Biekorf. Jaargang 97
(1997)– [tijdschrift] Biekorf– Auteursrechtelijk beschermd
[pagina 224]
| |
Het hospitaaltje van Sint-Eloois-VijveAls er één aspect is uit onze oude geschiedenis dat tot op heden verwaarloosd werd, dan is het wel het verleden van onze oude, nu verdwenen landelijke hospitaaljes, gasthuisjes, leprozerieën en passanteliedenhuizen. Stedelijke hospitalen lieten vaak een omvangrijk archief na (Sint-Janshospitaal Brugge), maar die kleine landelijke instellingen, waar de christelijke caritas werd beoefend voor zieken, gebrekkigen, pelgrims en arme lieden hebben met moeite een teken van leven nagelaten en ontsnapten aan het alziend oog van de historici. De Geuzentijd betekende voor bijna al deze landelijke hospitalen het einde. Ze waren gevestigd op de buiten en stonden bijgevolg bloot aan plundering en vernieling door legers en geuzen. En rond 1550 was hun functie als passenteliedengasthuis helemaal uitgespeeld omdat de pelgrimages precies in die tijd naar een dieptepunt gingen.
Zo ook het hospitaaltje van Sint-Eloois-Vijve. Sint-Eloois-Vijve was gelegen op de weg Rijsel-Kortrijk-Deinze-Gent en was van overouds een rustplaats op deze drukke verkeerswegGa naar voetnoot(1). Sint-Eloois-Vijve lag aan de Leie en was uitgerust met enkele afspanningen, later zelfs met een paardenpost. In de middeleeuwen was er een belangrijke tol op de Leiebrug en in de Leie werden de scheepjes op deze plaats tegengehoudenGa naar voetnoot(2).
Sint-Eloois-Vijve was ook een oude parochie. Vroeger kan Vijve misschien één parochie geweest zijn. Het oude Vijve bestond in latere eeuwen uit twee parochies, waarvan de dorpskernen zeer dicht bij mekaar liggen. In Sint-Eloois-Vijve bloeide er in de kerk een bedevaart en een devotie tot Sint-Elooi. Nog in 1528 beval een inwoonster uit Bossuit bij testament een bedevaart te doen naar Sint-Eloois-VijveGa naar voetnoot(3). In Sint-Baafs-Vijve werd het H. Kruis vereerd. In Sint- | |
[pagina 225]
| |
Baafs-Vijve in de richting van Wielsbeke, lag er een mirakuleus putje, de heilige Bron, waar pelgrims en gelovigen naartoe trokkenGa naar voetnoot(4). Vijve werd dus, benevens door gewone reizigers tussen Gent en Kortrijk ook bezocht door pelgrims die er voorbijkwamen en een onderkomen moesten vinden.
Het oude hospitaal van Vijve, gelegen nabij de kerk van Sint-Eloois-Vijve, was in vroegere tijden ongetwijfeld een passanteliedengasthuis, waar naast de gewone reizigers ook zieken, armen en gebrekkige lieden terecht konden. Wanneer het ontstond en wie dit oprichtte is niet geweten.
Over het oude hospitaaltje van Sint-Eloois-Vijve is zeer weinig bekend. Alles wat we er tot nu toe over weten is te vinden in enkele rekeningen van deze instelling, die toevallig bewaard bleven. Een rekening steekt in het archief van de heren van Ingelmunster, die ook heer waren van Sint-Eloois-Vijve, wat laat vermoeden dat de heren van Vijve in het hospitaal van Sint-Eloois-Vijve inspraak hadden. De overige rekeningen zijn te vinden in het oude kerkarchief van Sint-Eloois-Vijve. | |
De rekening van 1555-1556De rekening van 1555-1556 gunt ons een kijk op het beheer van het hospitaalGa naar voetnoot(5). Ze loopt over twee volle jaren, 1555 en 1556, en werd afgelegd door de ontvanger Jan vander Scaghe. De ontvangsten bestonden uit enkele pachtjes en penningrenten. Een rente van Aernout de Clerc van een veldeken bachten zynen huuse ghehouden van Joos van den Heede, jaarlijks 2 sch. 4 den. en een rente van 12 sch. bezet op een meers wezende leen west vande kercke. Een perceel of een hofstedeGa naar voetnoot(6) van een half bunder in Waregem bracht over de twee jaren 8 pond 8 sch. pacht op niet afgetrocken penninc van lyfcoope.
