Een portret van Jacob de Joigny de Pamele
ca. 1555
In het Mauritshuis in 's-Gravenhage (Catalogus nr. A 167), bevindt zich een ‘Portret van een jonge geestelijke’, een werkstuk van Pieter Pourbus dat als nr. 18 in de Brugse Pourbustentoonstelling van Paul Huvenne werd geexposeerd. Deze toeschrijving wint duidelijk aan kracht wanneer kan blijken dat de voorgestelde figuur, lang Robert Sidney genoemd, iemand uit het Brugse milieu kan zijn.
In zijn Elogia Belgica (Antwerpen 1609), brengt Aubertus Miraeus een gravuur van de te Brugge geboren Jacob van Pamele (1536), sinds 1561 kanunnik aan de Brugse Donaaskerk, in 1587 tot bisschop van St.-Omaars benoemdGa naar voetnoot(1).
Zijn bekendste publikaties werden de kritische uitgaven van de kerkvaders Tertullianus en Cyprianus. Zijn lijfspreuk was D'aultrui te pas mesle,.
De gepresumeerde datum 1555 voor het vervaardigen van dit paneel kan, indien de gelijkenis met Van Pamele kan waar worden gemaakt, teruggaan op Van Pameles beëindigen van de studies van de Rechten. Hij werd in februari 1551 in de Leuvense matriculen opgenomenGa naar voetnoot(2).
Behalve de gelijkenissen: hij kijkt dezelfde kant uit, draagt eenzelfde platte baret, heeft een dik aangezette neus en aankomend snorretje en gelijklopende wenkbrauwen. De ring aan de rechterhand met steen kan duiden op adellijke afkomst terwijl de hoofdletters H B C op de achterzijde van de in-8o uitgave in de linkerhand overeenkomen met Heede, Breydel en Capelle uit zijn kwartierstaatGa naar voetnoot(3).
A. Dewitte