negotien en commissien deser compagnie sullen comen te vallen, inganck nemen primo November 1676 voorsegd, als wanneer alle d'affairen en handelingen dienaengaende sullen moeten gehouden ende geschreven werden in eene boucken sonder dat primo Meye 1677 (door het vertreck van Sr. Huis van hier) dieshalven eenige alteratie of veranderinge sal werden gemaeckt, als alleenelijck int teickenen van hunne namen gelijck hiervoren geexpresseert is. Vorders is noch bevoorwaert dat de voornoemden Sr. Roose gedurende dese compagnie het comptoir derselver compagnie sal moeten waernemen ende 't selve comptoir ende boucken van dien t'sijnen huise houden ofte door hunne comptoirknechts doen houden, mits dat ten allen tijden deselve boucken voor alle de voornoemde compagnons sullen moeten open leggen, die tot hetselve comptoir en boucken vrij acces sullen hebben ende daervan copien, reeckeningen ende extracten lichten naer hun welgevallen sonder eenige verhinderinge. Ende of het gebeurde dat den voornoemden Sr. Johan Huys t'einde den tijt van twee jaeren nae primo Meye 1677 voorssegd of oock daernae t'allen tyden gedurende dese compagnie wederom hier tot Rotterdam quame te wonen, sal hij de affairen deser compagnie moeten helpen waernemen, als wanneer den voorsegden Sr. Wittert daervan gelibereert ende gevrijt sal zijn ende sulx van 't waernemen derselver affairen ontslagen wesende. Sal Sr. Huys dan oock mogen nopens deselve affairen neffens de voornoemde Srs. Wittert en Roose zijnen naem teickenen, sonder dan particulier eenige negotie of commissien te mogen doen. Belovende zijluden comparanten gesamentlijcken, elx naer zijn vermogen, alle goede sorge ende behoorelijcke | |
[pagina 230]
| |
vlijdt en naersticheyt ten besten van hunne voorsegde compagnie te zullen contribueren sulx en in voegen goede oprechte en getrouwe compagnons gehouden sijn te doen. Ende de voorsegde thien jaren geeindicht zijnde, zullen de voornoemde contractanten voor alle scheydinge en deylinge van winst, elx sijn ingeleyde voorsegde hooftsomme moeten vooruittrecken ende voorts nae aftreckinge van alle noodige oncosten nopens de zaecken en affairen deser compagnie gevallen de overschietende winsten, yder voor een gerecht derde part, deylen en genieten. Edoch oft geviele dat geduirende dese henluder compagnie tusschen hun ter zaeken vandien eenigen questien of differenten quamen te ontstaen, soo is eyntelicken expres geconditioneert, dat zyluden alle deselve questien en differenten metten gevolgen ende aencleven vandien bij compromisse int geheel en all absolutelijcken sullen moeten submitteren of verblijven aen twee neutrale cooplieden, hun des verstaende, binnen deser stadt wonachtich zijnde, bij de strijdende parthijen elk een te verkiesen met macht omme een derde persoon tot superarbiter naer derselver welgevalle te mogen assumeren, die deselve questien en differenten bij hunne arbitragie ende uitspraecke soodanich sullen decideren en termineren, als zij in equiteyt ende billickheyt sullen vinden te behooren. Alles onder renunchiatie van relief, reductie en andere weeren van rechten ende oock onder willige condempnatie van den Ed. Hooge Rade in Hollandt, sonder dat parthijen andersints nopens d'selve henluder differenten malckanderen in rechten sullen mogen betrecken, verbindende zijluden comparanten voor de naercominge en voldoeninge van alle 't gene voorsegd is, ende voor sooveel yder int sijne gehouden es te presteren henluder respective personen en generalijck alle hunne goederen, subject alle rechteren ende gerechten, mette costen daerom te doen.
Notarieel archief Rotterdam, Protocol Not. V. Mustelius, Reg. no. 29, acte no. 598. |
|