Land dat eigendom was van het hospitaal werd soms verpacht in natura. De pachters betaalden namelijk hun pacht in | |
[pagina 226]
| |
ellen lijnwaad. Justaes Caluwaers was jaarlijks 20 ellen lijnwaad schuldig, Joos de Wale 5 ellen en Joos de Hondt van syn stede daer hy wuent ook 5 ellen. Samen jaarlijks goed voor 30 ellen.
De uitgaven van deze dubbelrekening laten ons een hospitaal zien met weinig activiteiten. Rond die jaren waren de pelgrimages ook sterk achteruit gelopen. De teerkosten bij het presenteren van de vorige rekening (1553-1554?) beliepen 16 sch. De steun aan hulpbehoevenden betrof maar een vijftal personen.
De ontvanger schrijft in datic hebbe ghedeelt in de peste by laste van bailliu ende meer andere parochiaenen een hondert fagooten, broot, geldt omme substancie te halen te Cortryck ende Wareghem, alsook enkele ponden boter en een ton bier.
Het lijkt er dus naar dat het hospitaal van Sint-Eloois-Vijve uitgaven deed die even goed door een gewone parochiale armentafel of dis gedaan werden. Er is ook nergens sprake van personeel of enige andere uitgaven, zoals voedsel, bedden of wat ook dat men denkt tegen te komen in een hospitaalrekening. Ook weten we niet wie het hospitaaltje bediende (leken, zusters of broeders). Of was er voor dergelijke zaken soms een aparte rekening, die nu verloren is?
Onder de uitgaven vermelden we 3 sch. die het hospitaal schuldig was aan de kerckmeesters van Wareghem. Waar deze post het juist over heeft is niet te achterhalen, maar dit kan op een oude verplichting wijzen, waarvan de inhoud ons thans ontsnapt. Over het vroegere verleden van het hospitaal tasten we volledig in het duister.
Het totaal der uitgaven beliep amper 22 pond 10 sch., dit van de inkomsten 23 pond 12 sch., plus 227 ellen lijnwaad. Dit bezit aan lijnwaad was grotendeels het restant van vroegere rekeningen. De vorige rekening had in geld een overschot opgeleverd van 22 pond 15 sch. 1 den. alsook 167 ellen lijnwaad. De zaak was eigenlijk financieel gezond, maar al bij al werden er zeker geen drukke hospitaalactiviteiten meer uitgeoefend.
De rekening 1555-1556 werd afgesloten op 19 december | |
[pagina 227]
| |
1557 in aanwezigheid van Steven Huys, pbr ende prochiepape en Geraert de Clerc, hoochbailliu vanden lande ende heerlichede van Inghelmunstere, alsook van Joos de Cabootere, baljuw van Vijve, Joos van Eyghen en Joos de Hulstere. | |
De rekening van 1579-1595In het fonds de Plotho op het Rijksarchief te KortrijkGa naar voetnoot(7) berust de rekening vanden hospitaele van Sinte Eloois Vijve over de jaeren 1579 tot ende met 1595. In hetzelfde cahier werden eveneens de disrekeningen van Sint-Eloois-Vijve ingeschreven van de jaren 1592-1593 en 1594-1595, die ook telkens over twee jaar ineens in één enkele rekening werden voorgebracht. Men zou er kunnen uit afleiden dat de dis van Vijve pas in 1592 zijn werkzaamheden opnieuw aanvatte na een langere periode van instabiliteit en oorlog. En voor het hospitaal kunnen we, in het licht van de oorlogsgebeurtenissen uit de jaren 1579-1584, zelfs de vraag stellen of het hospitaal niet alle activiteit had stilgelegd en pas in 1595 of daaromtrent opnieuw werkzaam werd.
Twee constataties. Ten eerste dat er maar één rekening werd afgelegd over 16 jaar ineens. En ten tweede dat de teloorgang van het hospitaal in die jaren voorviel zodat er weinig of geen boekhouding werd opgetekend.
