Getikketakt (Vraagw. 1994, blz. 320)
Over de uitdrukking ‘hij is getikketakt (betikketakt)’ ontvingen we enkele antwoorden. A. Vanhuysse (Brussel) liet weten dat tikketakken eigenlijk wel in diverse woordenboeken en idiotica opgetekend staat (De Bo, W.-Vl. Idioticon; Desnerck, Oostends Woordenboek, enz.). De meeste betekenissen zijn die van getikketakt (betikketakt): gedreven, gedwongen zijn iets te doen, meestal in pejoratieve zin.
Maar dit woord komt in het Westvlaams practisch uitsluitend voor in zijn verleden deelwoord, en bijna nooit in de noemvorm.
Wat is nu de etymologie van dit woord? N. Maes (Heule) meent dat het wel eens een klanknabootsing zou kunnen zijn: ‘Het lijkt wel een woord dat vroeger in het dialekt niet voorkwam’, schrijft hij.
Het Woordenboek der Nederlandsche Taal (dl. XVII 1) behandelt uitvoerig het lemma tikketakken. Eerst wordt tiktakken uitgelegd als het herhaald tikken o.m. van een uurwerk (kol. 144-116), maar in de tweede betekenis (kol. 116-117) wordt o.m. het volgende gezegd: ‘de hieronder vermelde betekenissen doen denken aan een verbinding van tikken en takken, doch het verschil in plaats en tijd van gebruik tussen dit laatste woord en tiktakken spreekt tegen deze opvatting. Spontane vorming onder invloed van tikken en van de bekende wisseling i : a is waarschijnlijker’.
Volgt dan de uitleg: 1. grijpen, pakken (mijn alaam is lijk van den duivel getikketakt, naar een aantekening van G. Gezelle), en 2. slaan, raken, onder een dwang verkeren van iets te moeten doen. Deze laatste zin geeft weer wat er bij ons in West-Vlaanderen door wordt verstaan.
Het woord tiktakken komt niet voor in het Middelnederl. Woordenboek, wat er schijnt op te wijzen dat het van een meer recente origine is, zoals N. Maes suggereerde.
A.B.