De gecroonde leersse van Michiel de Swaen
Het dicht- en toneelwerk van ‘de Vondel van Duinkerke’ Michiel de Swaen (1654-1707) blijft de Vlamingen dierbaar. Of geldt dat nog enkel voor zijn vrolijk vastenavondspel De verheerlijckte Schoenlappers of de gecroonde Leersse, voor het eerst gespeeld in Duinkerke in 1688? Het beleeft de ene heruitgave na de andere, o.a. door C. Lootens (1891), V. Celen (1925), nogmaals Celen samen met C. Huysmans en M. Sabbe (1928), M.C.A. van der Heijden (1972), en nu Jozef Smeyers, de grote kenner van onze achttiende-eeuwse Zuidnederlandse literatuur. Hij neemt de tekst van de editie-1928 over (naar een handschrift van de auteur zelf), maar voegt daar een belangwekkende inleiding op het leven en het werk aan toe, benevens een uitvoerig gedeelte ‘Woorden tekstverklaring’, apart uitgegeven en dus handig bij de lectuur.
J.H.
Michiel de Swaen, De gecroonde Leersse, ed. J. SMEYERS, Brussel, Facultés universitaires Saint-Louis, Studiecentrum 18de-eeuwse Zuidnederlandse Letterkunde, Cahiers nr 3A en 3B, 1989. 2 Dln. (A. Inleiding en tekst, XXXV en 116 blz.; B. Woord- en tekstverklaring, 61 blz.).