Het is een feit dat deze streek en speciaal Sint-Eloois-Vijve het bijzonder zwaar te verduren kreeg in de zogeheten geuzentroebelen in het laatste kwart van de 16de eeuw. De kerk lag in puin, het hele gewest was verlaten en op het einde van de eeuw werd het dorp herhaaldelijk verontrust door legerbenden en vrijbuiters, die vanuit de Leie Vijve aanvielen. Ook was er in 1594 te Sint-Eloois-Vijve een sterkte opgeworpen tegen de SlusenaersGa naar voetnoot(8). Met name in 1586, in 1587, in 1590 en wie weet, misschien nog veel meer werd Sint-Eloois-Vijve geplunderd en hadden er gevechten plaatsGa naar voetnoot(9). | |
[pagina 228]
| |
De bewaarde rekening, voorgebracht door Joos vander Bauwye ontfanghere, is een soort recapitulatie, een samenvatting, en geeft als ontvangsten weer zoals in de vorige rekening, de pacht van het veldeke, afhangend van de burggravie, twee woonhuisjes west ant kerckhof van Sint-Eloys Vyve by uytneminghe vande kercke, over een huurtijd van 11 jaar, samen goed voor 6 pond 12 sch. Een halve bunder land te Waregem was verpacht voor 3 jaar (1590-1592). Dan nog een erfve ende hofstede... commende opde leye ende vooren an de caulsie waarvan de pacht gerekend werd op 20 ellen lijnwaad. Maar deze ellen lijnwaad werden hier in munt omgerekend tegen 4 pond 's jaars. Dan nog twee andere kleine eigendommen die 10 ellen lijnwaad golden of 12 sch. per el. Kortom, de goederen uit de vorige rekening komen nog grotendeels voor in deze rekening maar met verschillende termijnen, wat laat vermoeden dat pas ongeveer de laatste vijf jaar weer werd verpacht en nieuwe pachttermijnen werden toegekend op verschillende tijdstippen.
De erfve daer thospitael up stont (verleden tijd!) was verpacht aan Francis de Cabooter. Het hospitaal was dus in 1595 reeds verdwenen (afgebroken?). De eindbalans van de ontvangsten bedroeg over de hele periode 1579-1595 90 pond 1 sch. 3 den. En de uitgaven 35 pond 5 den. Van grote activiteiten op hospitaalgebied kan er dus geen sprake geweest zijn. Er was meer dan 54 pond overschot. De belangrijkste uitgave betrof een som van 11 pond voor de reparatie van een huis, eigendom van het hospitaal. Geen enkele vermelding van zieken of zorg voor armen. Wij mogen dus veronderstellen dat het hospitaal sinds lang buiten gebruik was.
Deze rekening werd op 12 januari 1597 afgesloten en ondertekend door Joos Lust, pastoor, en Jean Persoons, hoogbaljuw van de baron van Ingelmunster als heer van Sint-Eloois-Vijve. | |
De rekeningen van 1600-1601 en 1608-1609In het kerkarchief van Sint-Eloois-Vijve steken er nog twee rekeningen van het hospitaal, de eerste over de jaren 1600 en 1601, de andere over de jaren 1608 en 1609Ga naar voetnoot(10). Steeds werd er, zoals destijds, één rekening over twee jaren ineens | |
[pagina 229]
| |
opgesteld. Ze werden weer voorgebracht door Joos vander Bauwheye als hospitaelmeestre ende hospitaelontfanghere.
Onder de ontvangsten staan de penningrentjes van 6 sch. 4 den. op een partij land van 300 lands onder de burggravie van Vyve, alsook nog de twee erfjes west van het kerkhof ende syn uytwinninghe vande kercke, goed voor 12 sch. Onder de pachten komen voor een hofstede te Waregem van een half bunder met kerstmispacht verpacht tegen 20 pond per jaar. Met den jeghenwoordighen inlanse oorloghe es tgasthuys gheruyneert ende es nu verpacht aan Fr. de Cabooter, ook met kerstmispacht à 2 pond per jaar. De twee hofsteden die eveneens gheruwineert waren brachten samen nog 20 pond op om de twee jaar.
