De familieschat.
Familieschatten zijn in onzen tijd zeldzaamheden geworden. Vroeger, toen elk welgesteld burger in zijn eigen huis woonde, toen elk meubel van dat huis zijne geschiedenis had, die met de geschiedenis der familie een geheel uitmaakte, was er geen huis aan te wijzen, dat niet talrijke familieschatten bezat. De oude stoel waarin overgrootvader voor 't laatst gezeten had, het boek waarin hij ploog te lezen, zelfs de groote bril met zilver beslag gingen van vader op zoon over, en het vierde en vijfde geslacht ontving die overblijfselen met evenveel eerbied en hield ze in even groote waarde, alsof zij de kracht hadden zegen aan te brengen voor hun bezitters.
En wezenlijk, die kracht bezaten zij. De stoel herinnerde aan de vaderlijke goedheid van den stamvader, aan de wijze lessen, welke hij, daarin gezeten, zijn gezin gaf; het boek, de Levens der Heiligen, was de bron, waarin hij de voorbeelden vond om zijne lessen te staven; zijn bril herinnerde aan het eerbiedwaardig gelaat, waarop de deugd den glans had gespreid, welken de deugd alleen geven kan.
Zulke gevoelens wekten die familieschatten, en is het dan te verwonleren, dat zij de kracht bezaten zegen aan te brengen voor degenen, die ze in eere hielden?
Hoe anders gaat het in onzen tijd? De zucht naar nieuwigheden verdringt het oude en deze zucht is zoo sterk, dat ook die nieuwigheden oud worden en op hare beurt verdrongen worden door nieuwigheden van jongeren datum. Het huis waarin men geboren wordt heeft geen waarde meer, en zelfs de geboortestad verliest hare aantrekkelijkheid.
Men wil vooruitgang en niets dan vooruitgang. Die vooruitgangskoorts werpt alles wat zelfs eenigen schijn van duurzaamheid heeft omver, zoodat van oud worden geen sprake meer kan zijn. En het einde? Als men, na zulk een koortsachtig leven het hoofd neêrlegt, is het gemoed onvoldaan en mist het den vrede, zoo noodzakelijk om met vertrouwen het nieuwe leven in te gaan, want men heeft nooit het geluk gekend dan bij naam.
De tegenstelling van de oude zeden en gewoonten en de nieuwe is te groot, dau dat wij er eenige gevolgtrekking uit hoeven te maken. Onze gravure, eene moeder, die haar kinderen het oude boek met sloten toont, waarin grootvader vroeger las, de familieschat, is juist daarom zoo aantrekkelijk, omdat de kunstenares, Catharina Bisschop, het zoo eenvoudig en roerend heeft voorgesteld.