Biekorf. Jaargang 98
(1998)– [tijdschrift] Biekorf– Auteursrechtelijk beschermd
[pagina 335]
| |
Tieltse drukken van André-Benoît Stéven 1790-1794De Tieltse faze in de drukkersloopbaan van André-Benoît Stéven (Kassel in Frans-Vlaanderen 1757 - Gent 1812) is recentelijk onderzocht door V. Arickx, J. Buyck en P. HuysGa naar voetnoot(1). De laatstgenoemde twee onderstrepen dat de drukker tijdens de maanden februari - maart 1791 het vereiste oktrooi om boeken te mogen drukken en verkopen aanvroeg bij de keizerlijke administratie, en het ook bekwam (Buyck blz. 128-130, Huys blz. 100). Dat klopt met de werkelijkheid, maar het rechtvaardigt niet het besluit dat Stéven ‘te Tielt begon te drukken in de lente van 1791’.
Stéven had in genoemde stad al in het najaar van 1790 drukwerk vervaardigd. Wat ons daarvan bekend is staat in het teken van de opstand van onze Zuidelijke Nederlanden tegen het bewind van de Oostenrijkse keizer Jozef II. Het betreft de nummers 1 en 2 die hier volgen.
1. (Pieter Joost de Borchgrave), Vaderlandsche aenmoediging, eerbiedig en teerhertig gedaen in het overhandigen van het luysterlyk en plegtig gewyd krygsheldenvaendel aen het vry geëede corps Volontaire ter behoudeniss' van den heyligen Roomsch-Katholyken godsdienst, handhaeving der rust en verdediging van onze, door goed en bloed gekogte vryheyd, door de gulhertige en regtgenegene dochteren der prochie van Zulte, den vyf en twintigsten September in 't jaer aLs VLaenDersCh DrIftrYk VoLk, gerUkt WIerD UYt zYn boeYen.
Geschreven door Pieter Joost de Borchgrave uit Wakken (1758-1819) voor de patriottische plechtigheid van 25 september 1790 te Zulte, waar de jongedochters aan het plaat- | |
[pagina 336]
| |
selijk vrijwilligerscorps een vaandel overhandigden. De tekst is een gedicht van 64 alexandrijnen gevolgd door een vierstrofig lied met refrein. De dichter ondertekende met zijn gewone rederijkerskenspreuk Myd altyd nyd. Het drukkersadres luidt: tot Thielt, by A.-B. Steven, op de Merkt nevens het Schaek. Al onze gegevens komen uit F. de Potter en J. Broeckaert, Geschiedenis van de gemeenten der provincie Oost-Vlaanderen, Zulte, blz. 21-24. P.J. de Borchgrave was in zijn woonplaats Wakken verkoper van boeken, gedrukt door A.-B. Stéven. Zie hiervoor nr 8.
2. (Wellicht dezelfde P.J. de Borchgrave), Vaderlandsch Gedenk-Schrift. Weer een publicatie in het kader van de opstand tegen keizer Jozef II, nu gesitueerd in Wakken. Onze bron is een advertentie in Gazette van Gend, 21 oktober 1790: ‘WAKKEN. - Genegen zynde, om na het loffelyk voorbeeld van vele onzer Naegebueren, alle Vaderlanders van onzen Vaderlandschen Iver deel te geven, en wetende, dat wy alhier te naeuw bepaeld zyn, om den zelven in zyne uytgestrektheyd te konnen ontwerpen, hebben wy goed gevonden dien in een afzonderlyk BoekDeelken te laeten voorkomen, onder den titel van Vaderlandsch Gedenk-Schrift, hoofdzaekelyk behelzend: ‘De heldenmoedigheyd van onzen zeventhien jaerigen Jongeling d'Heer Jacobus de Rym. De oprechtinge van ons Corps Volontaire. De Plechtigheyd en Aenspraeke in het overhandigen van ons gewyd KrygsVaendel door onze jonge Dochters. Den luysterryken Optocht en Aenspraeke van onze Dochters aen Hunne Hoogmogende Heeren Staeten in het ontluyken van onzen gewilligen Eed van Trouwheyd binnen Kortryk. De Plechtigheyd van onze verscheyde LykDiensten tot Laevenisse onzer omgebragte Landgenooten’, En meer andere Merkweirdigheden, Redenvoeringen, Spreuken en Jaerschriften, te lang, om hier van gewag te maeken. Dit Boek-Deelken in quarto, gedrukt op schoon Papier met eene alderschoonste nieuwe Letter, zal men eerstdaegs konnen bekomen by A.B. Steven in Thielt en voorders by de voor- | |
[pagina 337]
| |
naemste Boekdrukkers en Boekverkoopers van Vlaenderen en Braband.’
