De Faust-legende.
Bijgaande houtsneê, naar de teekening van de Neuville, vertolkt eene legende welke bijna in ieder land, maar steeds onder een naar den aard des lands gewijzigden vorm voortleeft! Wat onze gravure daarvan te zien geeft is een tooneel uit het wereldbekende drama van Goëthe, dat ongetwijfeld eene groote dichterlijke waarde heeft, maar door zijne strekking, zoowel als door zijn inhoud, verderfelijk is voor de zeden.
Ook Holland heeft zijn Faust en wel in de alom bekende sage van Faust op Waardenburg. De duitsche wonderdokter, zoo zegt het sprookje, had zijne ziel aan den duivel verkocht, op voorwaarde dat deze hem zeven jaren zou dienen en in alles op woord en wenk gehoorzamen. Nu kon Faust naar hartelust den duivel plagen, wat hij dan ook niet naliet, maar behalve voor de tallooze plagerijen moest Joost hem ook ten dienste staan bij menige klucht, welke nog steeds in de volksvertellingen blijft voortleven. Faust op Waardenburg heeft zijn dichter gehad, aan wien wij een paar strofen ontleenen.
Moest Faust nu soms met grooten spoed
Naar Bommel met zijn wagen,
Dan was 't: ‘Toe, over gindschen vloed
Terstond een brug geslagen.’
En was hij dan er over heen
Dan moest de brug ook weer in één.
Soms nam hij wel een schepel garst
En wierp die in de doornen,
En Joost, die schier van woede barst,
Brengt de uitgestrooide koornen,
Eer nog de nacht van de aard verdween
Juist als 't geweest was, weêr bijeen.
Dan gaat Faust soms een zak met meel
Met drabbig water mengen,
Dat Joost hem 's morgens op 't kasteel
Gezuiverd weêr moest brengen,
Zoo toch bepeinst hij dag aan dag
Hoe hij den duivel plagen mag.
Geen wonder dat Joost zulke behandeling, die zelfs voor een duivel niet te dragen was, eindelijk eens moede werd. Er kwam een dag in het vijfde jaar dat hij zijn tijdelijken meester den voorslag deed om het aangegane contract te verbreken, waarbij beiden hunne geheele vrijheid zouden herwinnen. Maar Faust wilde daar niet van weten, hij wilde den duivel plagen en deed het nog bijna drie jaren lang.
Dus diende hem, met norsch gebrom,
Maar Joost zag nauw dat tijdperk om
Of greep Faust bij de haren;
En vloog straks met dien rijken buit
Te Waardenburg het venster uit.