Biekorf. Jaargang 106
(2006)– [tijdschrift] Biekorf– Auteursrechtelijk beschermd
[pagina 129]
| |||||||||||||||||||||||||
Thuiskomst van ‘eene verre speelreize’ (Reninge 1905)Maria Toye, dochter van geneesheer, burgemeester en provincieraadslid Theofiel Toye-Van Isacker uit Zwevegem, trouwde in augustus 1905 met Victor Pieters, de enige zoon van Charles Pieters, gemeentesecretaris van Reninge. De huwelijksplechtigheid in Zwevegem was een veel besproken gebeurtenis en werd o.m. in ‘De Gulden Spore’ van Kortrijk (21 augustus 1905) uitvoerig weergegeven:
Gansch het dorp was in feeste; de kerk en het stadhuis waren prachtig versierd; de algemeene bevlagging der huizen, het kanongebrom, het beiaardluiden, het muziekgeschal, dat alles zei welsprekend aan de geachte familie Toye het deel dat alle ingezetenen der gemeente namen in hunne welverdiende blijdschap.
Het jonge echtpaar vertrok dan op een verre huwelijksreis, nl. in Frankrijk, Italië en Zwitserland. In Rome hebben zij de eer gehad in bijzonder verhoor te zijn ontvangen geweest bij zijne heiligheid den paus.
Op 10 oktober 1905 arriveerden ze in Reninge, toen een dorp van ca. 1900 inwoners. In niet minder dan drie nieuwsbladen (De Gulden Spore, Veurne Ambacht en Stad Brugge) van 14 oktober 1905 staat het verslag van de feestelijkheden die georganiseerd waren bij hun thuiskomst in Reninge. Het werd een volksfeest dat blijkbaar reeds vele dagen voordien gepland en in mekaar gestoken was.
In een minimum van tijd was Reninge in feestgewaad getooid. Alle huizen waren bevlagd met de driekleur. Niet minder dan 20 praalpoorten werden in de straten opgericht en met bloemen en vers groen gefatsoeneerd en een stoet werd in mekaar gestoken. Niemand werkte, alhoewel het een dinsdag was. De stoet was als volgt samengesteld:
| |||||||||||||||||||||||||
[pagina 130]
| |||||||||||||||||||||||||
Vele opschriften, jaarschriften en welkomstlichten versierden de gevels van de woningen, de kerk en het gemeentehuis. Na het feest werd er een boekje uitgegeven (zie afb.) van 24 blz. en daarin staan al die opschriften afgedrukt. Er waren er zo maar eventjes 63! Uit dat drukwerkje is het dat wij al die details van dit ware volksfeest kunnen lezen.
Om 13.30 uur trokken ruiters op hun versierde paarden en wielrijders met gepinte fietsen naar de herberg De Kruisdoorn, waar het jonge koppel opgewacht werd. Van daaruit ging de stoet met de
| |||||||||||||||||||||||||
[pagina 131]
| |||||||||||||||||||||||||
gevierden en hun families tot aan de ingang van het dorp. De muziekmaatschappij van de weezenschool van YperGa naar voetnoot(1) speelde de brabançonne, pastoor en onderpastoor en de secretaris van het feestcomiteit verwelkomden mijnheer en mevrouw Pieters en een aantal bloementuilen werden overhandigd. Men wenste ze uitbundig geluk en lange jaren in Reninghe.
De jonggehuwden en hun familie volgden de stoet in open rijtuigen en namen welwillend de toejuichingen en de gelukwensen van de vele kijklustigen in ontvangst. De stoet hield halt aan de kerk waar de pastoor een plechtig Te Deum aanhief, begeleid door de zanggilde van Reninge en de schooljeugd van Reninge. Dit alles om God te bedanken, omdat de jeugdige echtelingen gezond en welvarend van hunne lange speelreize teruggekeerd zijn.
Na deze indrukwekkende plechtigheid, ging het nu van het dorpsplein naar het nabijgelegen kasteeltje, woonplaats van de familie Pieters, waar alle gilden van Reninge met hun vaandels een erehaag vormden. Hier hield pastoor Verschelde nogmaals een korte rede en werd dit openbaar gedeelte van de feestelijkheden eventjes onderbroken. Maar 's avonds waren de huizen verlicht en trok er een lange lichtstoet door Reninge. De muziekmaatschappij van de wezen uit Ieper speelde opnieuw pas redoublés; de Vlaamsche Leeuw werd uit volle borst door de zanggilde aangeheven en werd besloten met een uitvoering van Naar wijd en zijd en de Brabançonne.
Daags nadien kwamen de behoeftigen van Reninge aan de beurt. Iedereen kreeg een groot koekebrood en de volgende dagen was er iedere dag een souper dat de verscheidene gilden uit Reninge aan het jonge paar aanboden.
Het feest in Reninge herinnert aan de plechtige en feestelijke inhalingen van vorsten, kasteelheren en (feodale) dorpsheren uit de oude tijd. Wij geloven dat familiegebeurtenissen van vooraanstaanden, waarbij de hele (dorps)gemeenschap betrokken werd, ook nog in het interbellum plaats vonden. Maar sinds de laatste oorlog kunnen we toch geen zulke populaire manifestaties meer aanwijzen. Ook bij rijke burgerfamilies wordt een huwelijk of een andere familiale gebeurtenis nu meer in familiekring gevierd en blijven de brede populaire deelname en het overdreven (en dure!) publieke vertoon eenvoudig achterwege. L. Van Acker |
|