Awater. Jaargang 2(2003)– [tijdschrift] Awater– Auteursrechtelijk beschermd Vorige Volgende Gedicht van de lezer P.A. Tichelaar (Leidschendam) schreef onderstaande elegie voor zijn vriend en leermeester C.O. Jellema, die op 19 maart jl. overleed. Saaksum In dat domein waar enkel zwijgen ons tot de godheid naad'ren doet, maar wij, in edelmetaal, verkrijgen wat wèl gesproken worden moet: in gouden preken, zilvren tractaten en een schat van landschapsnostalgie heeft Cor zijn oogst ons nagelaten, gebed in pure poëzie. Klaas, in gesprek met Pückler Muskau, herschiep het aardse paradijs, zorgvuldig toeziend dat het niet zou voldoen aan modieuze eis. Ik treur om Klaas, die nu alleen de weg naar eenheid moet hervinden, het pad dat zo begaanbaar scheen voor wie elkaar, als zij, beminden. Cor, in gesprek met Rilke's rozen, vond in de perken 't zoet gerief van elke loot door hem verkozen; een ‘handvol aarde’ had hij lief. Naast Hölderlin en Meister Eckhart ontgon hij 's middags nieuwe gronden. Ik treur om Cor, ontroerbaar Hart. Bereid zijn leven af te ronden had hij nog graag tien jaar gehad, al was 't maar om de tuin te wieden. Na al wat hij geschonken had, wat kon het leven hem nog bieden? In Saaksum, die gewijde grond, waar wij elkaar voor 't laatst ontmoetten, gescheidenheid haar einde vond, ging Jellema zijn God begroeten. P.A. Tichelaar, voorjaar 2003 Vorige Volgende