Biekorf. Jaargang 92

Bordeaux- en Poitouwijnen voor de Duinenabdij

De Gentse rijksarchivaris J. Mertens spoorde op het Brugse Rijksarchief, Fonds Omlopers Vincent, de nu oudst bewaarde rekening van de Duinenabdij op. De datum 10 okt. 1462 - 9 okt. 1463 betreft het geheel van inkomsten en uitgaven van de abdij (op een paar folia na); oudere bekende rekeningen betreffen alleen de grangiae (van Ter Doest, 1315) of een uithof (Zande, 1403). Boeiend is bovendien dat het een rekening betreft onder het regnum van abt Jan III Crabbe.

Zo lezen wij dat hij voor 6 p(ond) par. 6 tonnen Bordeauxwijn van Damme naar Nieuwpoort laat overbrengen (6 caudae vini Burdogalensis) in jan. 1463, naast 10 tonnen Poitou-wijnen à 3 p. par.; en nog eens 33 caudae vinorum Pictavensium aankocht bij Cornelius Cant in Duinkerke voor 6 p.

Transport Damme-Sluis-Nieuwpoort kostte 3+6 p. 10 sch., dus iets meer dan de wijn zelf had gekost. Bordeauxwijn kostte bovendien 1 p. per cauda te Damme zelf; van de Poitouwijn had men voor die prijs

[p. 445]

3,3 tonnen, ook te Duinkerke, waar blijkbaar geen transportkosten werden aangerekend. Bij Placcaet van 15 jul. 1546 b.vb. moeten naast de Franse ook de Duitse en Spaanse wijnen gestapeld worden te Damme, Nieuwpoort of Duinkerke. De stapel te Sluis over de jaren 1499-1501 bleek naast voor Rijnwijnen te gelden voor ook wijn van Capri, van Napoli di Malvasia, van Osaga in Portugal en van Poitou (Biekorf 1981, blz. 268).

De exotische Produkten op het menu: vijgen, komijn, suiker, olijfolie, peper, 40+4 pond amandelen, 6 pond dadels. En dan de meer verheven diensten. Op 4 maart 1463 wordt Michael Cloet 18 p. betaald om een half jaar aan het orgel te werken (laborans in organis). De chirurg, mag. Nannynck, krijgt 6 p. pro cura crucis om te zorgen voor het ‘kruis’ van de eerwaarde (monnik) Joh. Scheny, die hetzelfde jaar overleed. Twee scolares worden voor studie naar Parijs gestuurd. J. Mertens citeert als mogelijke kandidaten Filip Outinaert en Bartolomeus Danckard. De hen toegemeten beurs, samen 146 p. 15 sch. par., lijkt ons bijzonder behoorlijk.

Bij de oogst is opmerkelijk dat 23 gemet cruden en 50 rozieren (rosaria) hommele worden binnengehaald; voor dit laatste deed men wel 1000 hommelstokken maken. 9 p. tenslotte wordt uitgegeven pro arvina aceto et cruderia, voor mest, zuren en cruderie. De 23 gemet volstonden blijkbaar nog niet.

A. Dewitte

J. MERTENS, Fragment van een vijftiende eeuwse rekening van de Duinenabdij, Hand. Comm. Geschied. dl. CLVI (1990), blz. 292, 294, 298, 300 en 309.