Biekorf. Jaargang 36
(1930)– [tijdschrift] Biekorf– Gedeeltelijk auteursrechtelijk beschermd
[pagina 110]
| |
Het getal van Jezus' Wonden in het middeleeuwsche volksgeloof.IN 't herfsttij van de Middeleeuwen was er een blomme die in den tuin van de volksdevotie overlijk weelderig groeide: 't was de passieblomme, de purperen blomme van 't Lijden onzes Heeren. Met kinderlijke teederheid en innige vroomheid leven onze voorouders in de 14e en 15e eeuwe 't bloedig gebeuren van de Passie mee. Ze willen 't Lijden van den Zaligmaker kunstig en treffend uitgebeeld zien in de kapellen van hunne broederschappen, op de autaar-stukken, in de brandvensters van de kerk, die 't groote leer- en leesboek is van 't vrome volksgeloofGa naar voetnoot(1).. In de kerkelijke boeken worden talrijke nieuwe misse-gebeden ingeschoven ter eere van 't bebloede Aanschijn onzes Heeren, de H. Wonden, de zeven of vijftien bloedstortingen, de lijdenswerktuigen of Wapenen ChristiGa naar voetnoot(2).. De getijden- en gebedenboeken uit dien tijd worden gedurig rijker aan godvruchtige oefeningen ‘vander Passien ons Heren’ en ‘vande wonden ons Heren’; de reeks van ‘suverlicke, schoene ende devoete, sonderlinghe goede’ passiegebeden, verzuchtingen en PaternostersGa naar voetnoot(3). wordt altijd maar langer. Die gebeden zijn dikwijls met groote aflaten aanbevolen, | |
[pagina 111]
| |
zelfs met ‘alsoe veel [dagen] aflaets als droppelen waters op enen dach regenen mach’Ga naar voetnoot(1). Te allen kante zijn er vrome beschouwende zielen die 't Lijden des Heeren in al zijn bizonderheden verbeeld zien en hunne verschijningen en openbaringen bekend maken. Voor 't volksgeloof had het Lijden Christi alzoo geen geheimen meer. De Lijdensweg bedroeg 1300 stappen. 't Kruishout was 15 voet lang, woog 100 pond, bestond uit vier verschillende houtsoorten en had een lange en wondere geschiedenis. De Lijdenskroon droeg 77 doornen en iedere doorn drie stekkersGa naar voetnoot(2). De vereering voor de vijf groote of ‘principale’ wonden was algemeen. Daarnevens bloeide ook de vereering voor de zeven, elders vijftien groote bloedstortingen Christi. Op Calvarie zelf stortte Jezus 28.430 druppels bloedGa naar voetnoot(3). Maar de liefde tot den Bloedigen Bruidegom was daarmee nog niet voldaan. Jezus werd in de geeseling, in 't dragen van zijn kruis, door 't slaan en rukken van beulen en soldaten met wonden overdekt: en die vrome middeleeuwsche zielen wilden daarvan ook 't juiste en volledige getal kennen. Verscheidene berekeningen, door openbaringen bekend, waren zeer verspreid. Op zijn eigen en alleen staat het getal 9930 van een Duitsche openbaring: ‘Der menig meiner wunden der waren neun tausent unt neun hundert treuzich an die funf wundenGa naar voetnoot(4).. Meer bekend is het getal 6666. Een passiegebed in een vijftiendeeuwsch getijdenboek wordt alzoo ingeleid: ‘De xije paeus van Roome Benedictus die gheeft | |
