[Bladvulling]
Kake deur bek dragen: kleren b.v. dragen totdat ze op de draad versleten zijn. Bulskamp, 1978. De Bo kent de uitdrukking met andere werkwoorden en met een andere betekenis: zagen, werken, metsen, nemen, klappen...
Op zijn kinne kloppen: harde noten moeten kraken, in de nesten zitten, honger lijden, 'k Peize dat hij up zijn kinne klopt (Veurne, 1975) (niet bij De Bo).
L.d.V.