volutie-namen in Fransch-Vlaanderen, Biekorf 1932, bl. 366,
De Vier Aimons kinderen: naam van een hofstede en herberg te Ettelgem, een herberg te Ruddervoorde en te Sint-Kruis (Brugge), een hofstede te Sint-Michiels. Te Ettelgem is de herberg rond 1565 ‘In de vier hemels kinderen’ geworden! Vgl. Biekorf 1933, bl. 340. Renout en zijn drie ridderlijke broeders op het ros Beyaert ontaardden op latere uithangborden tot De Vier Eemers. Aldus te Brugge, Pittem en Tielt (Archivenboek van Rond den Heerd, II, bl. 9) en te Wetteren.
De Vier Kaven, herberg te Lichtervelde, aangeduid op de Stafkaart van 1877 als Les Quatre Caves. Vgl. de Zeven Kafooren te Arneke, Biekorf 1934, bl. 312.
De Vishaeghe, land te Oedelem, wellicht een ‘haghe’ waar ‘vissen’ d.z. fisjouws, fr. putois, gevangen werden.
Vij vekapelle te Sint-Kruis, vroeger Viven (1399), staat in 1498 geboekt als ‘capella de quinque’.
De Vlâmeerschen te Zedelgem, in 1437 beschreven als ‘land gheheten mahuus vlaminx mersch, nu de vlamerschs...’.
De Vlaming of Vlaminghoek te Brugge, is de geheele moerassige vlakte gelegen tusschen de Vesting der stad en de oude Iperleet (thans Oostendsche vaart). Vroegertijd hiet de vesting aldaar de Vlamingdam en de straat die er naartoe leidde heet nog de Vlamingstraat. Andere ‘Vlamingen’ liggen te Hazebroek, Langemark, Poperinge, Saint-Martin-au-Laërt, Sint-Laureins.
Vogel-Veugel- in samenstelling: naam van akkerland, weiden en andere plaatsen die ledig en onbebouwd liggen: Vogelbilk, Vogelbosch, Vogeldal, Vogelstic, Vogelweede. In 1408 vermeld te Wenduine ‘...eene jeghenoode heet vogheldilke es verloren by vloghen van den dunen, ontrent .xx. ghemete landts’. Vgl. het huidige Wvl.: Ik laat dat land van de jare veugelwee liggen: d.i. ledig en onbebouwd (De Bo).
Vollanden, vullandt: de beste landen, die volle geschot betalen in de Wateringe, te Klemskerke