Band. Jaargang 12(1953)– [tijdschrift] Band– Gedeeltelijk auteursrechtelijk beschermd Vorige Volgende [pagina 117] [p. 117] Nationale ramp I Waarom, o woeste watergolf, sprong-breidelloos-jij, golf na golf, zo onverhoeds op Volk en Land? Wat hebben kinderen jou misdaan, dat gij hun jong en blij bestaan gewetenloos hebt aangerand? Waarom verdronken man en vrouw, en stierven babys van de kou, bij het gieren van de felle wind? Wat heb je aan dit vuig bedrijf, waarin teloor gaan ziel en lijf en kostbaar vee voor goed verzwindt? II Hoe vechten zij met man en macht tot in de late donkre nacht, om vast te houden dam en dijk! Vergeefs is vaak hun stoere strijd, gestreden met verbetendheid. Nu wacht bij terugkeer slik en slijk. III Doch in ons volk is iets ontwaakt: Het heeft zich schitterend opgemaakt, om hulp te bieden, éénsgezind. Niet enkel maar met geld en goed- ook door gebeden, vol van gloed, tot Onze Vader -welbemind. IV Al is de ramp ontzettend groot en dreigt aldoor de grauwe Dood, houd toch het hoofd hoog opgericht. Stel Uw Betrouwen stâag op Hem. Bedenk: ‘Ik worstel en ontzwem!’ Straks straalt opnieuw het Lentelicht! Maastricht, 2 Februari 1953. Jef Notermans. Vorige Volgende