Biekorf. Jaargang 83
(1983)– [tijdschrift] Biekorf– Auteursrechtelijk beschermd
[pagina 347]
| |
Tarwe- en boekweituitvoer van noordelijk Vlaanderen naar Gouda (1566)In bepaalde periodes van schaarste aan granen in de zestiende eeuw werden door de centrale overheid te Brussel zekere beperkingen van uitvoer en vervoer opgelegd om aldus niet alleen een nog groter tekort te voorkomen maar ook om speculatie in die omstandigheden tegen te gaan en aldus te felle prijsstijgingen te vermijden en bepaalde sociale onlusten of grote misnoegdheid af te remmenGa naar voetnoot(1).
In die optiek is dan ook de aanvraag te situeren en te begrijpen van de regeerders der stede vander Gouwe, mits gaders Dierick Corneliszone Beukel, schipper ende brouwer der zelver stede, inhoudende hoe dat binnen der zelver stede, besunder onder de aerme ende schaemel luyden gesleten ende gedispenseert werdt groote menichte van boucwijt, die aldaer gebracht moet worden uyt Brabant, Vlaen deren, oft elders buyten tslants, alzoe binnen den lande van Hollandt geen boucweyt en wast oft emmers zeer weynich; moet oick uuyt Brabant, Vlaenderen oft elders buyten tslants gebracht worden, de terwe die men binnen der zelver stede backt in witte broot oft anderscins, alzoe van gelijcken binnen den zelven lande geen terwe en wast, ende daeromme waere zeer nudt, prouffijtelijck ende geheel nootzaecklijk dat de voerseyde terwe aldaer worden gebrocht bij eenigen brauwere ofte andere met graene ommegaende, alzoe den backers ende vel min den gemeynen man nyet gelegen en es om de zelve terwe ende boucweyt te reysen.
Uit de voorgaande tekst blijkt dus dat in Gouda en in Holland normaliter weinig boekweit of tarwe werd geteeld zodat nu werd gedacht aan een retourvracht voor de genoemde Dierick Corneliszone, niettegenstaande een verbodsplakkaat dienaangaande; deze toelating voor Gouda wordt gevraagd gezien de vermelde Corneliszone alleene vanden schippers ende brouwers der voerseyde stede es bier, boter ende kase leverende op Bouchoute, Assenede, Biervliet, | |
[pagina 348]
| |
Caprycke, Bassevelde, Watervliet ende daeromtrent, daer de voerseyde terwe ende boucweyt te crijgen esGa naar voetnoot(2).
Corneliszone vraagt dus aan de centrale overheid om in die vermelde plaatsen eenighe terwe oft boucweyt aldaer te coopen om voerts te vercoopen... telcken als hij zijn goet gelevert ende gelost zal hebben. Heel concreet wordt dan gevraagd dat hij zal moegen met hem uuyt de voerseyde plaetsen voeren twee last terwe ende twee last boucweyt... dat hij tzelve metter cleynder maete zal ghesleten ende uuytvercocht hebben binen der voerseyde stede vander Gouwe, ende daervoeren te stellen zekere ende souffisante cautie tot elcker der voerseyde plaetsen daer hij die affvueren zal.
De aanvraag wordt op 7 October 1566 door de Geheime Raad te Brussel toegestaan behoudelick nochtans dat hij (Corneliszone) gehouden zal worden behoorlicke certifficatie te bringhen onder de zegele vander voerseyde stadt vander Gouwe aende officiers van de plaetsen daer hij de voerseyde terwe ende boucweyt gecocht zal hebben ... ende dit al duerende den tijt dat tvoerseyde placcaet (van het cooren nuyt uuytvoeren) onderhouden zal worden oft anderstont tot dat wij dese onze permissie, accordt ende consent zullen wederroepenGa naar voetnoot(3).
Uit een dergelijk voorbeeld blijkt dus duidelijk dat ook in de zestiende eeuw bepaalde uitzonderingen op zekere ordonanties betreffende uitvoerbeperkingen werden toegestaan, zelfs in die beroerlijke tijden van de Beeldenstorm. Daarenboven is uit die tekst naar voren gekomen dat een trafiek van bier, boter en kaas uit Gouda naar de streek van de Vier Ambachten en de daarbijliggende lokaliteiten regelmatig verzekerd werd. m. baelde ‘Zwijg van hertrouwen - dat en is niemandalle’: Hertrouwen is herbakken! Merkem, 1976 (L.D.V.) |
|