Feest van den arbeider te Aarsele
1849
De Thieltenaer geeft op 22 april 1849 het ‘Programma van het feest dat ter eere van den Arbeider te Aersele, op zondag 6 mei 1849, zal gegeven worden’:
‘Eenige weldenkende persoonen, in de koninklyke vergunning van het eere teeken aen den braven, neerstigen en kundigen boeren werkman Leo de Schryver, eene gepaste gelegenheid gevonden hebbende om al de werklieden dezer gemeente een feest te geven en, by hetzelve, door middel van allerhande eenvoudige doch geoorloofde volksspelen en vermakelykheden, pryzen van aenmoediging uyt te reiken, hebben onder hen eene inteekening geopend, elk voor eene vrywillige bydrage bestemd om die pryzen daermee aen te koopen.
Dit feest, vooral geschikt om den moed der werklieden, door de noodlottige omstandigheden zoo hard beproefd, weder op te beuren, is vastgesteld op Zondag 6 Mei na den middag, en zal, door de volgende vermakelyke pryskampen, plegtig gevierd worden: 1. Mastklimmingen. 2. Eyerrapingen. 3. Perruikknappingen. 4. Wit en Zwart. 5. Ringbollingen. 6. Bollingen met de krulbol, in verscheide herbergen, by pelotons van zes tegen zes’.
Origineel en merkwaardig is de term die in het slot voor ‘gemeentehuis’ staat: ‘Gedaen in zitting ten Dorphuize, te Aerseele, den 12 April 1849. De Secretaris, Verbeke. Burgemeester en Schepenen, F. Callens’.
Leo de Schryver had in de Nationale Landbouwtentoonstelling te Brussel een zilveren ereteken gekregen van de koning, zegt De Thieltenaer op 6 mei, en dit blad voegt eraan toe: ‘Ziedaar een volksfeest, eenig in zijn soort’.
J.H.