Het ‘Gouden ringstuk’ te Snellegem.
Iedereen te Snellegem kent het ‘Gouden Ringstuk’, langs de Kerkstraat, rechtover de Boterstraat. Dit stuk land was vroeger kerkland. Nu staat er een hofstedeke op, bewoond door Henri Verschaeve.
De Flou vermeldt de ‘Gouden Ring’ in zijn Wdb. Toponymie (5, 808) als ‘land te Snellegem’. Een bladzijde verder vermeldt hij: ‘Goude Ry, een hofstede te Snellegem.’ Hier staan we echter niet voor twee verschillende toponiemen: ‘Goude Ry’ is een oudere vorm van ‘Gouden Ring’.
Welk is de betekenis van dit toponiem? Werd dit stuk land misschien in de Franse tijd als zwart goed voor een gouden ring verkocht? of werd er misschien vroeger een gouden ring op dat stuk land gevonden? Niets van dit alles. Er is hier eenvoudig een oude familienaam in het spel. Dit bewijst hoe voorzichtig men moet te werk gaan in het uitleggen van oude toponiemen.
De rekeningen van de stad Brugge vermelden reeds in 1302: ‘in Snellenghem, van Jan Goedericx chense’. Het obituarium van Snellegem van 1532, f. 6, vermeldt: ‘....beset op vijf lijnen landt...... ende heet goedericx stick’. In de Wateringen van Blankenberge van 1553 staat er in het 35ste Begin te lezen: ‘ende heet goedericx stick’. De kerkrekeningen van Snellegem van 1567 spreken van ‘2 lijne lants in goedericx stick’, en de Ommeloper van Snellegem van 1681 beschrijft het stuk als volgt: ‘een langhen smallen strijnck, ende heet goedrycx stick metten westhende in de halve beuterwegh, 5 lijnen 94 roeden’. Hieruit blijkt zeer duidelijk dat de volksmond de familienaam ‘Goedericx’ omgedoopt heeft in ‘Gouden Ring’.
J. Noterdaeme