De puriteinen in Engeland.
De puriteinen of verfijnde geuzen hebben in Engeland in de 17e eeuw, onder den protector Cromwell, eene aanzienlijke rol gespeeld, en, wij moeten het zeggen, eene bloedig-belachelijke rol. Terwijl het protestantism aan den katholiek nu gedurig verwijt, dat hij onverdraagzaam was, leverde de puritein en andere protestantsche sekten, het voorbeeld der uiterste onverdraagzaamheid.
Macaulay, Engeland's groote geschiedschrijver, een protestant, zegt over die onverdraagzame geuzen het volgende:
Zij stelden zware straffen op het gebruik van het algemeene gebedenboek, niet alleen in de kerken, maar ook in bijzondere woningen. Het werd voor misdaad gerekend als een kind voor het bed zijner zieke ouders een dier schoone gebeden las, die het lijden van veertig geslachten van Kristenen verzacht hebben.
Er werden zware straffen gesteld voor een ieder, die het zou durven wagen de eeredienst van Calvien af te keuren. Achtenswaardige geestelijken werden niet slechts bij duizenden uit hunne betrekkingen ontzet, maar ook menigmaal aan de geweldenarijen van een uitzinnig gepeupel prijs gegeven.
‘Kerken en grafgestichten, schoone kunstwerken en merkwaardige gedenkteekens der oudheid werden verschrikkelijk verminkt; het parlement besloot dat alle schilderijen van de koninklijke kunstverzameling, die de afbeelding van Jesus of Maria voorstelden, zouden verbrand worden. De beeldhouwkunst werd niet beter behandeld dan de schilderkunst. Nimfen en gratiën, het werk van ionische beeldhouwers, werden aan puriteinsche beeldhouwers overgeleverd om..... eerbaar te worden gemaakt.’
Er werden strenge wetten uitgevaardigd tegen het aangaan van weddenschappen; alle openbare vermakelijkheden, zoowel de voorstellingen in de paleizen der grooten als de grijns-partijen (grinning matchen, grimassen maken, het leelijkste gezicht trekken) werden verboden. Alle meiboomen werden neêrgekapt en alle schouwburgen moesten worden afgebroken.
Meer dan dat, die verfijnde geuzen bepaalden, dat al wie naar de komedie ging in de boete geslagen, en de tooneelspelers met roeden zouden gegeeseld worden. Koorddansen, marionetspelen, kegelbanen en wedrennen werden met slechte oogen gezien; maar vooral waren het de beerengevechten, destijds in Engeland bij de grooten in zwang, welke den haat der puriteinen opwekten.
‘Wellicht,’ zegt Macaulay verder, ‘werpt geen enkele omstandigheid zoo'n helder licht op de stemming der hairklievers, als hun gedrag opzichtens het kersfeest. Dit feest was, sedert onheugelijke jaren, een tijd van vreugde en van huiselijke genoegens geweest, de tijd dat de familiën zich vereenigden, kinderen van de school huiswaarts kwamen, twisten bijgelegd en in alle straten vreugdezangen gehoord werden, de tijd dat alle huizen met maagdepalm versierd en elke disch rijkelijk bezet was.
Dan openden en verruimden zich alle harten, die niet geheel van gevoel waren ontbloot. Dan werden de armen toegelaten om ruimschoots te deelen in den overvloed der rijken, wier gaven, uithoofde van de kortheid der dagen en de ruwheid van het seizoen, alsdan bijzonder welkom waren. In dien tijd was de afstand tusschen landheer en pachter, tusschen heer en knecht, minder scherp afgebakend dan in het overige gedeelte des jaars. Waar veel genot is, merkt men ook wel eens onmatigheid op: over het geheel was de geest, in welken dit feest gehouden werd, eene kristelijke feestviering niet onwaardig.
‘Het lange parlement vaardigde in 1664 het bevel uit, dat de 25e December als een strenge vastendag gehouden moest worden, en dat een iegelijk dien dag zou doorbrengen in nederig berouw over de zware zonden der natie, die zij, evenals de vaderen, op dien dag, onder den misteltak, door het eten van den wilden varkenskop en door het drinken van ale, met gebraden appelen gekruid, zoo menigmaal begaan hadden.’
De puriteinen gingen nog verder: zij dreven alle feestelijkheden uiteen, lieten vioolspelers te pronk stellen, verboden het dansen en klokgelui bij de oogstfeesten. Wie niet, zegt een besluit, wezenlijk godvruchtig was, werd tot geen bedieningen toegelaten. En wat was ware