‘Pampier’ i.p.v. papier; wordt zo aangetroffen in 17de-18de-eeuwse teksten uit de Westhoek en zou naar verluidt in Noord-Frankrijk nog gezegd worden.
‘Achter ons zijn 't al krullekoppen’ = après nous le déluge. Gezegde van burgemeester van Houtem Patfoort, eertijds. Eigen vondst of streekgezegde?
‘Hij at geirne hazen’: hij reed graag snel (Houtem, 1989).
‘Hij onthoudt het van den/ten twaelven tot de noene’: erg kort dus (Veurne, 1989).
‘Hij heeft een mule met lintjes’: hij praat zeer gemakkelijk (Houtem, 1989).
‘Een kattesteirt kan komen, en hij is zo lang!’: antwoord op ‘'t kan komen...’: in de zin van: wacht maar af, dat kan nog gebeuren (Houtem, 1989).
→ tot hier: vooral afkomstig van Fernand Desmyttere, geboortig uit Beveren-IJzer (1928), eresecretaris van Houtem; zijn geografische verwijzingen zijn vermoedelijk betrouwbaar.