Antilliaanse Cahiers. Jaargang 3(1957-1959)– [tijdschrift] Antilliaanse Cahiers– Auteursrechtelijk beschermd Vorige Volgende [pagina 43] [p. 43] XLI Laat de kleinen tot mij komen. ergens staat dit woord geschreven. Dit woord van het Woord dat gij gekruisigd hebt met al uw daden. laat de kleinen tot mij komen: en gij die dit woord zo in duizend talen kent, en het zelfs leert aan anderen - het zelfs leerde aan mij - vraagt nu om te vluchten van Nioka. gij gaat hem snel voorbij zoals gij dagelijks schiet voorbij Het Woord mijn Woord - Uw woord. hoe kunt gij mijn stem beweent uw daad - die dit Woord zo kent: Laat de kleinen tot mij komen: zo wreed van vluchten voor de kinderogen van Nioka dromen? Hoe kunt gij, die het woord zo kent, immerdoor de engelen in blanke kleuren blijven schilderen? Vorige Volgende