Hulde aan August Vermeylen
Door onze Gentse redacteurs werd besloten elk jaar een voordrachtavond in te richten die zal gewijd worden aan één der grote figuren uit onze Vlaamse letterkunde.
Hiermede hadden zij een dubbele bedoeling: enerzijds het bewijs te leveren dat ons tijdschrift vóór alles ijveren wil voor de uitbouw van onze literatuur, anderzijds de aandacht van het lezerspubliek vestigen op enkele typische facetten van het werk van onze ‘groten’.
Als eerste figuur werd August Vermeylen verkozen en wel om velerlei redenen. Eerst en vooral is hij een auteur waarvan de grootheid onmiskenbaar door iedereen aanvaard wordt, daarenboven is het vijf jaar geleden dat Vermeylen overleed, zodat deze avond een blijk van hulde was aan één onzer markantste intellectuelen, en ten slotte is de geest van Vermeylen's oeuvre representatief voor de doelstelling van ons eigen tijdschrift. Het mag immers eens herhaald dat bij de stichting in 1945 van ‘Arsenaal’ reeds werd vooruitgezet dat ons streven volledig in het licht van de Van Nu en Straks-gedachte diende gesteld. Vermeylen is en blijft derhalve ons lichtend voorbeeld op de weg naar verruiming en verdieping van onze literatuur.
De eerste voordrachtavond ging door op Zaterdag 18 November 1950 in de Stadsbibliotheek te Gent.
Achtereenvolgens werd ‘De wandelende Jood’, het essayïstisch werk en ‘Twee Vrienden’ van August Vermeylen belicht.
Ten behoeve van onze lezers heeft de redactie er dan ook aan gehouden deze lezingen in ‘Arsenaal’ te publiceren.