Een wapenkabinet in de kerk van Armentiers
In het koor van de kerk van Armentiers op de Leie, net over de grens met het huidige West-Vlaanderen, stond vanaf het begin van de 16de eeuw de graftombe van Jacques de Luxembourg, heer van Armentiers. Boven deze tombe was er een wapenkabinet (cotte d'armes) aangebracht met wapenschilden, een zwaard, een helm en andere heraldische attributen van deze machtige en hooggeplaatste edelman, die o.m. ook ridder van het Gulden Vlies was.
De Luxemburgs hadden in Armentiers en omliggende meer gedaan dan renten opstrijken en profiteren van hun feodale voorrechten. Ze hadden de Zeven Getijden ingesteld met niet minder dan tien prebenden, allerlei privileges toegestaan en Armentiers zoveel als ze maar konden bevoordeeld en bevorderd.
In de 16de eeuw kwam Armentiers door huwelijk en erfenis in het bezit van de graven van Egmont, o.m. van de tragische graaf Lamoraal van Egmont (+1568).
Maar de graftombe van de familie van Luxemburg werd gerespecteerd en door het kerkbestuur verder onderhouden. Zo werden in 1600 de beelden hersteld rond de tombe, die de beeldenstormers zwaar beschadigd hadden.
In 1743 vertoonden het graf en het wapenkabinet tekens van verval. Het was si caducque et si vieux zodat 18 maanden voordien (jan. 1742?) het wapenkabinet neergestort was. In plaats van alles te herstellen of terug te plaatsen, beval de intendant van de familie van Egmont, het kabinet weg te nemen pour y placer celui de Mgr. le comte d'Egmont, mort à Anappes le 22 mai 1743.
De voorwerpen van dit wapenkabinet werden dan maar opgeborgen in een koffer en geplaatst in de kelder onder de stedehalle. Deze stukken