Een brug op den berg Washington.
De schoone ijzeren weg welke den woesten en schilderachtigen berg Washington in Amerika doorsnijdt, ligt 2097 meter hoog en heeft tot kunstwerken aanleiding gegeven welke de verbeelding schier te boven gaan. In 1866 werd met den aanleg een begin gemaakt en reeds vier jaren later was hij voltooid.
De brug, waarvan wij een gezicht geven, is 3000 engelsche voeten lang en heeft in den beginne eene hoogte van 890 meters boven de oppervlakte der zee om zich aan het hoogste punt 1207 meters daarboven te verheffen. Tusschen de twee gewone rails bevindt zich een derde, welke bestemd is voor een rad dat te midden van de locomotief staat. Dit derde wiel vergemakkelijkt het opstijgen en geeft m[ee]r vastheid aan den loop van den trein.
Van af de eerste statie loopt de linie door een zeer schilderachtige streek. Aan de volgende statie wordt een tweede locomotief aangehaakt en het landschap wordt thans hoe langer hoe woester: men ziet niets meer dan rotsen, stroomen, afgronden, kortom, een oord waarvan men zich in Europa nauwelijks een begrip kan maken.
Steeds hooger stijgt de trein, totdat hij den top bereikt, waar nieuw water voor de locomotieven wordt ingenomen. Het landschap krijgt een meer en meer somber uitzicht en dichte rotsmassa's liggen in ontzaggelijke wanorde op elkander gestapeld.
Eindelijk komt aan den chaos een einde en begint men door een streek af te dalen welke milder door de natuur bedeeld is. De bergen hebben plaats gemaakt voor uitgestrekte vlakten, waar de vele lieve dorpen en vlekken zich vertoonen als paddestoelen die over één onafzienbaar lachend landschap verspreid zijn.
Men verzekert dat een tocht over deze linie zeer aangenaam is; doordien dikwijls gestopt wordt, duurt hij ongeveer anderhalf uur.