| |
| |
| |
De Heeren van Gistel en het Blauwhuis te Haringe.
(Vervolg van biz. 39).
X. Symphoriaan van Gistel, schildknaap, heer van Zwynlande en Soisacker (leengoed afhangende van Oudenhove en gelegen te Oud-Berkijn)Ga naar voetnoot(1). In 1559 was hij gouverneur (alias hoog-baljuw) van Duinkerke (Faulconnier 1, 68). In een stukGa naar voetnoot(2) gedagteekend 18 September 1564 wordt hij genoemd ‘Joncheer Simphoriaen van Ghistele, heere van Zwynlande ende Stathouder particulier van mynen heere den upperjagher van Vlaenderen int quartier van Vuerne, Vuerenambacht, Poperinghe, den acht prochien van Vuerenambacht metten uppendantschen...’ Onderaan lezen wij ‘- Woent te Rousbruggen in Vuerenambacht...’ De Staat van Goederen (fo 57 vo-58) geeft de juiste ligging aan van ‘den gront daer thuus op plachte te staen eertyds bewoont by Simphoriaen van Ghistelle ... tot Rousbrugghe opde westsyde van calchie tusschen marct ende de harynckstrate, aboutteerende van noorden jeghens den gront van de herberghe ghenaemt den gouden LeeuGa naar voetnoot(3) happende ten noortwesthoucke noortwaert tot de hoydreve, de zuutsyde jeghens de erfve van Robert Gackiere met een happe ten zuutwesthoucke zuut streckende tot derfive van dhoirs Jow Petronelle Willaert ende metten
| |
| |
westeinde in d'oude vesten van Rousbrugghe ...’. Een laatste maal komt zijn naam voor in 1571 op de lijst der hoflandpachters van Roesbrugge.
Symphoriaan huwde eerstGa naar voetnoot(1) Adriane, dochter van Filips de la Viefville, heer van Steenvoorde, en van Michelle d'Auxy, waarbij hij vier kinderen won.
1. | Filips die volgt. |
2. | Maria van Gistel, bleef ongehuwd. |
3. | Antoon van Gistel, kanunnik van St. Maartens te Ieper. |
4. | Philipotte van Gistel, bleef ongehuwd. |
Later huwde hij Johanna van Wignacourt, dochter van Jan, heer van Vleteren en Strazele en van Barbele van Sars (zie bijlage bl. 39). De kinderen uit dit huwelijk gesproten laten wij buiten bespreking. (Zie Ann. Com. Flamand, 16, 370).
Mr A. Merghelynck die zooveel oude handschriften wist te verzamelen en liet overschrijven, bewaarde ons aldus (Konink. Bibl. Brussel; fonds Merghelynck, nr 38, fol. 350) de beschrijving der stamkwartieren van Symphoriaan van Gistel.
à Dextre:
1. | Ghistelle: de gueules au chevron d'hermines accompagné de 3 molettes d'éperon d'argent. |
2. | Bambeke: d'hermines au franc canton de gueules. |
3. | Hoymille: échiqueté d'argent et de sable [sic] au chef d'or. |
4. | Stavel: d'hermines à la bande de gueules. |
à Sénestre:
1. | Cortewille: d'argent à 3 cornets de sable, liés, virolés de même. |
2. | Steenland: de gueules à la fasce d'argent frettée d'azur. |
3. | Thiennes: d'or à l'orie d'azur à l'écu d'argent en abyme au lion de gueules. |
4. | Cerf: d'or au rencontre de cerf de gueules. |
| |
| |
XI. Filips van Gistel, schildknaap, heer van Zwynlande en Soisacker, was in 1590 landhouder van Veurne (La Flandre 7, 419). Hij huwde, in 1594, met Maria van Halewyn, de dochter van Jan, heer van Voxvrie (leengoed te Poperinge): in 1595 kochten zij het ‘Blauwhuus ofte Huus van Plaisance in Haringhe’ (St. v. G., fo 72) dat zij gingen bewonen. Na den dood van haar moeiGa naar voetnoot(1), Maria van de Walle, douairière Pieter van Houtte, erfde Maria van Halewyn de heerlijkheden van Pradeele, Parie en FonteyneGa naar voetnoot(2) (leengoederen te Steenbeke). Onder de godsdienstberoerten zette Filips de taak van zijn voorouders voort in het verdedigen zijner parochie: op 12 Juli 1600 moest hij de hulp inroepen van ‘wel gewapende mannen’ uit Watou ‘omme dit passage van Roodsbrugghe’ te helpen bewakenGa naar voetnoot(3). Filips stierf in Juni 1601. Toen in 1628, om den geldelijken nood van het land te verhelpen, men genoodzaakt werd verschillende parochiën uit de kastelnij Veurne te verkoopen, werd Haringe aangekocht door weduwe Maria van Halewyn voor 26.642 guldens, 12 schellingenGa naar voetnoot(4). De datum van Maria's afsterven is ons, tot nog toe, onbekend; zij fondeerde in de kerk van Haringe een eeuwig jaargetijde.
