Het Vlaemsche en het Poucksche in Ruiselede
In het oude Ruiselede waren er twee grotere heerlijkheden in de dorpskom met rechtsmacht, de ene ressorteerde onder de graaf van Vlaanderen, de andere onder de heer van Poeke. Dit gaf aanleiding tot talrijke betwistingen. Zo werd er in 1460 geprocedeerd over de plaats van de vierscharen van beide heerlijkheden. De zaak kwam voor in de Raad van Vlaanderen (Th. Silversmet, Het verzamelde archief van Ruiselede, dl. XI, blz. 25-28).
Beide rechtgebieden hadden in het taalgebruik een eigen naam: het Vlaemsche en het Poucksche. De graaf van Vlaanderen had deze bezitting wellicht verkregen van het huis van Akspoele, die voorheen heren van Ruiselede waren.
De twist duurde nog in de jaren 1520 en werd beslecht in het voordeel van de graaf van Vlaanderen.
De Flou kent de benaming ‘het Vlaemsche’ en ‘het Poucksche’ niet. Zeer waarschijnlijk betrof het hier namen die in het lokale taalgebruik van de inwoners van Ruiselede in die tijden waren doorgedrongen en buiten de getuigenverhoren in de Raad van Vlaanderen niet officieel genoteerd werden in de feodale papieren van Ruiselede.
A.B.