Het is ons niet bekend of hier exemplaren van (hebben) bestaan. Drukker Stéven kan tijdens de succesvolle opmars van de Oostenrijkse troepen in november-december 1790 de oplage of wat ervan restte vernietigd hebben.
De auteur is ons niet bekend. Indien niet De Borchgrave, dan misschien die andere Wakkense rederijker Augustijn Eugeen van den Poel.
A.B. Stéven debuteerde dus als drukker te Tielt met propagandamateriaal voor de nationale opstand tegen het regime van keizer Jozef II. Toen een klein half jaar later zijn aanvraag om te mogen drukken werd behandeld in de Geheime Raad, bracht raadslid De Aguilar op 19 maart 1791 naar voren dat de aanvrager ‘zich niet heeft laten opmerken tijdens de troebelen’Ga naar voetnoot(2).
De volgende Tieltse drukken van Stéven uit de jaren 1791-1794 zijn ons bekend:
3. Nieuwe Grondregelen der Fransche Taele. April 1791. Aangekondigd in de Gazette van Gend, 28 april 1791: ‘A.B. Stéven binnen de Stad Thielt, bekomen hebbende van Zyne Majesteyt den Keyzer en Koning Leopoldus den II. de Privilegie ofte Vryheyd van Boekdrukker en Boekverkooper, heeft d'eere aen een ider hier nevens kenbaer te maeken, dat hy, voorzien zynde van eene geheel nieuwe Drukkerye, van nu af aenveird en zal aenveirden alle Boeken, circulaire Brieven, Dichten, ArgumentenGa naar voetnoot(3), immers al het gene eenigszins ter Druk-Persse kan aenbesteed worden, het welk nochtans geene de minste strydigheyd zoo aen onze heylige Religie, als aen den Staet oplevert, verzekerende, dat hy een ider met alle nauwkeurigheyd en tot redelyken prys zal trachten te bedienen.
By den zelven is reeds gedrukt en te bekomen het aenbelangende en nuttig Werk, getiteld: Nieuwe Grondregelen der | |
[pagina 338]
| |
Fransche taele, waer uyt de Fransche (bedoeld is: Vlaemsche) iverige taelminnende Jeugd op eenen korten tyd zeer licht tot de volmaektheyd van zoo eene over al in zwang en hooggeachte Taele zal konnen geraeken, (...)’
De auteur was waarschijnlijk de Tieltse kostschoolhouder Jan Baptist d'Haeyere. Dat leert ons de aankondiging voor een nieuwe druk (Gazette van Gend, 24 juni 1793): ‘Nieuwe Grondregelen der Fransche Taele, dusdaniglyk beschikt, om op korten tyd een vast denkbeeld en kennisse te hebben van de negen deelen der Zeden (bedoeld is: Reden), gemaekt tot gebruyk der Leerlingen van het wyd vermaerd Pensionat van Thielt, onder de Bestieringe van d'Heer J.B. d'Haeyere, tweeden druk, vermeerderd met een noodig Byvoegsel.’
4. (Vermeld door V. Arickx) Kortbondig begryp van de Weirdigheyd, Gratien ende Aflaeten gejond aen het Aerdsbroederschap van den H. Roozenkrans. Vernieuwt door Zyne Heyligheyd Pius den VI, den 26 Junius,
Den heYL'gen roozeLaer, MarIa toegesChreVen, zaL U In sterVens Uer' zYn' nUtte Voorspraek geVen.
