De film werd gedraaid in cinemascoop, wat dan een zekere moeilijkheid teweegbracht, want het was mijn eerste film in cinemascoop. Het is een lastig formaat, moeilijk om hoeken te vinden die de gedachten weergeven, welke ge in de beelden wilt steken; maar de simpelste, - en het sukses van de film ligt misschien wel daarin, - oplossing was dan de film draaien in cinemascoopformaat zonder feitelijk rekening te houden met dit formaat. En ik heb hem dan eenvoudig gedraaid zoals in gewoon formaat. Er werd ons gezegd, - en het is één der principes van de cinemascoop, - dat de camera weinig mag bewegen en zo voort; het is ook zeer moeilijk in cinemascoop een groot-opname te doen. Ik herinner mij bij voorbeeld - U zult het zien in de film - een scène gespeeld te Luluaburg: kleine meisjes die een vertelselken vertellen; één van die meisjes heeft een buitengewoon fysiek, een buitengewone mimiek, en we moesten absoluut van dat meisje groot-opnamen kunnen nemen om werkelijk waarde te kunnen geven aan die scène. We hebben er twee dagen op gewerkt om grootbeelden te kunnen maken van dat meisje. We hebben er honderden meter film aan verspeeld, maar zodra het kind de camera voelde op een meter of anderhalve meter afstand, was het volledig alle middelen kwijt, zodanig dat we de scène maar gelaten hebben zoals ze was.
Ik zou zo veel anekdoten kunnen vertellen over de film. Het was een lange reis met al die wagens over die lange wegen, de slechte wegen van Kongo met materiaal dat geweldig gevoelig was. Maar uiteindelijk... Ik geloof dat het een avontuur was dat de moeite waard was om beleefd te worden.
- Wel, Mijnheer De Boe, wat we ook graag van U zouden weten: U gaat nog altijd verder met filmen, natuurlijk. Wat hebt U zoal de jongste maanden gedaan? Als de vraag niet onbescheiden is?
- Na de expositie, of liever in het begin van de expositie, was ik absoluut ten onder, moe... doodmoe... want op de W.T. had ik zo maar even 13.000 meter film moeten leveren, in twee talen. Ge ziet van hier wat een werk het geweest is om dat allemaal tegen een bepaalde dag af te krijgen. Nadien heb ik dan enkele reizen ondernomen. Ik ben naar Rusland geweest, naar Italië, naar de Verenigde Staten, Spanje, altijd in verband met filmen; vooral dat ik er aan denk nu een stap verder te gaan, namelijk de stap naar de speelfilm.
- Oh ja, daar hebt U daarstraks nog over gepraat. Dat zal dan mijn laatste vraagje zijn, Mijnheer De Boe. Ik weet dat uw hart nog steeds aan Kongo vastzit. Is het dus juist, wanneer we veronderstellen dat U niet alleen voor ‘Tokende’ naar Kongo bent teruggekeerd?
- Ik ben voor ‘Tokende’ gekomen, maar terwijl ik hier ben wil ik ervan profiteren om een streek te bezoeken waar ik een deel van mijn leven heb doorgebracht, van het jaar 27 tot het jaar 30. Ik ben er nadien nog eens teruggeweest in diezelfde streek, in 39. Die streek ligt feitelijk nauw verbonden met mijn loopbaan als cineast, het is daar dat ik mijn eerste filmke gedraaid heb, dat een internationale waarde had, namelijk de moerassen van de Ngiri. En het is daar dat ik nu trachten zal eens naartoe te gaan om te zien of ze me weer zo onder de indruk zullen brengen zoals ze het vroeger gedaan