Verhoor van den heer J. Frederix.
8408. De Voorzitter: Wilt gij uw voornaam, naam, beroep, ouderdom en woonplaats opgeven?
A. Johan Frederix, opzichter in de Koninklijke Nederlandsche papierfabriek, oud 66 jaar, te Maastricht.
8409. V. Hoelang zijt gij aan die fabriek werzaam?
A. Zestien jaar.
8410. V. Was de heer Lhoest reeds aan de fabriek toen gij er kwaamt?
A. Ja.
8411. V. Zijt gij dadelijk als opzichter aangesteld?
A. Ik had werk gevraagd en toen heeft men mij opzichter gemaakt.
8412. V. Hebt gij nog steeds hetzelfde salaris als toen gij werd aangesteld?
A. Neen, het is altijd opgeslagen.
8413. V. Zijt gij steeds verhoogd, omdat gij zoo goed oppast, of is die verhooging algemeen?
A. Dat durf ik niet zeggen. Iedereen heeft zijn vak. Zoo heb ik 96 getrouwde en ongetrouwde vrouwen onder mijn opzicht. Ik kom nergens anders dan in deze afdeeling, waar de lompen gesorteerd worden.
8414. V. Hoe is de lucht, de atmosfeer in dat lokaal waar de lompen uitgezocht worden?
A. Zeer goed. Er zijn 14 trekramen op de zijde van de zaal.
8415. V. Eene machine om de stof naar buiten te jagen, is er dus niet?
A. Neen. Ik heb alleen eene machine om de lompen te snijden.
8416. V. Komen er ook ziekten onder de vrouwen voor?
A. Neen. Enkele ziekten, die aan allevrouwen eigen zijn en haar een, twee of drie dagen thuis houden, uitgezonderd. Bij bevallingen blijven zij soms ook eene maand thuis.
8417. V. Werken er jonge meisjes?
A. De jongste zijn omtrent 14 jaar.
8418. V. De vrouwen werken twee aan twee?
A. Ja, ik heb 47 plaatsen. Er zijn er echter die ook alleen werken. De vrouwen zoeken ieder haar soort; de sterke zoekt de sterke, de zwakke eene zwakke, want zij moeten samen deelen en als de een meer zou kunnen verdienen dan de andere, dan gaat het niet goed.
8419. V. Gaat dat sorteeren per stuk of bij 't gewicht?
A. Ja, per 100 kilo. De bonte soorten worden betaald met f 1,25, de witte en grijze met f 1,25.
De zwakste snijdsters verdienen 35 cents. Een goede snijdster behoeft zich niet te plagen om 77½ cent te verdienen, en als de stof wat medevalt, want dat maakt verschil, kan zij het wel tot over den gulden brengen. Die lompen worden naar de kleur in balen aangevoerd, en de bonte lompen komen ook apart, maar men vindt er soms 16, 20 qualiteiten onder en die moeten zij sorteeren.
8420. V. En dan moeten zij ze snijden?
A. Het sorteeren en snijden gaat tegelijk. De lompen worden op de tafel gelegd, die worden gesorteerd en gesneden en in acht vakken geworpen.
8421. V. Hoe lang werken die vrouwen daar?
A. Om 7 uur des morgen beginnen zij, maar gedurende de drie wintermaanden komen zij om kwartier over zeven. De vrouwen gaan dan eerst naar de kleedkamer, zij kleeden zich uit en trekken hun werkpak aan.
8422. V. Dat werkpak hangt daar, niet waar?
A. Ja, zij hebben ieder een kastje, dat genommerd is en daar hangt het werkpak.
8423. V. Tot hoe laat werken zij dan?
A. Tot tien minuten voor half twaalf, dan wordt er geroepen: aankleeden!