Tot THIELT, by A.B. Stéven, Boek-Drukker, op de merkt. Ex. in Stadsbibliotheek Kortrijk, fonds Joseph de Bethune, 4081. 130 × 80 mm., 48 blz. Zonder aanduiding van de plaats waar het aartsbroederschap in kwestie te vinden was (Tielt?).
Zie P. van Colen, Catalogus van het Fonds Joseph de Bethune. Dl. II. Boeken. Kortrijk, 1982, nr 2749.
5. Een argument (programma) voor een toneelopvoering, 30 en 31 augustus 1791, door de leerlingen van het Sint-Jozefscollege der Minderbroeders te Tielt. Vermeld door P. Allossery, E.N. (A. Viaene) en J. Buyck.
Adonias. Opgedraegen aen de zeer edele, wyze en voorzigtige Heeren, Mynheeren Hoog-Pointers en Vry-Schepenen der Casselrye van Cortryk. Mitsgaeders aen de Roeden der voorzeyde Casselrye, Stigters der Latynsche | |
[pagina 339]
| |
Schoolen binnen THIELT, door welkers mildheyd de jaerlyksche pryzen zullen uytgedeelt worden. Zal vertoont worden door de STUDERENDE JONGHEYD van het collegie der Stede van THIELT onder de bestiering der EE. PP. Minderbroeders Recollecten. Den 30 en 31. van Oegstmaend 1791. 4 blz.
Zie P. Allossery, Geschiedkundige Boekenschouw, II, Brugge, 1913, blz. 415, nr 163; E.N. (A. Viaene), Eerste drukker in Tielt, in Biekorf, 1972, blz. 191; J. Buyck, blz. 130-131 (met afbeelding van de titelbladzijde van dit argument).
6. (Vermeld door P. Huys) Gedrukt in september of begin-oktober 1791Ga naar voetnoot(4):
Gedenk-Schrift of Kortbondige Ontwerping der ongemeyne Plechtigheden, gepléegt ter gelegentheyd der instelling van het rechtgodvrugtig en allerloflykste Aerts-Broederschap van den alderheyligsten Roozen-Crans binnen de stede en graefschappe van Middelburg in Vlaenderen den 24 Julius
aLs 't Waere ChrIst'ne VoLk zYn IVer LIet besChoUWen Voor D'heYL'ge MoeDer goDs, De troUWste aLLer VroUWen
Dit jaarschrift geeft 24 juli 1791. Het werk telt 49 blz., en is bewaard in de Bibliotheek van het Groot Seminarie te Gent. Afbeelding van de titelblz. bij P. Huys.
Dit grootse feest en deze publicatie waren het werk van de bakker en letterkundige Pieter Frans van Hollebeke (Middelburg in Vlaanderen 1747-1805). De Bruggeling Pieter Ledoulx haalt aan hoe het hele dorp vol jaarschriften hing, en hoe de auteur een exemplaar van zijn Gedenk-Schrift opstuurde aan paus Pius VI, aan kardinaal Henricus graaf van Franckenberg en aan alle bisschoppen van het land. Zie over Van Hollebeke (die als eerste de fratsen van de pastoor van Lapscheure te boek heeft gesteld) onze me- | |
[pagina 340]
| |
dedeling in Nationaal Biografisch Woordenboek, XII, 1987, k. 359-361.
Net als zijn vriend P.J. de Borchgrave trad Van Hollebeke in zijn eigen woonplaats op als verkoper van werken gedrukt door Stéven (en anderen).
Zie verder Pieter Ledoulx, Levens der Geleerde ende Vermaerde Mannen der Stad van Brugge, II, blz. 306 (handschrift in Stadsbibliotheek Brugge); F. de Potter en J. Broeckaert, Geschiedenis van de Gemeenten der Provincie Oost-Vlaanderen, Middelburg, blz. 169-171; P. Huys, blz. 101-102.