Maerten Impe, de vorige hospitaalmeester over de jaren 1598 en 1599, bracht in deze rekening 150 ellen lijnwaad in, geschat op 60 pond.
Het hospitaal oefende, te oordelen uit deze rekening, geen specifieke werkzaamheden meer uit, maar bezat goederen en had dus een goed voorziene kas. Omdat de kerk in puin lag en men onmogelijk iets uitvond om de herstelling te financieren, werd geld van het hospitaal aan de kerk voorgeschoten om de kerk te herstellen.Ga naar voetnoot(11)
Nagenoeg het hele bezit van het hospitaal werd aldus aangewend om de kerk van Sint-Eloois-Vijve te repareren, zoals herleggen van het kerkdak in schaliën, enz.
De uitgaven, eigen aan het hospitaal, waren aan de laagste kant. Enkel een kind werd onderhouden in de stede van Cortryck (2 pond). De rekening geeft dan ook een belangrijk overschot. Aan inkomsten was er 372 pond en aan uitgaven 320 pond. Ze werd afgesloten in de kerk op 28 december 1602.
De volgende en laatste rekening, die ons over het hospitaal van Sint-Eloois-Vijve inlicht, gaat over de jaren 1608 en 1609. Joos vander Bauweye was nog steeds hospitaalmeester. Deze rekening geeft weer de gewone, reeds uit vroegere rekeningen bekende inkomsten inzake eigendommen en | |
[pagina 230]
| |
pachten. De hofsteden waren nog steeds door den oorloghe gheruyneert ende verbrant, maar aangezien deze rekening maar een stuk is van de hele rekening breekt ze af in het midden van de tekst en licht ons zelfs niet meer in over het eindresultaat van 1608-1609. | |
En later?Over het verdere verloop van de hospitaalgoederen en over de instelling zelf zijn wij bijzonder karig ingelicht.
Mgr. Triest, bisschop van Gent, bezocht herhaalde malen zijn diocees, waaronder ook Sint-Eloois-Vijve viel. Tot negen keer toe kwam hij op bezoek in deze parochie, te beginnen in 1625 en een laatste maal in 1652. In drie van deze negen bewaard gebleven visitatieverslagen heeft hij het over het hospitaalGa naar voetnoot(12).
In 1634 schrijft hij dat alle rekeningen in deze parochie juist worden bijgehouden, ook die van het hospitaal, dat met toestemming van de bisschop zijn inkomsten mocht afstaan aan de kerk en ook aan de parochiale armentafel. Het betreft dus een toestand zoals reeds bleek uit de laatste bewaarde rekeningen van 1600-1601 en 1608-1609.
In 1650 deelt hij terloops mee dat de inkomsten van het hospitaal aangewend worden in de parochiale armentafel en in 1652 vermeldt het verslag dat de goederen van kerk en dis (opnieuw?) gescheiden zijn van deze van het hospitaal.
Heeft men het hospitaal later opnieuw opgebouwd? Het is niet onmogelijk. Een kaart uit 1674 merkt inderdaad in een rij huisjes ten oosten van de kerk een huisje aan als het hospitaal (zie plan)Ga naar voetnoot(13). Onmiddellijk daar aanpalend lag er een bebouwd erf eigendom van de kerk van Sint-Eloois-Vijve. Was de kerk ook eigenaar van dit gebouwtje?
De locale historici van Sint-Eloois-Vijve zullen deze zaak wel nader onderzoeken.
Zoveel is zeker dat het hospitaal van Sint-Eloois-Vijve in | |
[pagina 231]
| |
latere jaren weinig sporen heeft nagelaten en dat zijn bloeiperiode zelfs al in de jaren 1550 voorbij was.
Wie buigt zich eens over het verleden van al die kleine instellingen die in vroegere eeuwen beslist een rol hebben gespeeld maar in de schemerzone van de vergetelheid zijn geraakt omdat ze niet zo groot van omvang waren, weinig archief bezaten en het meestal lieten afweten in een tijd toen heel Vlaanderen de ruïne nabij was. L. Van Acker |
|