[pagina 112]
| |
daer toe alzo vele jaren aflaets als Xps wonden ontfinc in sinen ghebenediden lichame, dat was .vj. duust .vjc ende .lxvj. zonder zijn .v. wonden’Ga naar voetnoot(1).. Doch verre 't meest verspreide getal is 5475 met daarnevens 5460 en 5490. Die getallen ontstonden uit een berekening op de 15 Pater nosters ter eere van het Lijden, eene reeds vroeger bestaande devotie die in de gebedenboeken onder vele vormen en benamingen voorkomt. Wie een jaar lang dagelijks de 15 Pater Nosters las, zou een zaligen dood sterven, want hij zou al de wonden Christi gegroet hebben. Vandaar 't getal 15 × 365 = 5475. Het getal 5460 steunt op een devotie die in den grond dezelfde is, te weten: om een zaligen dood te sterven, een jaar lang iederen Vrijdag zevenmaal de 15 Pater Nosters bidden. Dia berekening geeft: (52 × 7 =) 364 × 15 = 5460Ga naar voetnoot(2).. Het getal 5490 is berekend op al de dagen van een schrikkeljaarGa naar voetnoot(3).. De Karthuizer Ludolf van Saksen († 1335), in zijn beroemd Leven van Jezus-Christus, spreekt uitvoerig over dit getal, zijn oorsprong en berekening. ‘Een oude kluizenares, zoo verhaalt hij, begeerde vurig 't getal van Jezus' wonden te kennen. Terwijl zij daarom | |
[pagina 113]
| |
weenend tot God biddende was, zei haar een stemme uit den hemel: “In mijn lichaam waren er vijfduizend vierhonderd en negentig wonden. Om ze te vereeren bid dagelijks vijftienmaal Onze Vader en Weesgegroet ter gedachtenisse van mijn Passie; zoo zult gij, om het jaar, iedere van mijne wonden eerbiedig gegroet hebben.” Dit gebed is den Heere zeer welgevallig, zooals later nog aan een eenzaat werd geopenbaard. Het getal wordt hier berekend op het schrikkeljaar, opdat het voor al de jaren zou voldoende zijn. Het mindere getal door anderen voorgesteld, te weten vijfduizend vierhonderd vijf en zeventig, is wel voldoende voor de gewone jaren, maar niet voor een schrikkeljaar. 't Getal van Jezus' wonden staat in deze verzen beschreven: Mittitur, ut legitur, olim vox coelica lenis
Cor refovendo senis flebilis, ut sequitur:
D. duc undecies, X. dempta simplice, Christi,
Unde revixisti, vulnera cuncta scies.
Dit was dan waarlijk 't getal van Jezus' wonden, als we iedere geeselwonde en iedere doornkwetsuur voor een wonde rekenen.’ De vrome Karthuizer voegt er dan nog eenige beschouwingen bij over de zinnebeeldige beteekenis van dit getalGa naar voetnoot(1).. De Duitsche kerkgeleerde Gabriel Biel († 1495) schrijft het volgendeGa naar voetnoot(2).. ‘Uit de gewijde Boeken kennen we 't getal van Jezus' wonden niet, doch men vertelt dat dit getal aan sommige vrome zielen geopenbaard werd. Er wordt ook gezegd dat dit getal 5475 is, vanwaar die bekende verzen: Septuaginta quinque quatercentum millia quinque
Tot fertur Christus pro nobis vulnera passus.
