Biekorf. Jaargang 90

[p. 86]

Een dubbel jaarschrift voor Anna Vandewalle. 1786

Met als totaalcijfer 3572 werd in 1786 volgend dubbel jaarschrift gemaakt:

hIer zegenpraeLt
taeY AnnatJe Van De Walle
geWezene
speLLe Werkege, NaeYege, Lappege,
WassChege, Vaegege,
groenseL - VerLezege
nU
WeergaLooze poortIerege
Van Dezen hUYse
aLs Wanneer
WY LUYsterLYK VIeren
zYn VoLLe JubILé
Van VYFftIg Jaer ALhIer
geWeest te zYn
poVer MaegDeken

Het klad van dit jaarschrift, duidelijk van een achttiende eeuwse hand bevindt zich in een Brugse verzameling gelegenheidsgedichten, en is van de hand van Charles-François Van der Beke de Cringen⁽¹⁾.

De taaie Anna Vande Walle was waarschijnlijk in Brugge woonachtig⁽²⁾ en moet er volgens het jaarschrift een naarstig leven hebben geleid als duivel doet al.

Na haar actieve leven lang gewerkt te hebben aan de verschillende huistaken die in mooie Westvlaamse woorden worden opgesomd, en die in Biekorf wel geen nadere uitleg behoeven, werd ze op latere leeftijd portierster.

Zoals de woorden ‘Hier’ en ‘van dezen huyse’ doen veronderstellen, is het zeer waarschijnlijk boven de portiersloge dat het uitgebreid dubbel jaarschrift op de dag van de viering werd aangebracht.

(1) Verzameling Louis van Renynghe de Voxvrie, Brugge. A. VAN DEN ABEELE, Charles-François Van de Beke de Cringen, dichter-edelman, in: Biekorf 1989, blz. 262-271.

(2) We vonden haar evenwel niet terug in de registers van overlijden van de Burgerlijke Stand.

[p. 87]

De betiteling als ‘pover maegdeken’ verwijst naar de ‘arme maagdekensschool St-Elisabeth’. Het is niet uitgesloten dat Anna Van de Walle een weeskind of een verlaten kind was dat, na de schooltijd, als dienstmeid in de school bleef werken en wonen.

Of zoniet dat ze, na de leertijd, als meid voor alle werk haar intrek nam bij Charles Van der Beke de Cringen zelf of bij één van zijn bekenden die hem dan om een jaarschrift vroeg.

A. Van den Abeele