Apollo's kermis-gift aan de Haagsche vermaaksgesinde jeugd. Deel 2
(1750)–Anoniem Apollo's kermis-gift– AuteursrechtvrijStem: Als ik myn Phillis kussen mag.ô AL te wreede Rozelyn,
Vergun my slegs dat ik de bloemen
Die op u borst gestoken zyn,
Benyde en haar geluk mag roemen.
2. Gy pluktse met uw witte hand,
Soo ras Aurora gaat verscheyen,
Eer Zephyrus, vol minnebrand,
Om 't frisse dauwtje kan gaan vleyen.
3. De Glans van uwe kaakjes doet
Uw ruykertje van schaamte bloozen.
Uw oogjes geven daar een gloet,
Die roozen maakt van Tuberoozen.
4. Dien roos benyde ik nu voor al,
Die op zyn half ontloken knopjen,
Den blanken weerschyn hebben zal
| |
[pagina 17]
| |
Van uw melkwit en zwoegend kropjen.
5. ô Jupiter, herschep my nu,
ô Roselyn, laat u belezen,
Laat my het Roosje zyn, dat u
Het plukken heden waard zal wezen.
6. Ay stemt met een zoeten lach
Jupyn, hoe vrolyk zoude ik sneven,
Al leefde ik maar een enk'len dag,
'k Zou niet als voor myn Heilstar leven.
|
|