De Arabische Alkoran
(1641)–Anoniem Arabische Alkoran, De– AuteursrechtvrijDe Arabische Alkoran. Barent Adriaensz. Berentsma, Hamburg 1641
DBNL-TEI 1
Wijze van coderen: standaard
-
gebruikt exemplaar
exemplaar Staats- und Universitätsbibliothek Hamburg, signatuur: Scrin A/1617
algemene opmerkingen
Dit bestand biedt, behoudens een aantal hierna te noemen ingrepen, een diplomatische weergave van De Arabische Alkoran uit 1641.
Er is gebruik gemaakt van een door Stichting Vrijwilligersnetwerk Nederlandse Taal o.l.v. Nicoline van der Sijs en Hans Beelen aangeleverd bestand.
redactionele ingrepen
p. 29: geboren geboren → geboren: ‘Ende is geboren geworden int derde Iaer Aligero’.
p. 86: genede → gene: ‘ende de gene die een tijt lanck gelooven’.
p. 96: daendoet → aendoet: ‘Doen sprack de Duyvel tot God, nadien ghy my dit aendoet’.
p. 103: XXI → XXIX: ‘Inden name des barmhertighen ende goedighen Godts. XXIX. Capittel’.
p. 117: rechen → rechten: ‘Desen Alkoran wijst den rechten, ende goeden wech‘.
p. 122: sulilen → sullen: ‘Maer de belofte Gods luydet, dat de vrome sullen het Paradijs besitten’.
p. 140: XXIII → XXXIII: ‘In den name des barmhertigen ende goedigen Godts. XXXIII. Capittel.’
p. 146: verghen → vergeven: ‘dat ghy als een goedighe ende barmhertige God ons de sonden vergeven wilt’.
p. 147: Testamen → Testament: ‘de ghene die wy het Testament aen dienen, ende sy het niet willen aennemen’.
p. 159: jam- erlij ck → jammerlijck: ‘daerom zijn sy alle deur een Aertbevinghe jammerlijck om ghekomen’.
Bij de omzetting van de gebruikte bron naar deze publicatie in de dbnl is een aantal delen van de tekst niet overgenomen. Hieronder volgen de tekstgedeelten die wel in het origineel voorkomen maar hier uit de lopende tekst zijn weggelaten.
[fol. *1r]
De Arabische Alkoran,Door de
Zarazijnsche en de Turcksche Prophete Mahometh,
In drie onderscheyden deelen begrepen: van der Turcken Religie, Ghelove, Aelmoessen, Vasten, Ghebeden, Bedevaert na Mecha, met t’samen sijn Gods-diensten, ende Ceremonien, Wetten ende Rechten.
Wt de Arabische spraecke, nu nieuwelijcks in Hooghduytsch ghetranslateert, met t’samen een aenhanghende Voor-reden, door Salomon Swigger, Prediker der Kercken tot Noorenbergh.
Ende wederom uyt het Hooghduytsch in Nederlantsche spraecke ghestelt.
Gedruckt voor Barent Adriaensz. Berentsma, Boeck-verkooper tot Hamburgh, 1641.