Als kinderen liet zij na:
| |
| |
XII. Adriaan van Gistel, heervan Pradeele, stierf den 10en April 1651 ongehuwd, nochtans een onwettigen zoon, Lieven, nalatend (St. v. G., fo 115).
XIII. Jan van Gistel, Ridder, heer van Zwynlande, Soisacker, Voxvrie, Parie, Fonteyne en van Pradeele (na den dood van zijn broeder Adriaan). Hij was keurbroeder der Stad en Kastelnij Veurne. Hij overleed 14 dagen na zijn broeder (den 24en April 1651) op zijn kasteel te ParieGa naar voetnoot(1) en werd naar Haringe overgebracht om er bijgezet te worden in den familiekelderGa naar voetnoot(2) aan de rechter zijde van zijn overleden broeder. Volgens zijn testament moet ten eeuwigen dage een jaargetijde gecelebreerd worden in de kerk van Haringe tot zijne zielelafenis en die van zijn grootouders, ouders en broeder. Jan was het laatste lid van zijn geslacht en met hem verdween de familie ‘van Gistel’ te Haringe. Zijn bezittingen werden verdeeld onder Charles de la HayeGa naar voetnoot(3), heer van Esquedecques, die Pradeele, Parie, Voxvrie (en Fonteyne?) bekwam,
en Jacob van Bryarde, heer van Beauvoorde, aan wien de heerlijkheid van Zwynlande en Soisackere werd toegekend.
| |
| |
De kleinere bezittingen werden verder verdeeld onder Karel van Ydeghem, graaf van Watou, Lodewijk de Ram, heer van Assenburg en Eustache of Gustaaf de la Viefville, heer van Steenvoorde.
Een laatste herinnering aan de familie van Gistel was het ‘obiit’ dat ophing in de kerk van Haringe en waarschijnlijk verdween met de Fransche Omwenteling. Hierover lezen wij bij Merghelynck (Ms no 38, fol. 348):
...bien de gens cependant se souviennent d'avoir vu en cette église un cabinet d'armes d'un individu de cette famille de Ghistelles. Il est probable que c'est du dernier qui mourut à son château de Parye, paroisse de Steenbeecke, le 24 avril 1651 et enterré selon son testament en cette église à côté de son frère Adrien seigneur de Pradelles mort 15 jours avant lui, il s'appellait messire Jean de Ghistelles, Seigneur de Swynlande, Soyackers, Pradelles, Vocxvrye, Parye etc., fils de Jean, Ecuier fils de Messire Simphorien de Ghistelles et de Dame Marie de Halewyn [sic].
Nous trouvons dans un vieux livre les quartiers de Jean de Ghistelle et tels comme ils doivent avoir été sur ce cabinet d'armes ci-dessus mentionné: un écusson de gueules au chevron d'hermines accompagné de trois molettes d'éperon d'argent.
à Dextre:
1. | Ghistelle: comme ci-dessus. |
2. | Cortewille: d'argent à 3 cornets de sable, liés, virolés de même 2 et I. |
3. | La vieuville: fascé d'or et d'azur de 8 pièces à 3 annelets de gueules brochant sur la première et deuxième fasces. |
4. | d'Auxy: échiqueté d'or et de gueules. |
à Sénèstre:
1. | Halewyn: d'argent à 3 lions de sable armés, lampassés, couronnés d'or, 2 et 1. |
2. | Blasere: d'argent au chevron de gueules accompagné de 3 cornes de sable, virolés d'or, les deux du chef affrontées. |
3. | van Houtte: d'or à la fasce de sinopie. |
4. | Wale: d'or à 3 coquilles de gueules, 2 et 1. |
(Vervolg).
A. Deschrevel.
| |
| |
| |
Bijlage.
Filips, heer van HoutteGa naar voetnoot(1) (alias du Bois) (heerlijkheid te Steenwerk) huwde Anna de Wale, vrouw van Corver (heerlijkheid te Merkem) en van Venissien (bij Kortrijk). Filips werd als kapitein door de Franschen verslagen te Terenburg in 1552. Als kinderen hadden zij bl. o.a.:Ga naar voetnoot(2).
