Biekorf. Jaargang 98
(1998)– [tijdschrift] Biekorf– Auteursrechtelijk beschermdGilden te Nieuwkerke in 1542Wanneer de kapelaan binnen het koor van de Brugse St.-Donaaskerk, Passchier de Corte, overlijdt, nov. 1541, brengt de verkoop van zijn catheilicken goede, 282£ 10 sch. 6den. par. op. Er was in huis bovendien nog 69£ 10 sch. contant aanwezig. De kapelaan had nog 2 broers, Jan kapelaan ook, en Jacob en één zuster gehuwd met Jacob Boone. Precies haar dochter Neelkin was vele jaren huishoudster geweest bij hem om cleen salaris. Daarnaast, doch reeds overleden, een derde broer Daneel - wiens zoon Passchier de Corte een aerm crepel kindt was. Zohaast overleden wordt een bode te Nieukercke an den vrienden gezonden en wordt ook daar, net als in het sterfhuis zelf, een mis gedaan en Xii feraertbroodtsGa naar voetnoot(1), 12 à 8£ 10 sch., uitgedeeld aan de aerme lieden van Nieukercke. Achterstallig gildegeld daar wordt door de testamentuitvoerders betaald voor de onse vrauwe ghilde (4£ par.) en de ghilde vande triniteit (30 sch.) Te Brugge was Passchier de Corte lid van de ghilde van St. Pieter van Milaen in de Predikherenkerk, net als de meeste kapelanen. Er wordt à 6£ 8 sch. par. aan scildere Jan Vander GauweGa naar voetnoot(2) gevraagd een tavereel aan te maken om te worden opgehangen boven zijn sepulture, in den ommeganc van St.-Donaas, waar zijn graf gemetst wordt door Christiaen Sixdeniers (à 30 sch.). En 6 sch. worden gegeven voor een messe ten sterfhuyse ghedaen. En de verdeling van het resterende geld: de nicht die hem zo lang diende, Neelkin Boone, krijgt 18£ en nog iets toe. Het kreupel kind Passchier jr. 12 + 6£, broer Jacob 12£ par. Prochiepape van Sint-Donaas-parochie was toen Jeroom Clichthove. Bron: Testamenten Sint-Donaas, Archief Bisdom Brugge, D 44bis, nr. 138. A. Dewitte |
|