ons voldoende bronnen open; die welke den lezer echter het beste zal voldoen, is getiteld: Historique des Rues et Places publiques de la ville d'Anvers, door Augustin Thys.
In de 16e eeuw werd op het uitgestrekte terrein, hetwelk bezet werd door het Hof-ter-List - een hotel van de familie Van der List - en door een huis, den Engel genaamd, gelegen tusschen de Meir en de Lange-Nieuwstraat, de Beurs gebouwd.
Het magistraat der stad kocht in 1527 de bovengemelde eigendommen, en de bouwmeester Dominicus de Waghemakere volgde, voor de nieuwe Beurs, de plans van die welke in 1515 was opgericht, doch die, zoowel ten gevolge van het steeds aangroeiend getal kooplieden, als om reden der enge en sombere straten, welke toegang tot het gebouw verleenden, voor onvoldoende gehouden werd.
De uitvoering van het werk werd voor 19,400 gulden aan de gebroeders Spillemans toegekend.
Den 11 Juli 1531 ving men aan met bouwen, en voor het einde van 1532 stond de Beurs ten dienste der kooplieden.
Vier groote torens versierden het gebouw. Eerst in 1551 werden de portieken gewelfd, en deze door eene verdieping bezet in welke het licht langs boven binnendrong. De uitgestrekte zalen, tot welke breede trappen, toegang Verleenden, werden later door winkels van allerlei soort bezet.
Verscheidene Beurzen werden, volgens het model der antwerpsche, gebouwd. De antwerpsche architect, Hendrikx, door de engelsche kronijkschrijvers Henrike genaamd, bouwde die van Londen. De pijlers, alsmede het standbeeld der koningin Elisabeth, werden zelfs te Antwerpen gebeiteld.
De jaloezij deed echter, zoo als men weet, de Beurs aldaar den naam Exchange toekennen.
De in 1532 gebouwde Beurs werd reeds den 24 Februari 1581 door een brand vernield.
In denzelfden trant herbouwd, werd zij in 1853, tijdens het bestuur Van den burgemeester Loos, door den luikschen nijveraar, Marcellis overdekt.
De koepel, wier bouwtrant ontleend was aan dien van den koepel van St-Pieter te Rome, was enkel uit ijzer en glas saamgesteld; het was een stout werk, dat, als het ware in de lucht opgehangen, bij nadenken, huiveren deed.
In den nacht van 2 Augustus 1858 stond eensklaps de galerij der Beurs in brand: een onzer vrienden, die toegesneld, onder den zuilengang dat vreeselijk schouwspel bijwoonde, zegt, dat het vuur als door electriciteit gedreven, voortliep en gansch die vierkante blok in een oogwenk in lichtlaaien gloed stond.
Weinige seconden daarna stortte gansch die onmeetlijke koepel met een donderend gedruisch in, en het prachtige werk lag andermaal in puin.
Het gemeente-bestuur van den heer Loos scheen huiverig om de herbouwing te beginnen; het bouwde eene houten hulpbeurs op de Groenplaats en maakte, voor het wintersaisoen, eene Beurs van de concert- en zoogezegde Oostersche zaal, in de Binnenstad of mislukte zoo geheeten Cité.
Eerst den 26 Juni 1868, onder de Meeting-regeering, werd het plan van den bouwmeester Schadde met veertien stemmen tegen dertien, gegeven aan het plan. van den bouwmeester Dens, aangenomen.
Zoo als wij zegden, werd de oude bouwtrant voor de beneden-galerijen behouden.
De Meeting-regeering huldigde haar werk den 19 Augustus 1872 in.
(Wordt vervolgd.)