Biekorf. Jaargang 105
(2005)– [tijdschrift] Biekorf– Auteursrechtelijk beschermd
[pagina 18]
| |
Een O.-L.-Vrouwaltaar voor de Sint-Amandskerk te Bavikhove.Op 29 juni 1640 sloot Jan van Outerieve, baljuw van Bavikhove, een akkoord met de schrijnwerker Guillaume van Riable en de schilder François Rietsaert, beide uit KortrijkGa naar voetnoot(1), voor het maken van een O.-L.-Vrouwaltaar met schilderij, te leveren tegen 24 augustus 1640Ga naar voetnoot(2). Het houten altaarretabel (‘casse’) moest, wat hoogte en breedte betrof, conform zijn aan het bestaande Sint-Amandsaltaar in de kerk, maar anders dan in dat laatste altaar waar een schilderij in de bekroning zat - wat eerder een zeldzaamheid was - moest in het nieuwe altaar de bekroning bestaan uit een nis met daarin het Mariabeeld dat op het bestaande - waarschijnlijk eenvoudige - O.-L.-Vrouwaltaar stond. De schrijnwerker zou ook de beelden van twee staande engelen leveren, tussen 2 en 2 1/2 voet (tussen 59,5 cm en 74,4 cm) hoogGa naar voetnoot(3). Aangezien van Riable enkel als schrijnwerker bekend staat, zal hij de beelden niet zelf gesneden, maar enkel geleverd hebbenGa naar voetnoot(4). Het retabel - eigenlijk de schilderijomlijsting - zal op een nieuwe voet van twee trappen staan; op de bovenste trap rust het eigenlijke retabel (de kasse) en op de trap eronder - de kaarsenbank - krijgen de altaarkandelaars een plaats. Dit alles te maken voor de som van 12 ponden groten vlaams. Het akkoord met schilder Rietsaert betrof het schilderen van ‘De Hemelvaart van Maria’ voor dit nieuwe altaar, met inbegrip van de levering van de tijk, het doek voor het schilderstuk. Dit laatste diende in overeenstemming te zijn met en even groot als het schilderij van het Sint-Amandsaltaar Daarenboven moest hij ook de twee houten engelenbeelden schilderen en vergulden. Voor al dit werk, alsmede voor het reinigen en herstellen van een ‘casken’ - waarschijnlijk het tabernakel - op het O.-L.-Vrouwaltaar, zal de schilder 6 1/2 pond groten ontvangen.
Luc Devliegher | |
[pagina 19]
| |
BijlageHeden opden 29en van juni soo heeft besteet [in margine: de heer Anteunis van Bemelen pastoor van Bavecoven en] Jan van Outerieve balliu van Bavecoven aen Ghiliame van Riable te maken eenen altaer gheseijt het houtwaerck om Onse Lieve Vrauwen altaer inde kaercke van Bavecoven ende dat conforme den altaer ofte casse van S. Ammans altaer staende inde kaercke voornoempt soo van breede als van hoochde behouden datter staet op S. Ammans altaer een croonement met een schilderie in. Soo moet op Onse Lieve Vrauwen altaer inde plaetse staen een niese met twee afstaende pilaren conforme de pilaren van onder, naer den hees van het waerck om daer in te setten de Maria belde die als nu teghenwoordich boven den selven altaer staet.
Noch moet den voornoemden van Riable leveren twee ghesneden inghelen staende belden, hooch tusschen twee voeten of twee voeten en half ende noch is hij ghehouden te maken eenen niuwen voet van twee trappen daer de kasse op staen moet midts dat den voornoemden van Riable den ouden voet die daer nu staet sal voor hem hebben. Soo heeft de, voornoemden balliu van Bavecoven aen Ghiliame van Riable beloeft daervoren te gheven de somme van twalef ponden grooten vlaems te betalen ten daghe vande leveringhe midts dat van Riable voornoempt ghehouden is het waerck te leveren teghen den 24en van augustus 1640.
Noch kent den voornoemden balliu van Bavecoven met sijne consorten hier onder ghenoempt besteet te hebben aen Fransoijs Rietsaert schilder van sijnen stijle om te maken een schilderie de hemelvaert van Onse Lieve Vrauwe behoorelijck gheschildert, in naer vannante S. Anmans altaer. Ende de twee inghelen hier boven vernoempt moet den voornoemden schildere oock schilderen en vergulden naer den hees. De schilderie moet wesen van groote ghelijck op S. Anmans altaer staet, welcke schilderie dienen moet om Onse Lieve Vrauwen altaer inde kaercke van Bavecoven op dander siede vermelt. Voor dese schilderie beloeft Jan van Outerieve baliu van Bavecoven te geven aen Fransoijs Rietsaert de somme van ses pont groot en half te betalen ten daghe van de leveringe. Binnen dese somme soo moet den voornoemden Rietsaert schoonmaken ende wat repareren de deurkens staende aen het casken als nu teghenwoordich staende op Onse Lieve Vrauwen altaer.
Voort beloeft den voornoemden Rietsaert de voornoemde schilderie voor Onse Live Vrauwen altaer te leveren ten selven daghe dat den schrijnwaercker sijn casse sal leveren den 24en van augustus 1640. De tijcke daer de schilderije op moet gheschildert sijn, moet ghegeven worden oncost den schildere. Inde leveringhe sijn de besteders ghehouden te difroijeren van aet en dranck den schilder ende den schrijnwaercker. Dit ghedaen ter [doorstreept: presencie] met agriasie van Jan bal ende Joos Baert dat om als boven op dander sijde vermelt
[volgen de namen van baljuw Jan van Outryve, Joos Baert, Fransoijs Rietsaert en Guillaume van Riable] Arch. Bisdom Brugge, F16 |
|