In de Vier Hemelskinderen te Ettelghem.
De Boursier van den Duine schrijft in zijn rekening van 1565 een eigenaardige vertolking neer van den naam der herberg ‘De Vier Heemskinderen’ te Ettelghem. ‘Item betaelt Ghyselbrecht Nantsens weerdt Inde vier hemels kinderen t'Ettelghem.... van leveringhe van stroobanden....’ (f. 17).
De monnik had voorzeker nooit gehoord van de Heemskinderen en den ridder Renout van Montalbaen en het Ros Beyaert die sedert ± 1500 in het volksboek ‘Historie van de vier Heemskinderen’ ook bij 't gewone volk bekend geraakten. Zoo schreef hij die stichtelijke ‘interpretatie’ van dien voor hem onduidelijken naam. Of heeft hij dien naam, alzoo vervormd, uit den volksmond overgenomen?
Bestaat er nog een herberg met zulk een ‘uitsteekberd’ te Ettelghem?
V.