Biekorf. Jaargang 1
(1890)– [tijdschrift] Biekorf– Gedeeltelijk auteursrechtelijk beschermd
[pagina 353]
| ||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
[Nummer 23]Onze lezers van buiten het Land gelieven zoohaast mogelijk het bedrag hunner inteekeninge naar den drukker van Biekorf te stieren. Anders zou het verzenden van het tijdschrift moeten onderbroken worden. Het inteekengeld is 5,10 fr. voor de Vreemdelingen. | ||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
Een ander blad ScheikundeVan de Zouten.AAN elk slach van zuur beantwoordt een slach van zout, een Bindeling de plaats innemende van den Wateraard. Alzoo zijn er zerpzouten, Groenaardzouten, Gelaardzouten, Peersaardzouten, Zwavelaardzouten, enz. gelijk er Zerpzuren, Groenaardzuren, Gelaardzuren, Peersaardzuren, Zwavelaardzuren zijn, enz. Gelijk elk zuur, alzoo bestaat ook elk zout uit twee deelen, te weten: 1o De zoutmakende stoffe, die beantwoordt aan de zuurmakende stoffe in de zuren, zoutma- | ||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
[pagina 354]
| ||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
kende overdeel (résidu halogénique), weerwerkemmerige stoffe, wier naam het slach van zout te kennen geeft; - 2o De zoutwordende stoffe (salifiable), een Bindeling, wiens naam het slach van zout bepaalt. Men bemerke hier dat, leerwijzig gesproken, aan elk zout ook een zuur beantwoordt, waarin de Wateraard de plaatse van den Bindeling inneemt; B.V.
Maar in de wezentlijkheid en gaat het niet altijd alzoo; immers, vele zuren en bestaan op hun eigen niet: op den oogenblik dat zij, in 't maken van een zout, ten voorschijn komen, als de Bindeling door den Wateraard vervangen wordt, deze neemt een deel van de zuurmakende stoffe op, en ontsnapt in de gedaante van
B.V. in Ps2 Pl G6, vervangt Ps2 door W2, gij bekomt [W2 Pl G6 = 2 W G + Pl G4 2 W G ontsnapt, en Pl G4 blijft. B.V. in Ps2 K Z3, vervangt Ps2 door W2, gij hebt W2 KZ3 [= W2 Z + K Z2 W2 Z vervliegt, K Z2 blijft aleene. B.V. in 2 Gs3 Gll Zw4, vervangt Gs3 door W3, daar is [2 (W3 Gll Zw4) = 3 W2 Zw + Gll2 Z5 3 W2 Zw is weg.
Men bemerke nog dat verscheidene zerpzuren waterlooze zuren voor weergâ hebben; en dat het meerder deel der Groenaard-, Gelaard-, Peersaard-, Zwavelaardzuren niet bestaande, of teenemaal onbekend zijnde, voor weergâ hebben de samengestelde Groenaardingen, Gelaardingen, Peersaardingen, Zwavelaardingen van - eigentlijk of betrekkelijk - weerwerkemmerige stoffen. | ||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
[pagina 355]
| ||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
Men bemerke eindelige dat de zouten de stoffen bevatten van twee tweevoudige samenstellingen van het zelfste slach, waarvan ééne van eenen Bindeling of stelemmerige stoffe, en eene andere van eenen Bindeling of weerwerkemmerige stoffe. Aldus de zouten die wij daar aanstonds voor handen hadden: Ps2 Pl G6 = 2 Ps G + Pl G4. | ||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
Van de benoeminge der Zouten.De namen der zouten worden gemaakt met den naam van den Bindeling achter den naam van de zoutmakende stoffe, en met het woordje op tusschen tweeën, om te doen verstaan dat er zake is, niet van een zuur, maar van een zout.- B.V. Ps S Z3. Stikkaardzerp drie op Peersstriem. (Azotate de potassium)Ga naar voetnoot(1). Ps G Z3. Groenaardzerp drie op Peersstriem. (Chlorate de potassium). Ps G Z4. Groenaardzerp vier op Peersstriem. (Perchlorate de potassium). Ps2 K Zw3. Koolzwavelaard drie op Peersstriem twee. (Sulfocarbonate de potassium). N.B. In de verkorting wordt de naam van den Bindeling gewoonlijk eerst geschreven. | ||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
Van de Gronden.Alle samenstelling van eenen Bindeling met eenen Binder, - als zij kan verbinden met eene samenstelling van Binders, om een zout te maken, - heeft het kenmerk van Grond (Base). | ||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
[pagina 356]
| ||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
Het is de weerwerkemmerige stoffe die den aard van den Grond bepaalt. Alzoo heeft men
N.B. Bijna al de Grondaardige (basiques) samenstellingen, als zij versmelten in water, zijn daaraan kennelijk, dat zij eenen loogachtigen smaak hebben, en dat zij het kleur veranderen van zekere verwen uit planten getrokken; alzoo de verwen uit roode koolen of uit violetten maken zij groene; de geluwe verwe uit de Curcuma maken zij rood; en den lakmoes, door zuren rood geworden, maken zij wederom blauw. - Daarom worden deze samenstellingen ook Avezuren (alcalis) genaamd. Nu, de eigentlijke Gronden zijn waterzuren van werkemmerige stoffen, van Bindelingen die met een zuur niet anders als zout en water en geven. B.V.
Aan deze waterzuren, - de waterstoffen uitgeweerd, - beantwoorden waterloozen, te weten, de grondaardige zerpen. Ten aanzien der Gronden, de zouten zijn Gronden waarvan de verbindinge W Z vervangen wordt door de weerwerkemmerige zoutmakende Overdeelen der zuren. Inderdaad:
D.G. Meersseman |
|