| |
[pagina 114]
| |
En alzoo, wie een jaar lang dagelijks 15 Paternosters bidt, zal voor iedere wonde een gebed opgedragen hebben.’ En de gebedenboeken voegen er dikwijls bij dat alwie die devotie volbrengen een goeden dood zullen stervenGa naar voetnoot(1).. Thomas Hamerken van Kempen haalt in een van zijn stichtelijke werken dezelfde Latijnsche voegreken aanGa naar voetnoot(2).. Ook in Engeland was dit getal wel bekendGa naar voetnoot(3).. De Fransche volksprediker Olivier Maillard spreekt van 't getal 5475 in zijn Histoire de la Passion (1496) en brengt het in verband met de geeselslagenGa naar voetnoot(4).. In vele Nederlandsche gebedenboeken uit dien tijd wordt het getal 5475 of 5460 vermeld. Een Limburgsch gebedenboekGa naar voetnoot(5) spreekt van de ‘wonden dyns heiligen sarten lichaems der vyfdusent vyfhondert ende .60. waren’ doch vyfhondert is blijkbaar eene verschrijving voor de vierhondert van het gewone getal. De vrome volksgeest, die in de oude geschreven gebedenboeken en in de vroege overdrukken er van vrij spel had, moest, in de 16e en vooral in 't begin van de 17e eeuw, voor zijne overdrijvingen boeten. Na 't Concilie van Trente werden de gebedenboeken door de kerkelijke boekenkeurders herzien en gezuiverd van 't gene dat de middeleeuwsche volksverbeelding er, met de beste meening toch, had ingeschoven. | |
[pagina 115]
| |
De devotie van de 15 Paternosters alle dage ter eere van al de wonden Christi staat ook gedrukt in een zeer verspreid gebedenboek der 16e eeuw: het Hortulus AnimaeGa naar voetnoot(1).. In een uitgave van 1596 staat ze nog volledig vermeld. Het volledig opschrift van 't boekje is: Hortulus Animae. Dat is Der Sielen Bogaert | met zonderlinge neersticheyt vernieut ende vermeerdert | overgeset uut den Hoochduytsch in onse nederlantsche Tale | door H.D. vanden Houte: tot troost van alle liefhebbers der Christelijcker devotie. T'Hantwerpen, By Jan van Keerberghen inde Camerstrate inde gulde Sonne. 1596. Op de ff. ccxlj vo -ccxlij staat het volgende: Hier na volgen die alder devootste Ghebeden S. Brigitten vanden lijden ons Heeren Jesu Christi. Te Roomen by S. Pauwels was een devote weerdige en heylige Cluysenersse, met name S. Brigitta, een achtergelaten Weduwe wijlen Viphonis Vorst van Neretien uut den Conincrijcke van Sweden, die begeerde langhen tijt te weten het getal der wonden ons Heeren Jesu christi. Als sy nu op eenen tijdt knielde in S. Pauwels kercke voor een crucifix, ende badt hertelijc onsen lieven heere, dat hy haer tselve getal zijnder wonden soude willen openen ende vercondigen, doen openbaerde hem de Heere Jesus Christus, ende sprac: De wonden mijns lichaems zijn geweest vijf duysent vier hongert ende tsestich, ende ist dat ghy de selve begeert te eeren so spreect een gantsch iaer alle dage vijfthien Vader onse ende vijfthien Ave Maria, so hebdy na voleyndinge des iaers een yegelijcke wonde gegroet ende geeert. De Heere Christus heeft haer ooc de navolgende vijfthien ghebeden geopenbaert, dat sy tot eenen yegelijcken Vader onse ende Ave Maria ooc een gebedt spreken soude met sulcker beloften, so wie dit selve gebedt alle dage deur een gantsch iaer devotelijc bidt, uut dien selven geslachte worden vijfthien zielen uuten vaechvier verlost, XV. sondaers bekeert, ende XV. rechtveerdigen in goeden staet ende wesen bevesticht; ende de selve mensche sal daer deur vercrijgen | |
[pagina 116]
| |
