Art. 6: voor publieke spelen zoals Gay-schietingen, Spelen met de Bollen ofte andere moest er vooraf een vergunning aangevraagd worden bij de maire of zijn adjunct.
Art. 12: aan inwoners of aan vreemdelingen was het verboden inde Straeten ofte publieke Plaetzen te schieten met Boog-spelen, met de Bolle, Malie-spel, Slinger-werpen, Kolven, Kegel-spel in te rigten tenzij na toelating van de maire. Hetzelfde met vertoningen en spelen in schouwburgen, zowel om treurige ofte klugtige Comedien te geven.
Art. 17: herbergen en koffiehuizen mogen maar geopend worden dan na vergunning van de maire. Het uitsteekberd moet een Frans opschrift dragen. Opschriften in het Vlaams die nu nog zouden hangen aan de herbergen, moeten afgenomen worden en vervangen worden door een Franse tekst. Ingevolge het besluit van de prefect dd. 10 november 1806 moest er aan alle herbergen een lantaarn hangen, die aangestoken werd vanaf zonsondergang tot naer de ure van vertrek, door de Policie-klokke aengekonigt.
Art. 23 en 24: schriftelijke toestemming van de meier is vereist bij het inrichten door de herbergiers van publieke Dans of andere Vergaederingen onder voorwendsel van Feesten, Verheug-dagen of andere benaeminge. Wie zulke toestemming bekomt zal telkenmale drie francs moeten storten aan het Bureel van Weldadigheid.
Art. 28: op 21 maart 1806 had de prefect te Brugge een besluit uitgevaardigd waarbij de landslieden de aardewegen op hun kosten in stand moesten houden en de schade aan de wegen zelf moesten repareren. Het Izegemse reglement schrijft voor de wegen in de maand mei te herstellen. De praktische punten van dit besluit zullen telkens afgekondigd worden op de eerste zondag van mei. Hetzelfde moest gebeuren door de aangelandeeigenaars en de oeverbewoners van de onbevaerbaere Rivieren, Beken, Waterloopen, Grachten ofte Gooten die de Commune doorloopen.
Art. 32: wagens en karren die geplaatst worden voor herbergen op de openbare wegen, moesten den Dyssel in de locht opgeheven hebben en de peerden vastgebonden zyn.
Art. 38: alle bouwwerken dienen vooraf vergund te worden door de maire. Ook alle opschriften die op gebouwen aangebracht worden moeten vooraf goedgekeurd worden door de maire en in het Frans opgesteld zijn.
Art. 40: allen Maendag, Woensdag en Zaterdag van elke weke, 's voormiddags, in den zomer ten acht uren, en voor den negen uren in den winter, zal het voorenste van alle de Huyzen, staende in het binnenste van het Dorp, als mede de Hoven, Kerken en andere publieke Edificien, Gevaegt en Gekuyst worden. De vuilnis die hier van voortkwam moest in de straten opgestapeld worden en op bevel en door de zorgen van de meier weggehaald worden. De politiecommissaris is belast met het stipte toezicht op deze kuisbeurten.
Art. 41: Geduerende de Groote Hitten van de zomerdagen moeten de bewoners hun huizen besproeien met water, ten minste twee mael dags.
Art. 42: dode dieren moeten onmiddellijk gedolven worden op een diepte van minstens 1 meter 33 centimeter.
Art. 46: het ruimen van afval- en aalputten wordt maar toegestaan in de nacht, nl. in de winter na 9 uur 's avonds.
Art. 48: alle uytdeelinge van Kruyden, of Bereydsels van Medicamenten op Theaters of Stellingen in de publieke Plaetzen, Feesten of Merkten zijn verboden.