7. (Vermeld door V. Arickx)
Indices verborum, nominum, adverbiorum et interjectionum Syntaxis Emmanuelis Alvari. Quàm plurimis diversorum Authorum exemplis aucti. Editio nova, A pluribus mendis correcta. Tileti, Apud A.B. Stéven, Typographum. 1791. Klein in 4o.
Het ex. in de Universiteitsbibliotheek van Gent, G 13915, is in 1819 in het Klein Seminarie van Roeselare als schoolboek gebruikt door Constant Fideel A. Duvillers uit Avelgem, de latere priester en volkse schrijver. Hetzelfde ex. was ook al gebruikt door zijn vader (in 1794), afkomstig uit Ingooigem en achteraf chirurgijn te Avelgem.
Zie V. Vanderhaeghen in Biographie nationale, XXXI, k. 832-835; V. Arickx, blz. 4.
8. (Vermeld door V. Arickx) Duquesne (vertaald naar), De Verheventheden van Maria, of Meditatien voor de feestdagen van de Onbevlekte Ontfangenis en de Geboorte der Heylige Maegd Maria. Gevolgd naer het Fransch van den beruchten Priester Duquesne. 4 Delen, 1792.
Een eerste keer aangekondigd in Gazette van Gend, 8 december (Maria Onbevlekt Ontvangen) 1791. Hier is maar | |
[pagina 341]
| |
van drie delen sprake. Het betreft de eerste intekenlijst door de drukker geopend.
‘(...) Het schynt my niet noodig, ja het zoude zelfs belacchelyk voorkomen, indien ik wegens dit aenbelangende Werk eene uytgestrekte ofte ruyme ophelderinge wilde ontwerpen: de Verheventheden van Maria zyn groot genoeg, om de zelve zonder eenige de minste grootmaekende woorden aen onze christelyke en deugdzoekende Lezers aen te bieden; den Titel alleen, waer aen het Werk meer, dan men zig kan voorstellen, in alles voldoet, verzekert ons genoegzaem, dat het een Werk is vol levende godvruchtigheyd van de eerste nutheyd voor alle Geloovige (...)’
Dit is weer het oude liedje: wie ‘grootmaekende woorden’ overbodig verklaart gebruikt ze zelf. Wat verder volgt zelfs dit: ‘(...) want men zoude niet durven gelooven, dat 'er in onze Nederlanden Priesters gevonden worden, die zouden weygeren te besteden 63. stuyvers, om te bekomen 64. Meditatien, waer van eene zal genoeg zyn, om te maeken twee volle en zeer bondige geredenkavelde Sermoenen.’
De liefhebbers konden intekenen tot 30 januari 1792 bij een lange lijst boekhandelaren, ook in Amsterdam en Breda, in Sint-Winoksbergen (bij Touzé) en Kassel (bij Coucke en Aernouts) - Stéven bleef in kontakt met zijn geboortestreek - en verder in Wakken bij Pieter Joost de Borchgrave, in Middelburg-in-Vlaanderen bij Pieter Frans van Hollebeke, in Oostende bij B.D. Bricx, in Roeselare bij David van Hee, enz.
Merkwaardig is deel I met zijn Opdragt aen de Alderheyligste Maegd en Moeder Gods Maria: ‘Aen wie kan ik beter, eerlyker en met meerder recht deze Meditatien, het eerste aenbelangende Werk van myne Drukpers, opdraegen en toeëygenen, dan aen U, ô Alderheyligste Maegd en Moeder! wiens (sic) onbepaelde Verheventheden ons in het zelve op zoo eene eerbiedige en stigtende wyze worden medegedeelt (...). O magtige Maegd! weérstaet de geéne, die dusdanige Uytgaven, als uwe Verheventheden, blindelings derven betwisten; (...) Uwen ootmoedigen en nedrigen Dienaer A.B. STEVEN.’ | |
[pagina 342]
| |
De drukker deelde de voltooiing van deel I mee in Gazette van Gend, Sint-Jozefsdag 19 maart 1792. (In dezelfde advertentie maakte hij ook een herdruk bekend van Nieuwe Grond-Regelen der Fransche Taele.)
