Biekorf. Jaargang 33(1927)– [tijdschrift] Biekorf– Gedeeltelijk auteursrechtelijk beschermd Vorige Volgende H. Eere-Nutting van Rosa D. EI! de tijd is 't dat de rozen in ons vlaamsche gaarden blozen, echt met koninginnenpracht. Schoone zijn ze al boven 't schoone dat natuur weeft in de kroone van haar bonte bloemenpracht. Jammer waar 't, moest gij verwelken, rozen, die uw rijke kelken in de zijden pane kleedt; die uw siergewaad van kleuren, die uw ambrozijn van geuren mild' ter onzer gunst besteedt. Roza, sla uw kelken open! Laat ze, met Gods dauw bedropen, voor ons blijdende oogen staan. Laat ze lang en altijd kleuren, overwalmd met deugdengeuren in de blankheid van hun' blaân. Ervig zal 't U lente wezen, immer prijkt gij, nooit volprezen; Rosa, roos blijft ge onverslensd, spijts de stormen, spijts de vlagen, blijft gij in uw herte dragen Jesus' liefde, onbegrensd. Rumbeke. Vorige Volgende