Biekorf. Jaargang 88

[p. 343]

Vraagwinkel

In onze vroegere ouderlingentehuizen.

Vroeger werden in onze oudemanhuizen (!) ofte rusthuizen voor ouderlingen verschillende tarieven toegepast, al naar gelang het bedrag dat de inwoner kon besteden aan zijn onderhoud.

Het laagste en goedkoopste tarief was dit van de (gemeenschappelijke) zale, waar de oudjes in één grote ruimte samen verbleven. Een graad duurder was de naaikamer, waar zij die het nog aankonden linnen verstelden en zo iets wonnen om hun leefgeld af te betalen. De beste klasse was die van de zogeheten tafeliers, die in afzonderlijke kamers, alleen of met twee, opgenomen werden.

Bestonden er nog andere klassen en rangen in onze streek in de rusthuizen? Hoe werden ze betiteld en wanneer (rond 1940?) verdween dat onderscheid in behandeling volgens fortuintoestand van de betrokkenen?

A.B.

Ook Vlaamse slavenhavens?

De historie van de slavenhandel is geen schone bladzijde uit de geschiedenis van het kristelijke West-Europa uit vroegere eeuwen. Negers werden opgepakt in Afrika en als vee doorverkocht aan Amerikaanse planters. De lucratieve handel in negerslaven tierde welig op het einde van de 18de eeuw. Zo was de haven van Duinkerke op zeker ogenblik een draaischijf in de slavenhandel.

Zijn er ooit negerslaven verhandeld geworden via onze Vlaamse havens (Antwerpen, Oostende, Nieuwpoort, Brugge,...) en bestaat daar literatuur over?

A.B.

de Stede vivere van Dixmude

Te Eessene west van de kercke lag vroeger de stede vivere van Dixmude. De Flou (Top. Wdbk., XV, 241) vermeldt deze vijver in 1537.

Was deze vijver misschien een vijver die de stad Diksmuide in oude tijden van drinkbaar water voorzag, zoals ook de vijvers van Zillebeke en Dikkebus destijds (en nu nog steeds!) de stad Ieper in drinkwater bevoorraden? De Flou kent enkel het citaat uit 1537. Deze vijver was te zoeken in de richting (naar het westen toe) van de stad Diksmuide en moet dus in de onmiddellijke nabijheid van de stad Diksmuide gelegen hebben. maar toch nog op Esen.

A.B.

Plekke en ploeg grootte

In het weekblad ‘De Landman’ van 14 augustus 1870 adverteert Louis Bruynooghe, landmeter uit Gistel, en ‘beveelt zich aen de landbouwers tot het meten der hofsteden, plekke en ploeg grootte, al aen een genadigen prys’.

Wat betekent deze uitdrukking?

L.V.A.

[p. 344]

Brunfaut uit Ieper en zijn pomp

Op de expositie te Gent in 1820 behaalde een zekere Brunfaut uit Ieper een bronzen medaille met zijn eigen uitvinding, namelijk een pomp die kon gebruikt worden in brouwerijen en distilleerderijen.

Wat is daar meer van geweten?

L.R.

Azijnbrouwerijen in West-Vlaanderen

Bestaat ergens een overzicht of waar zijn er meer gegevens te vinden over de azijnstokerijen of -brouwerijen die, vooral in de eerste helft van de vorige eeuw in onze provincie hebben bestaan en een zelfstandige en winstgevende nijverheidstak uitmaakten?

L.V.A.

Paul Breedemersch uit Dadizele

De Stadsbibliotheek van Brugge bewaart een handschrift (nr. 560) dat gedeeltelijk geschreven werd in 1470 en in 1474 door ene Paul Breedemersch, priester van het bisdom Doornik ‘qui travailla à Dadizele’ (A. de Poorter, Catalogue des manuscrits de la bibliothèque publique de la ville de Bruges, 1934, blz. 672-673).

Zijn er meer gegevens voorhanden over deze kopiist of auteur?

L.R.

De H. Godelieve vereerd in Moorsele

Te Moorsele staat, tussen de kerk en het kasteel der Grimaldis, een kapel toegewijd aan de H. Godelieve. Deze kapel werd voor enkele jaren netjes gerestaureerd op een nogal archaïsch aandoende wijze.

Gaat de verering tot de H. Godelieve in Moorsele en omstreken terug tot een oudere devotie of is ze maar ontstaan met de bouw en het herstel van deze kapel?

L.R.

De familie Hilfoort

In het tweede deel van de ‘Bijdragen tot de geschiedenis van Woumen’ (1988) beschrijft de auteur pater J. Vlamynck op blz. 69-76 uitvoerig het testament van Anselmus Hilfoort, dat voor Woumen belangrijk was door de talrijke giften die het bevatte voor de kerk en de parochie.

Anselmus Hilfoort behoorde tot een notabele familie uit Diksmuide die van Engelse afkomst zou zijn. Hij woonde in Woumen waar hij ongehuwd stierf in 1693.

De auteur slaagt er niet in de Woumense Hilfoort juist in te passen in een genealogie Hilfoort. Hij vermeldt evenwel dat als enige familieleden opgegeven worden ene Joos Heindrick Weerbrouck en zijn kinderen.

Is iets meer bekend over de Diksmuidse Hilfoorts en wie was die Joos Weerbrouck?

L.R.