brabantse kokarde zullen dragen. Tot teken van overgang naar de Revolutie worden 's avonds al de klokken een uurlang geluid.
Een grote dag was 9 december: uit Ieper kwam kommandant Malou-Riga aan het hoofd van zijn Volontairen de stad binnen; uit Gent kwamen gedeputeerden van het Comité Generael. Ze werden alle op klokgelui en feestelijke begroeting in de abdij onthaald.
Op 10 december en volgende dagen wordt de magistraat vernieuwd: al de leden en ambachten van de kasselrij worden voor de verkiezing opgeroepen. Bij de aanstelling van 13 december heeft de patriotique raad als landhouder Ferdinand de Man (1736-1798; gehuwd met Maria Fraeys) en als burgemeester Frans van der Meersch (1754-1825), schildknaap, gehuwd (1773) met Angelique Walwein uit Ieper verkozen.
De Gentse afgevaardigden zetten nog dezelfde dag (13 dec.) hun patriotique toernee voort, ditmaal begeleid door de abt Ryckx en pastoor Burie. Over Pervijze, Schore, Keiem en Beerst trekken ze naar Diksmuide, in al die plaatsen de revolutie verkondigend (met aanstelling van lokale comités) en de brabantse kokarden uitdelend.
Een grote dag was nog 2 maart 1790. Op die dag werd Bernier als schepen vervangen door Ferdinand de Moucheron, heer van Wijtschate (1739-1793) en werd de krijgsraad opgericht onder presidentie van burgemeester van der Meersch. Bijzitters waren Billet en Langerblick, auditeur Isenbrandt, griffier Ollevier.
Veurne stelde twee kompagnieën op van elk 64 man, 3 korporalen en 2 serjanten. De aanvoerders waren:
|
1. Kompagnie |
2. Kompagnie |
Kapitein |
Lefebeure |
Chauquet |
Luitenant |
Bieswal Benoit |
Villecas |
Onderluit |
Huseel Louis |
Ollevier |
Kadetten van de twee kompagnieën waren: Doncker en Ryckx (van Oostende).
De wijding van het vaandel van deze eenheden (door abt Ryckx in de St.-Niklaaskerk op 13 maart) was aanleiding om ook te Veurne een korps van Volontairen in te richten. Promotor was pensionaris Marannes. Zeer snel verliep die onderneming niet. Begin augustus was de leiding samengesteld: kapitein Van Vossem, luitenant van den Kerchove, onderluitenant Marannes zoon, vaandrig Breynaerts zoon, adjudant Peelaert, tamboer-major Daversyn. De vaandels van de Volontairen werden eerst op 29 aug. in de St.-Niklaaskerk gewijd met grote praal, en met een sermoen van de vurige abt Ryckx dat bij sommige burgers opspraak verwekte als ‘lastertael en oproer zaeiende’. (Aantekeningen van F.A. Vermeersch, 1729-1805).
De krijgskansen keerden zo snel dat kompagnieën en volontairen mochten thuis blijven. Het Comité Patriotique staakte zijn werking op 3 december en 's anderendaags trokken Landhouder de Man en Burgemeester van der Meersch, samen met pensionaris Marannes naar Genappe (bij Nijvel) om er, in het Oostenrijks hoofdkwartier, de stad en kasselrij van Veurne deemoedig onder de hoede van maarschalk von Bender en de regering van het Huis van Oostenrijk te stellen.
C.B.