Biekorf. Jaargang 44
(1938)– [tijdschrift] Biekorf– Gedeeltelijk auteursrechtelijk beschermd
[pagina 282]
| |
De Franschen in Stavele.
| |
[pagina 283]
| |
zieken werden des nachts bediend door den eerw. onderpastoor die in een aanpalende parochie verbleef. Gedurende heel dien tijd werd er in de kerk van Stavele geen enkele mis gelezen, zelfs niet op de Zon- of Feestdagen; de parochianen waren aldus gedwongen naar Crombeke of Westvleteren te gaan. De pas-geboren kinderen werden in Crombeke of in Westvleteren gedoopt, zooals ge zult zien in de geboorteakten die volgen. Uit de overlijdensakten blijkt dat de overledenen, zoowel communiceerende als kinderen, door den putmaker op het kerkhof begraven werden. Vernomen hebbende dat de Franschen wat minder brutaal te werk gingen en dat het gevaar verminderd was, keerde ik op 19 Oktober naar Crombeke terug waar ik verbleef bij Mijnheer Hosdey. Daar diende ik de Sacramenten toe aan mijn parochianen en begraafde er twee overledenen die ik gedurende den nacht berecht had. Iedermaal dat wij, de pastoor van Crombeke en ik, moesten vluchten, keerden wij denzelfden avond nog terug. Ik bleef in Crombeke tot den 9 November, den dag waarop ik naar Stavele terugkeerde en er bij den koster mijn intrek nam. Acht dagen later betrok ik de pastorij, waar ik met veel gevaar en vrees mijn pastoreele bediening uitoeferide. Voor zooveel het mogelijk is, heb ik alle doopakten van kinderen in dezen tijd geboren en elders gedoopt, bijeengebracht en overgeschreven in dezen doopregister; hetzelfde deed ik voor de overlijdensakten. Zoodat deze akten als echt moeten aanvaard worden, juist alsof doopsel of begrafenis door mij of den onderpastoor werden verricht. Het eerstvolgende gedoopte kind is uit Leysele. Geschreven in mijn residentie den 6 December 1793.’Ga naar voetnoot(1) A. Deschrevel. |
|