Apollo's vastenavond-gift. Voorzien met de nieuwste en aangenaamste minne- harders- en bruylofs gezangen
(ca. 1750)–Anoniem Apollo's Vastenavond-Gift. Voorzien met de Nieuwste en Aangenaamste Minne- Harders- en Bruylofs gezangen– Auteursrechtvrij
[pagina 47]
| |
En de eenzaamheyd bemind;
Laat u raden jeugdig Meysje, Siet een reysje
Wat gy in deez' staat begint.
2.[regelnummer]
Gy zyt al te uytgelezen Om te wezen
Zoo versteken van de vreugt.
Gy zoud in u jonge jaren Liever paren,
En niet dutten in u jeugt.
3.[regelnummer]
Gy zyt oorzaak dat veel zielen Hier niet krielen
En vercieren deze aard:
Gy gaat u hier tegen zetten, Door uw wetten,
Meynd gy dat 't geen zonden baard?
4.[regelnummer]
Gy kond 't aardryk mee vermeeren! En vereeren
Met veel lootjes uyt uw stam:
Deze lootjes zouwen groeyen, En mee bloeyen,
Dat uyt lootjes lootjes quam.
5.[regelnummer]
Wist gy wat den trouw al teelde, Watze deelde
Al voor zoete zoetigheid,
Gy zoud zeggen 'k ga uyt 't Klooster, Na een trooster
Die my zoeter zoet toezeyt.
6.[regelnummer]
Zoetert gaat eens dit myn zeggen, Overleggen,
'k Zal voor deez' tyd wandelen heen:
'k Weet indien gy u gedagten Zuld betragten,
Diende gy te zyn alleen.
|
|