Vlaamsch in Vlaanderland. (Lied.)
Reeds vijftig jaar in strijden,
Zijn schier voorbij gegaan....
Zal dan, na zooveel lijden,
Geduldig bleef hij vechten,
De Vlaming, voor zijn taal
En zijn miskende rechten:
Het voordeel bleef den Waal!
Wie Vlaming werd geboren,
Vlaamsch in ons Vlaanderland!
Wij zijn den strijd begonnen,
Met hoop en moed vervuld,
Door lang en taai geduld;
Wat eens ons werd ontzegd;
Wij strijden zonder schromen
Dus voort voor taal en recht!
Wie Vlaming werd geboren, (enz.)
Wanneer ons toch verblijden
Het Vlaamsch, dat zij beschimpen,
Ons woord, zal eens van pijn
En schaamte hen doen krimpen:
't Zal steeds ons wapen zijn.
Wie Vlaming werd geboren, (enz.)
Hoort ginder, in de verte,
Dat naadrend vreemd gewoel:
't Zijn broeders, die hun herte
Is 't niet alsof een donder
Al brommend, domlend naakt?
Zij zijn, als door een wonder,
Wie Vlaming werd geboren, (enz.)
Moet worden recht gedaan!
De taal, die zooveel helden
In Vlaandren deed ontstaan!’
Zoo wordt er luid gezongen;
En luistrend komt de schaar,
Naar 't vlaamsche woord gedrongen;
En 't klinkt weêr donderzwaar:
Wie Vlaming werd geboren, (enz.)
O gij, die 't vlaamsch verachtend,
Den Vlaming niet aanhoort,
Gij ziet wel hoe hij smachtend
Zich schaart om 't vlaamsche woord!
Dit woord kan wondren stichten,
Waar 't klinkt met kalme plecht!
Dit woord doet trotschaards zwichten!
Dit woord vraagt om het recht!
Wie Vlaming werd geboren,
Vlaamsch in ons Vlaanderland!
|
|