Wanneer Stéven twee-drie jaren later in Gent allerlei jacobijnse publicaties drukt, zoals het blad Den Demokraet, wordt hij daarvoor door Karel Broeckaert in De Syssepanne (nr 3, zondag 8 november 1795) de mantel uitgeveegd. Het volkse figuurtje Gysken zegt er bij voorbeeld: ‘het es zyn geweunte est, al dat hy drukt aen Onze Lieve Vrouwe op te draegen, uytgenomen zyn leste Gazette op eennaert die hy opdroeg aen het Comité van Surveillance.’ Hier staat in voetnoot bij: ‘Ziet het werkjen voor tytel voerende de Verheventheden van Maria, edit. 1792, 4. deelen in 8o, welkers opdragt zeer nedrig geteekent wierd door den Ex-Recollect A.B. STEVEN, nu Boekdrukker, &c.’ Zie ook De Syssepanne nr VIII, zondag 15 november 1795: ‘van den Voorvegter van Maria en Ex-Recollect Stéven, nu kampgezel der Vrygeesten’Ga naar voetnoot(5).
9. Pieter Frans van Hollebeke (zie nr 6), Het Nut van de Vrede. Gedicht in alexandrijnen, gevolgd door een lied. Het betreft Van Hollebeke's inzending voor een dichtwedstrijd van de Brugse rederijkerskamer der Weerde Dry Santinnen, waarvan proclamatie op 5 februari 1792.
Zie K. Verschelde, Geschiedenis van Middelburg in Vlaanderen, Brugge, 1867, blz. 206; J. Huyghebaert, De rederijker Pieter Frans van Hollebeke uit Middelburg-in-Vlaanderen, in Appeltjes van het Meetjesland, XXXIV, 1983, blz. 168-169.
10. Duquesne (vertaald naar), De Meditatien op geheel het H. Evangelie voor alle de dagen des jaers, volgens de Concordia, ofte overeenkomste van de vier Evangelisten. | |
[pagina 343]
| |
Aangekondigd in de Gazette van Gend, 14 juni 1792. De uitgave was gepland in 12 delen, en er kon tot 31 augustus worden voor ingetekend. Bewaarde exemplaren zijn ons niet bekend.
11. (Vermeld door V. Arickx) Nieuwen Vaderlandschen Almanach voor het Jaer O.H. 1793, Dienende voor de Bisdommen van Gend, Brugge, Ipren en Doornyk. Door Mr. Jan van Parys.
Beschreven in: K.M. de Lille, Dagklapper, in Biekorf, LXII, 1963, blz. 348. Achteraan in de almanak is sprake van een ‘Catalogue van Boeken, die te bekomen zyn by A.B. Stéven’. Tot die werken behoorde, naar de heer De Lille ons meedeelde, de tweede druk van Nieuwe Grondregelen der Fransche Taele (zie nr 3).
12. (Vermeld door J. Buyck) Cathechismus Romanus. Cathechismus van het concilie van Trenten, voor het eerst op bevel van den paus Pius V. in het licht gegeven in 't jaer 1572, daer naer, op bevel van Clemens den XIII. wederom uytgegeéven in 't jaer 1761, en nu getrouwelyk overgesteld in de nederlandsche Tael in 't jaer 1793 (...). Zeer voordelig, ja zeer noodzakelyk, aen alle Persoonen, die belast zyn met de Zielzorg.
Drie delen. Zie beschrijving bij J. Buyck, blz. 133-134. Ex. in de Bibliotheek van de Faculteit Godgeleerdheid K.U. Leuven (nr 268.164).
Aangekondigd in Gazette van Gend, 24 juni 1793. In dezelfde advertentie zijn ook opgesomd: De Verheventheden van Maria (4 delen voor 3 gulden en 3 stuivers), Den godvruchtigen LandsmanGa naar voetnoot(6), de tweede druk van Nieuwe Grondregelen der Fransche Taele, en het schoolboek van Stévens grootvader waarover meer hieronder. | |
[pagina 344]
| |
13. (Vermeld door V. Arickx) A(ndries) S(téven), Nieuwen Néderlandschen Voorschriftboek Alwaer onder vier honderd en thien zoo op maetgestelde als Rymlooze Voorschriften, véle schoone Leeringen, Zinspreuken, ende Zédelessen zyn te vinden, met eenige kortbeknoopte Nieuwjaersbrieven.
