Biekorf. Jaargang 6
(1895)– [tijdschrift] Biekorf– Gedeeltelijk auteursrechtelijk beschermd
[pagina 379]
| |
2Verlatend' hun' schapen,
ziet die herdersknapen,
ootmoedig, eerbiedig,
daar komen ze al:
Jesus begroeten,
komen zij, in Bethlehem:
Komt... enz.
Allen: Jesus... enz.
| |
3Het Licht van hierboven
kwam uit 's hemels hoven,
en God bij de menschen
is neêrgedaald:
haast u, aanschouwt hem,
liggende in dat krebbeken:
Komt... enz.
Allen: haast u... enz.
| |
4Bij ons is gekomen,
vleesch heeft aangenomen,
die God vóór alle eeuwen,
nu arm en teêr,
heeft, op der aarden,
luttel meer als hooi en strooi:
Komt... enz.
Allen: heeft... enz.
| |
[pagina 380]
| |
5Dat kindtje, vriendinnen,
moeten wij beminnen,
die eerst ons beminde,
met raad en daad:
zoo zal 't geschieden,
't zal en 't moet, van nu voort aan:
Komt... enz.
Allen: zoo zal 't... enz.
G.G. |
|