Biekorf. Jaargang 88
(1988)– [tijdschrift] Biekorf– Auteursrechtelijk beschermd
[pagina 119]
| |
Vlaamse koeien in Frankrijk‘Il y a en France des vaches qu'on appelle Flandrines, et qui viennent originairement des Indes’, zo schrijft ‘L'agronome ou dictionnaire portatif du cultivateur’ (Parijs, 1770, dl. II, blz. 397), en in lovende bewoordingen worden de kwaliteiten van dit runderras bezongen. De Vlaamse koeien waren groter en vetter dan de gewone Franse koe. Ze gaven meer melk het hele jaar door; ze wierpen grotere kalveren en waren zuinig in de voeding. ‘On en voit beaucoup dans les Provinces de Poitou et d'Aunis’. Wat is bekend over deze rundersoort en hoe geraakten deze Vlaamse koeien zo diep in Frankrijk? En kwamen deze koeien wel uit Vlaanderen? L.V.A. | |
Verzamelingen fossielenGoethals-Vercruysse in Kortrijk, en misschien nog andere verzamelaars, hadden ook een grote interesse voor fossielen en gesteenten. Zijn zulke collecties ergens bekend en wat is daarover geweten? L.R. | |
Hollandse jeneverSinds wanneer kwamen onze gewesten in contact met de zogeheten Hollandse jenever? Hoe kwam deze jenever bij ons binnen en wie is bij ons zulke soort jenever beginnen stoken? L.R. | |
Franse kroniek bij Simon de RikelikeSimon de Rikelike, die leefde in het begin van de jaren 1300 en wiens memoriaal werd uitgegeven (ed. Jos. De Smet, Brussel 1933) schreef aan het einde zijn aantekeningen een kroniek in het Frans (ed. De Smet, blz. 141-143) waarin gebeurtenissen chronologisch vermeld zijn vanaf 1178 tot 1255. Uit welke kroniek schreef Simon de Rikelike zijn tekst af? A.B. | |
[pagina 120]
| |
Poperingse druk van vóór 1875J.B. Van Bavegem geeft in zijn Martelaarsboek (1875) onder de door hem geraadpleegde werken ook op: Ballingschap naar de eilanden Rhé en Oléron, gedrukt te Poperinge (1 dl., in 18o). Blijkbaar een zeldzaam werkje. Wie is de auteur van dit boek en waar is een exemplaar te vinden? A.B. | |
Weggevoerde burgers naar Ré en OléronIn de Franse Revolutie werden talrijke priesters en kloosterlingen weggevoerd naar de eilanden Ré en Oléron, naar Rochefort en naar Guyana. Naar het schijnt zouden ook burgers en zelfs vrouwen gedeporteerd zijn, zeker in Frankrijk. Maar zijn er ook gevallen uit onze streken bekend van burgers die toen gedeporteerd werden door de Fransen? L.R. | |
Gelegenheidsgedicht uit 1714Ik bezit een gedicht van 48 verzen, met bovenaan een jaarspreuk die 1714 geeft en waarin de dichter twee kloosterzusters vernoemt, nl. zuster Marie Anna en zijn eigen nicht zuster Joanna ‘diet dit jaer hebt gheviert U halfven jubilé’ (25 jaar klooster). De opsteller en ondertekenaar was een zekere Rogier Libbrecht. In dit rijmstuk verhaalt hij nogal stuntelig dat hij een hoeveelheid tarwe van zijn oogst als nieuwjaarsgifte aan het klooster had geschonken om er brood en hosties (?) mee te bakken. Het gaat hier blijkbaar om een zusterklooster onder de regel van Sint-Franciscus omdat Franciscus ook voorkomt in de tekst van het gedicht. Wie kan dichter en klooster thuiswijzen? Kan de ‘dichter’ soms niet ene Rogier Libbrecht zijn, waarvan er een goederenstaat voorkomt onder de poorters van Kortrijk onder Bellegem in het jaar 1758? Wie weet hierover bescheid? Ph. Coussement | |
OornaertIn 1440 leefde er in Langemark een zekere Oornaert de Wale (I. Diegerick, Inv. des Chartes... d'Ypres, dl. III, blz. 177). Is die eigenaardige voornaam nog elders bekend? A.B. | |
Particulier of bijzondereIn de vorige eeuw (en ook nu nog?) wordt soms als beroep van iemand bijzondere of particulier aangegeven. Welk beroep wordt hier eigenlijk onder verstaan? Zie o.m. Biekorf 1987, blz. 416, waar sprake is van Seraphine Van Maele uit Roeselare, schoolvrouw, die in haar overlijdensakte als bijzondere werd betiteld. H. De Puydt |
|