Arsenaal. Jaargang 5(1949)– [tijdschrift] Arsenaal– Gedeeltelijk auteursrechtelijk beschermd Vorige Volgende De Zondaar en het Kind Ik heb van alle vlees gegeten van alle vrouwenbloed geproefd en telkens kon ik 't hart vergeten dat om mijn heengaan was bedroefd. Ik zocht in elke vrouw het wonder, ontkleedde schaamtloos onder 't licht ze wentelden zich kreunend onder mijn drift, droom op hun nat gezicht. En steeds werd het een nieuw begeren, een ruwe drang om nieuw bezit, een vlam kwam in mijn ogenlid bij zang van zijden vrouwenkleren. Ik heb zoveel bemind, genomen, maar toen gij naakt in 't duister laagt ben ik beschaamd tot u gekomen. Ik was het kind dat gunsten vraagt. Pieter Aerts Vorige Volgende