[Nummer 9]
[Voorwoord]
ALS Vlaams Kultureel Tijdschrift in Kongo achten wij het onze plicht nogmaals de aandacht der Vlaamse ouders te vestigen op het zo belangrijke vraagstuk van het onderwijs in Kongo.
De keus bestaat tussen eentalig Frans onderwijs enerzijds en Nederlandstalig onderwijs, waarbij zoveel mogelijk naar tweetaligheid gestreefd wordt anderzijds.
Alleen de kinderen die hun cursussen volgen in de Nederlandstalige afdelingen, - of beter nog in de tweetalige afdelingen (d.w.z. hoofdvakken in het Nederlands, minstens één bijvak in het Frans, versterkte leergang in de Franse taal) waar deze afdelingen bestaan, - worden perfecte tweetaligen, waaraan o.m. de volgende voordelen verbonden zijn: grotere mogelijkheid om carrière te maken niet alleen in het Moederland, maar ook in de kolonie, waar ook de private sector meer en meer naar tweetaligen begint uit te zien; gemak bij het aanleren van vreemde talen: het kennen van onze twee landstalen, de ene met Latijnse, de andere met Germaanse grondslag, maakt het aanleren van Italiaans, Spaans, Portugees, Duits en Engels, de wereldtaal, gemakkelijk; gemak voor het voortzetten van de studiën in het Moederland: in het editoriaal van het Augustusnummer 1954 hebben we reeds uitvoerig de verschillende aspecten van deze kwestie behandeld.
Hoe dikwijls stuit men niet op het jammerlijke en beschamende feit, dat kinderen die uit Kongo komen en in het Frans hebben gestudeerd met hun grootouders niet kunnen spreken. Alle waardige ouders zullen dit trachten te voorkomen. Als onze kinderen de Nederlandstalige afdeling volgen zullen wij het grote genoegen en de fierheid hebben hen een beschaafde Nederlandse taal te horen spreken. Dus waardigheid, in plaats van vervreemding van land, aard, volk en familie.
Wij wensen er op aan te dringen dat het hier geen taalstrijd betreft, maar wel een wenk van zeer groot belang voor het praktisch leven en de waardigheid van onze kinderen.
Band