1. | Pieter, heer van Houtte, Corver en Venissien die huwde met Maria (alias Jeanne) van de Walle, dochter van Jan, heer van Pradeele en van Parie (en Fonteyne?). Hun zoon
Frans, heer van Houtte, Corver, Venissien enz... stierf bij het beleg van Antwerpen (1585) zonder nageslacht. |
2. | Louise van Houtte trad in den echt met Jacob van Halewyn, Ridder, heer van Merkem, Roozebeke en Desselgem. Hun zoon
Frans van Halewyn, ridder, heer van Merkem enz... (over zijn vrouw hebben wij geen gegevens kunnen vinden) overleed den 6 Januari 1603 (48 jaar oud) en werd opgevolgd door Marie-Margriete van Halewyn zijn oudste dochter, vrouw van Merkem enz... die Ernest, Graaf van Merode, huwde. |
3. | Anna van Houtte huwde Jan van Halewyn, heer van Voxvrie. Uit dit huwelijk zijn ons twee kinderen bekend.
1. | Maria van Halewyn, vrouw van Voxvrie die huwde met Filips van Gistel, heer van Zwynlande. |
2. | Louise van Halewyn, echtgenoote van Pieter delà Haye, Ridder, heer van Esquedecques, Radinghem, Hézecques. Samen Wonnen zij:
Karel Antoon de la Haye, heer van Esquedecques, Radinghem enz... die na den dood van Jan van Gistel ook heer werd van Pradeele, Parie, Voxvrie (en Fonteyne?). |
|
|
-
voetnoot(1)
- Van Costenobel (A.C.F. 16, 370) geeft aan: ‘Symphorien de Ghistelles, Chevalier, Seigneur de Swynlande, Soisacker, Steenbecque, Halewyn [rente in Haringe], etc...
-
voetnoot(2)
- Aangehaald door Emile Vanden Bussche in zijn Histoire de la Commune de Rousbrugge-Haringe, bl. 215.
-
voetnoot(3)
- Deze herberg werd afgeworpen voor het bouwen van het huidige ‘stadhuis’ dat ook gedeeltelijk (zuidkant) gebouwd is op de plaats waar vroeger het huis der van Gistels stond.
-
voetnoot(1)
- Ten onrechte geven de Fragments Généalogiques aan dat Simphoriaan driemaal gehuwd was (eerst met ... de Borsele), aangezien de Staat van Goederen (fo 57 vo) Adriane de la Viefville betitelt als ‘syne [Symphoriaan's] eerste huusvrouwe’.
-
voetnoot(1)
- Voor de verwantschap met Pieter van Houtte, zie Bijlage.
-
voetnoot(2)
- Karel de Flou in zijn Wdb. der Toponymie vereenzelvigt ten onrechte dit leengoed met het hof van Fonteyne te Pollinkhove.
-
voetnoot(3)
- Brief opgenomen door L.A. Rubbrecht in zijn Geschiedenis van Watou, bl. 95.
-
voetnoot(4)
- L. Gilliodts-van Severen, Coutumes de la ville et châtellenie de Fumes, Deel I, bl. 204. Al deze parochiën werden door de magistraat enkele jaren nadien terug opgekocht (Stavele alleen uitgezonderd).
-
voetnoot(5)
- L. Gilliodts-van Severen, a.w. Deel IV, bl. 271, geeft als dochter van Filips zekere Magdalena aan, die nochtans nergens in den Staat van Goederen noch in het testament van Jan vernoemd wordt.
-
voetnoot(1)
- Dat Em. Vanden Bussche, a.w. bl. 336 kan schrijven ‘1651, 24 Avril - Mort, à Paris, d'un descendant de la famille de Ghistelles’ nadat hij op bl. 215 een nota beginnend met ‘Op den 24 aprii 1651 is overleden in syn kasteel van Porye op de prochie van Steenbeke...’ publiceerde, is alleen door onoplettendheid verklaarbaar.
-
voetnoot(2)
- Deze grafkelder was gelegen in de Noorderbeuk (zie bl. 36): de zerk ervan werd, zooniet weggenomen, dan verplaatst bij de bevloering van 1744 en komt niet meer voor op de lijst der grafzerken door Em. Vanden Bussche (a.w. bl. 114-118) aangehaald naar ean inventaos van omstreeks 1779. Volgens denzelfden Schrijver bl. 214 werd deze grafkelder in 1744 geopend ‘pour y cacher quelques ornements d'église’; men vond er een looden plaat waarop de namen der bijgezetten te lezen stonden. Deze plaat die niet zou teruggestoken geweest zijn, werd vruchteloos door Vanden Bussche en Merghelynck opgespoord.
-
voetnoot(1)
- In hoever deze Filips van Houtte zou kunnen familie zijn met de van Houtte's, heeren van Vleteren (Zie Bijlage bl. 39), is ons onbekend.
|