den graet oft staet der volcomenheyt, kennis ende bitter hertelijc berou van alle zijn sonden. Ende de Heere sprac wederom tot haer: Wie dese gebeden devotelijc volbrengt, dien wil ic geven mijn alderheylichste lichaem voor zijn dood, dat hy daer deur verlost worde vanden eewigen honger, ende ic wil hem laven met mijn aldercostelijcste bloet, opdat hij inder eewicheyt niet en dorste. Ic wil ooc dat teeken van mijn victorioos cruys voor hem setten, tot hulpe tegen alle vyanden. Ende in zyn leste eynde wil ic hem met mijn beminde moeder der maget Maria tot hem comen, syn siele ghenadelijc ontfangen ende leyden hem tot de eewighe vreuchden. Ende als ic hem daer selve toeghebracht hebbe, wil ic hem brengen ende schencken eenen besonderen dranc van de fonteyne mynder Godheyt, welc ic ander menschen die dese gebeden niet volbracht hebben, niet doen en sal, etc. Ende veel ander genaden ende vryheden heeft hy haerlieden toegeseyt die sulcke gebeden met devotie volbrengen. Hier na volgen die boven vertelde vijfthien alderdevootste gebeden der weerdige ende heliger weduwe S. Brigitten vanden salichsten lijden ons Heeren Jesu Christi, welcke gebeden sy alle dage met alder devotie knielende voor een Crucifix gesproken heeft. Dat eerste Ghebedt. O Heere Jesu Christe, een eewige soeticheyt uwer liefhebbers... Sinte Brigitta was, om hare openbaringen nopens de Passie onzes Heeren, wel bekendGa naar voetnoot(1).. De 15 Pater nosters ‘van Sente Birgitten’ met allerhande gebeden staan in vele vijftiendeeuwsche gebedenboekenGa naar voetnoot(2).. Deze 15 gebeden uit den Hortulus animae gingen, onder den naam van Sinte Brigitta, over in het zeer verspreide nieuwere gebedenboek Den Hemelschen Palmhof, doch heel de inleiding en uitleg nopens 't getal van Jezus' wonden bleef achterwegeGa naar voetnoot(3).. | |
[pagina 117]
| |
En daarmee is dit vrome volksgeloof, sedert driehonderd jaar uit de gebedenboeken gesloten, vanzelfs dood nu en vergeten, meent ge? Toch niet! De overlevering bij 't volk is daarom veel te taai. Dat vrome volksgeloof leefde toch voort, ongeboekt, en leeft nog tot op onze dagen in eenvoudige voegende volksgebedekens. Een eerste, in 1905 gehoord van een oud vrouwken uit Aelbeke, beginnend op Paternosterke groene, eindigt alzoo: ............
te Bethleem was God geboren
en te Jerusalem ‘verkoren’
en Hij kreeg daar zooveel slagen
Vijfduist en vijfhonderd
en al zijn andere wonden.
Die het gebedeke leest een jaar lang eens daags,
Maria zal zeggen; Kom binnen
mijnen liefsten vriend, vriend of vriendinne,
Gij hebt geteld al mijn kinderkens wonden,
En Gij zijt vergeven van al uwe zondenGa naar voetnoot(1)..
Te Thorhout heeft eerw. Heere J.J.P. in 1926 het volgende gebedeke afgeluisterd van een oud vrouwke: Jozef pakte Maria bij heur hand
naar vreemde landen.
............
te Jerusalem is Hij geboren
te Bethleem is hij verkoren.
Hoevele wonden gaven ze hem wel?
Vijfduist zes en zestig zonder
zijn vijf bloedige wonden.
Maria zal zeggen: mijn schoone vriendinne,
Komt binnen.
Gij hebt geteld mijn kinds bloedige wonden,
Gij zijt gezuiverd van al uwe zonden.
God geeft met der daad
Alle menschen ziel en raad
In Gods naam. Amen.
En misschien zal er wel een lezer van Biekorf den vinger opsteken en zeggen dat hij dat gebedeke ook nog gehoord heeft, of eentje dat er op trekt? | |
[pagina 118]
| |
Die gebedekens zijn wel een beetje versleten aan de hoeken, maar de oorspronkelijke gedachte zit er nog deugdelijk in: door Maria in den hemel binnengeleid worden omdat men Jezus' wonden geteld heeft, 't gebed een jaar lang eens daags lezen; en dan 't oude bekende getal zelf dat in zijn geheele wel bewaard mag heeten, alhoewel de zin der berekening sedert lang bij 't volk verloren is. Hiermee blijkt het weeral hoe taai het volk is in zijn geloof en overlevering en hoe het alzoo ongeboekte zegging en doening van uit de Middeleeuwen tot op onze dagen weet in leven te houden, A. Viaene. |
|