Het bloemenmeisje.
Wij hebben haar misschien honderd keer gezien, het armoedig gekleede meisje van onze gravure, en meer dan eens ook lieten wij ons wellicht door haren zachten oogslag en hare vleiende stem bewegen een bloemtuiltje van haar te koopen. Bij menigeen echter vond zij gewis een veel minder goed onthaal; velen bleven doof voor haar gefleem en dringend bidden, Sommigen vielen haar daarover hard, enkelen voegden haar zelfs bittere, geheel onverdiende verwijten toe. En dat terwijl zij nauwelijks een stuk brood te eten had. nu eens aan de felste hitte was blootgesteld, dan weêr door hevige regenvlagen overvallen werd en, wie weet! het pijnlijk vooruitzicht had van mishandeld te zullen worden indien zij thuis kwam zonder hare waar verkocht te hebben.
Zoodanig is inderdaad het lot der meeste bloemenmeisjes, en geen wonder daarom dat er in den stillen lach waarmede zij hare bloemen te koop bieden, gewoonlijk zooveel weemoed schuilt. Onthoud haar derhalve niet uw medelijden, lezer, en geef haar nu en dan den aalmoes van eenige centiemen om welken zij u vragen en die u met een bloem tuiltje vergolden wordt. Uw gift zal wèl besteed zijn.