Waer zyn bygevoegt eenige korte Verhandelingen op de verbastering der Néderduytsche Tael, op de misnoeming van zommige Letteren, ende enige noodwendige waernémingen in de Spelkonst. Alles zeer bekwaem voor de Schoolmeesters, Schoolmeesteressen ende de Leerlingen zelve. Opgestelt ende byeen vergadert door A.S. Schoolmeester der Stede van Cassel.
Zesden Druk, van nieuws overzien, en verbetert. Tot Thielt, By A.B. Stéven, Boekdrukker, Binder en Verkooper, op de Merkt. 1793. In 8o, 128 blz.
Verkoopprijs, ingenaaid: 10 stuivers (adv. in Gazette van Gend, zie nr 12).
Dit schoolboek was in 1714 gepubliceerd door Andries Stéven uit Kassel, grootvader van onze Tieltse drukkerGa naar voetnoot(7). Het is meer dan een eeuw in gebruik gebleven, met zijn lettertypes gotiek, romein en cursief en met zijn moraliserende inhoud geheel conform aan het schoolboek-model van de 17de-18de eeuw.
In hetzelfde jaar als A.B. Stéven bezorgde ook de Ieperse drukker Walwein een nieuwe uitgave. Beide uitgaven vertonen van bladzijde tot bladzijde grondig verschillend zetwerk.
De aandachtige lezer van de lange titel van dit schoolboek heeft in woorden zoals Néderlandschen, véle, Zédelessen, | |
[pagina 345]
| |
waernémingen kunnen vaststellen dat meester Andries Stéven de zachtlange ee-klank als é spelde, in tegenstelling tot de scherplange ee in Leeringen, eenige, zeer, Schoolmeesters, Leerlingen. Zeer konsekwent schreef hij dus ook zijn eigen achternaam met é. Dat zijn ook zijn afstammelingen blijven doen. De naam een Frans cachet geven was bij Andries niet de bedoeling.
Er zijn ons uit het jaar 1790 twee Tieltse werken van boekdrukker A.B. Stéven bekend, uit 1791 vijf, uit 1792 vier, uit 1793 twee en uit 1794 geen enkel (terwijl hij nog ruim de eerste helft van dit jaar in Tielt heeft doorgebracht). Die lijst drukwerken mag nog zo hard nood hebben aan aanvulling, duidelijk maakt ze alvast wel dat de drukker van 1791 tot 1794 langs om minder te doen had. De tijdsomstandigheden zaten hem nu eenmaal tegen. Een snelle reeks regimewisselingen mondde uit in een annexatie die uitgevers van devotieboekjes en rederijkersgeschrijf niet aanzette tot juichen.
Letterlijk in het spoor van de republikeinse veroveringstroepen uit Frankrijk is de man met hebben en houden naar Gent verhuisd (augustus - september 1794), waar hij als drukker op slag opdrachten binnenrijfde voor de meest linkse republikeinenfactie van de stad. Het bij hem gedrukte blad Den Demokraet (1795) is daar een voorbeeld van. Het maakte in de geest van Marat propaganda voor een onvervalste res publica, te grondvesten op algemeen stemrecht. Het heeft de vestiging van de macht van de gegoede burgerij, bekend als het Directoire-regime (met een stemrecht dat beperkt bleef tot de bemiddelde klasse), niet overleefd.
Stéven's links-democratisch avontuur, misschien een uitloper van zijn vriendschap met de Kasselse stadgenoot generaal Vandamme (zie hierover F. Vanderhaeghen en V. Arickx), lijkt zijn verdere carrière in het republikeinse Gentse burgermilieu niet te hebben gehinderd.
J. Huyghebaert |
|