Onze Enquète
De redactie van ons tijdschrift heeft gemeend, dat het niet van belang ontbloot zou zijn om nu en dan in ons blad eens een uitvoerige bespreking te wijden aan actuele onderwerpen en problemen in verband met onze Vlaamse literatuur.
Het spreekt vanzelf dat het niet in onze bedoeling ligt het eens te doen stuiven in de literaire keuken. Enkel willen wij een poging wagen om op een ruime en onbevooroordeelde wijze in enkele aangelegenheden stelling te kiezen.
Als eerste onderwerp verkozen wij: de stand van onze moderne Vlaamse literatuur. Een mise-au-point schijnt ons immers meer dan noodzakelijk aangezien momenteel de opvattingen over onze moderne letterkunde schommelen tussen radicale miskenning en onverantwoorde overschatting. Derhalve schijnt het ons gewenst tot een gefundeerd inzicht te komen door het consulteren van een aantal ter zake bevoegde personen.
Er zijn natuurlijk zeer veel middelen om tot dit resultaat te komen, doch wij hebben er de voorkeur aan gegeven ons te richten tot de meest vooraanstaande Vlaamse schrijvers en critici. Uit de antwoorden van deze auteurs zullen wij dan trachten een synthese op te stellen. Met dit procédé beoogden wij vooral het oordeel in te winnen van hen die ten slotte rechtstreeks de standing van onze literatuur bepalen, Het ligt dan ook voor de hand, dat hun inzichten ons zeker kunnen behulpzaam zijn bij het preciseren van een uitspraak die zo ruim als objectief wil zijn.
Nochtans hangt het welslagen van deze enquête volledig af van de bereidwilligheid van de geconsulteerde literatoren. Als zij afzijdig blijven en niet ingaan op ons verzoek moet onze poging zeker mislukken. Wij durven evenwel hopen dat zij het belang van dit onderzoek zullen willen erkennen en niets onverlet zullen laten om ons hierbij ter zijde te staan.
Zo dit dan slagen mag hopen wij in het eerste nummer van de jaargang 1951 verslag te kunnen uitbrengen van de resultaten van deze enquête.
Rik Lanckrock.