De Belgische Illustratie. Jaargang 13(1880-1881)– [tijdschrift] Belgische Illustratie, De– Auteursrechtvrij Vorige Volgende Buiten de wereld. Eens sprak het Woord dat nimmer faalde: ‘De mensch leeft niet van brood alleen.’ En toch, er leeft zoo menigeen, Die nooit naar hooger voedsel taalde. Maar ook, er zijn, aan wie deze aarde - Zoo arm in al haar overvloed - Geen voeding biedt, die hen voldoet; Hun voegt er een van hooger waarde. Hun stilt geen zinnelijk genieten Het heet verlangen in de borst; Hun lesschen wateren den dorst, Die uit de Bron des Levens vlieten. Aan de aard en al het aardsche onttogen - Al drukt hun voet nog 't aardsche slijk - Verzuchten zij naar 't hemelrijk; Daarheen gericht zijn hart en oogen. Hun levenslust is in de dingen Van hooger orde, 't Vrome hart Klopt slechts voor Hem, in vreugd en smart, Wiens lof ze in psalm en hymne zingen. Als d'Engel, dien met vol vertrouwen Tobias volgde als reisgenoot, Zoo voedt ook hen het hemelbrood: Hun God - schoon nog omhuld - te aanschouwen. Gelijk een rei van lovende Englen Omringen zij Gods outertroon, Totdat zij in Zijn eeuwge woon Hun stem in 't koor der zaalgen menglen. J.R. v d.L. Vorige Volgende